OVER WATER – 173: OP WIE DAN?

 

| 05-02-2019 | 08.15 uur |


 

OVER WATER – 173: OP WIE DAN?

 

Op 20 maart zijn er de statenverkiezingen waarvoor de landelijke partijen zich vrijwel allemaal en in alle provincies warmlopen. In de optiek van de landelijke partijen gaat het niet of nauwelijks om de provincies en hun plannen voor de komende jaren maar om de samenstelling van de Eerste Kamer die gekozen worden door de straks nieuwgekozen statenleden.

Maar op 20 maart zijn er ook de waterschapsverkiezingen. Tot 2008 deden daar geen partijen aan mee. Tot 2008 werden de waterschapbesturen gekozen via het personenstelsel. De kiezer stemde op een persoon en niet op een partij of lijst. Gevolg de gekozenen waren vooral partijloze deskundigen die zich maar op één ding concentreerden: hoe om te gaan met water zodat tegen de minste kosten de waterveiligheid, de waterkwaliteit en de economische waarde (voor boeren, natuur en transport) van water zo optimaal mogelijk werden benut.

Waterbeheer is een overheidsactiviteit met een lange adem. Je moet bijvoorbeeld nu al maatregelen nemen om in 2050 aan bijvoorbeeld de normen van waterveiligheid te kunnen gaan voldoen. Voor een goed, duurzaam waterbeheer is vooral een lange termijnvisie nodig. Dijken en bemalingssystemen bouw je niet voor enkele tientallen jaren maar voor honderden jaren. De meeste van onze dijken liggen er al honderden jaren. Dat blijkt ook uit de afschrijvingstermijnen van de investeringen die waterschappen doen voor bijvoorbeeld uw veiligheid. Die zijn bij waterschappen gemiddeld een veelvoud van die bij gemeenten. Dat leidt ook tot een geheel andere schuldenpositie. Een gemeente met een schuldquote van 100 % is een armlastige gemeente met als gevolg relatief hoge belastingtarieven.  Een waterschap met veel dijken kan wel een schuldquote hebben van meer dan 300 % zonder dat dit als een arm waterschap zal worden aangemerkt of dat de tarieven verhoudingsgewijs heel hoog zijn. Als voorbeeld het waterschap Brabantse Delta waar ik zelf al jaren bestuurslid van ben. Dit waterschap heeft een schuldquote van ruim 300 % en zit qua belastingtarieven bij laagste 40 % van de waterschappen. Waterschappen worden vaak omschreven als een ‘rijke’ overheid. Terwijl ze in werkelijkheid de overheid zijn met de meeste en langstlopende schulden. Alleen die schulden zijn niet gemaakt om te consumeren maar om te investeren in de toekomstige kwaliteit en veiligheid van het werkgebied van de waterschappen.

Een goed bestuurd waterschap heeft een lange termijnvisie die tientallen jaren vooruitkijkt. Als voorbeeld verwijs ik graag naar mijn motivatie rond een dijkverbeteringsproject in Geertruidenberg. Hierbij verwees ik naar het kostenverschil gezien over een periode van 100 jaar.

100 jaar vooruit denken zit bij de meeste partijtijgers van de landelijke partijen niet in de genen. Denken over de volgde verkiezingen (4 jaar later) blijkt voor sommigen al nauwelijks haalbaar. Voor het waterschapsbestuur geldt dat vaak pas een generatie later de baten zichtbaar worden van wijze besluiten. En dat korte termijn denken in de toekomst vaak duur uitpakt. Ons Water gaat voor de lange termijn. De lijst van Ons Water bestaat vooral uit mensen die hun sporen in het waterschapsbestuur verdiend hebben en die het waterschapsgebied goed kennen. Het zijn geen ‘partijtijgers’ met de ambitie het in de politiek ver te schoppen. Zij willen hun kennis graag in brengen in het belang van het waterbeheer in West-Brabant. Voor hun kwaliteiten lees dan Over Water 172 of kijk onze kandidatenlijst eens door en link door.

Louis van der Kallen