DE AKTE VAN MANNHEIM


| 30-08-2022 |

 

In juni van dit jaar schreef ik het artikel “de komende transportcatastrofe”.  Ik beseft toen niet dat deze transportcatastrofe al deze zomer zou optreden. En dat al in augustus, terwijl traditioneel september de maand is van de laagste waterstanden en laagste rivierafvoeren.

Dat artikel sloot ik af met de stelling: “Het wordt tijd dat er echt over de mogelijke gevolgen van de ‘droogte’ op het transport over water wordt nagedacht. Waarbij kanalisering van de Rijn en de mogelijkheid van afsluiten van de Nieuwe Waterweg middels sluizen bij de scenario’s betrokken zouden moeten worden”. In de NRC van 16 augustus stond een artikel met de kop; “We verdelen de laatste druppels terwijl in de Rotterdamse haven heel veel water doorgespoeld wordt”” van de hand van Arjen Schreuder. Dat in ging op de mogelijkheid van sluizen in de Nieuwe Waterweg. Hopelijk een begin van een echte discussie!

Nu, kijkend naar de buitengewoon ernstige problemen die de scheepvaart ondervindt, is het zaak ook over het andere element van de stelling ‘kanalisering van de Rijn’ eens goed na te gaan denken.

De basis voor dit nadenken zou de “Akte van Mannheim” dienen te zijn. Waar het Koninkrijk der Nederlanden één van de verdragpartners is. De Akte van Mannheim legt o.a. het beginsel van het behoud, het onderhoud en de verbetering van de Rijn als vaarweg vast.

In het Congres van Wenen (1815) werd de basis gelegd voor de vrije scheepvaart op de Europese Rivieren. In augustus 1816 startte de Centrale Commissie en kwam in maart 1831 met het Rijnvaartverdrag Acte van Mainz wat in oktober 1868 resulteerde in de Acte van Mannheim. Waarvan één van de uitgangspunten was: de verplichting voor de staten de rivier te verbeteren en te onderhouden.

Het wordt tijd dat met het verbeteren ten behoeve van de scheepvaart anno 2022 middels kanalisering een begin wordt gemaakt met het nadenken over de mogelijkheden in het laagland deel van het stroomgebied van de Rijn (o.a. IJssel en Waal)!


ANDERS KIJKEN 17


| 16-11-2021 |

 

Als ik op vakantie ben kijk ik altijd of ik iets zie, waarbij ik denk: dat is een mooie toepassing! Zo ook op mijn vakantie op de Faeröer eilanden. Daar viel mijn oog op een apparaatje (zie foto) in de haven van Thorshavn dat olie en klein drijvend vuil verzamelde. Op internet vond ik daarvan een filmpje dat de werking perfect in beeld brengt. Ook als je van een leuk muziekje houdt of een blik wil werpen op een plek waar je nooit zal komen (Thorshavn) is het filmpje van een minuut het bekijken waard. Iedere (jacht-)haven van ons land verdient zo’n apparaatje. Het wordt tijd dat de wereld anders leert kijken.

 

Louis van der Kallen.

 

 


ANDERS KIJKEN 16


| 15-11-2021 |

 

In Over Water 145 (augustus 2018) schreef ik onder andere over het boek “drawdown” dat tal van oplossingsrichtingen geeft om het CO2-probleem aan te pakken. Een CO2-‘oplossing’ waarover steeds vaker wordt geschreven is het mineraal olivijn, een magnesium-ijzersilicaat. Olivijn reageert snel met het CO2 in de atmosfeer. De eindproducten van de reactie zijn, afhankelijk van de samenstelling van het olivijn, magnesiumcarbonaat, siliciumoxide (zand) en ijzeroxide. Door olivijn te vermalen en dan eenvoudig uit te strooien, bijvoorbeeld over ons zandpad in de tuin, kunnen wij zelf in de CO2 reductie een bijdrage leveren. Olivijn is in Nederland verkrijgbaar bij GreenSand.

In de Volkskrant van 2 oktober 2021 werd deze CO2-oplossing nader uitgewerkt in het artikel “Laat de oceaan het oplossen”. Daarin doet Gert-Jan Reichart (hoogleraar mariene geologie en betrokken bij NWO-NIOZ Royal Netherlands Institute for Sea Research) de suggestie de landmassa van IJsland te gaan vermalen en het maalsel in zee te storten, waarna het olivijn de CO2 in het zeewater bindt en het zeewater weer CO2 uit de lucht kan opnemen. Die vulkanische rotsen bevatten veel olivijn. Volgens hem is dit de enige manier om de CO2 concentratie in de lucht omlaag te krijgen en te gaan voldoen aan de eis van de maximaal 1,5 graad opwarming.

Als het niet lukt de uitstoot van CO2 te beperken, zullen we echt aan het verwijderen ervan moeten gaan denken.

 

Louis van der Kallen.


ANDERS KIJKEN 15


| 12-11-2021 |

 

De klimaatcrisis en de energiecrisis dwingen ons op een andere manier naar energie en energieopwekking te kijken. Er zijn in Parijs afspraken gemaakt en vastgelegd in het klimaatakkoord. De energietransitie is onderweg. Daarbij zijn zon en wind belangrijke routes naar een ander energielandschap. Ook ons landschap veranderd daarmee en dat is wennen. In ons waterrijke landje waar grond een schaars goed is bied het wateroppervlak kansen.

China gaat ons voor met grote zonneprojecten op het water. En natuurlijk, we zijn Nederlanders, zitten aan zonneparken op water tal van haken en ogen. Anderzijds zullen we linksom of rechtsom ons aan de afspraken die we hebben gemaakt moeten houden. Dat is ook in ons eigenbelang want de klimaatverandering en de gevolgen, extremer weer en de zeespiegelstijging, raken ons ook.

Binnen het waterschap Rivierenland zijn recent proeven geweest met zonneparken/projecten op oppervlaktewater (de foto is beschikbaar gesteld door het waterschap Rivierenland). Er ligt in dat waterschap ook een voor Europese begrippen supergroot zonnepark. 17 hectare op een voormalige zandwinplas in de gemeente Druten. Dat is een zonnepark op relatief diep water. Voor ons mogelijk een voorbeeld.

De proeven in Rivierenland laten zien dat zonneparken op ondiep water, op het water en op de biologie daarin, gevolgen heeft. De ecologie, en daarmee de biotoop, verandert. Vermindering van zuurstof in het water en daardoor minder plantengroei en minder kans op bloei van algen.

Wat zijn de kansen voor Bergen op Zoom? We staan als gemeente voor een grote opgave de doelen van de Regionale Energiestrategie met de duurzame energie-ambities tot 2030 te realiseren. Dat is voor onze gemeente, met veel bossen een haast onmogelijke opgave! Tenzij we bereid zijn anders te kijken. We zijn ook een waterrijke gemeente. Het is op zijn minst een reden om te kijken wat op het water zou kunnen.

Waar valt dan aan te denken:

  • Misschien aan het noordelijke deel van de Binnenschelde (5 tot 10 hectare van een plas van 185 hectare),

  • De Broecke Haven (de voormalige werkhaven van Rijkswaterstaat die nu niet meer gebruikt wordt.

  • Een deel van het Zoommeer (het oostelijke deel tussen de Noordlandseweg en de westelijke dijk van het bedrijventerrein Noordland). Nu een gebied met hoge blauwalg risico’s.

Het mooie van deze locaties is dat de genoemde mogelijke waterlocaties bij elkaar liggen en gecombineerd zouden kunnen worden met locaties op de dijken/oevers die deze wateren omarmen. Tijd voor een andere blik en het besef dat onze energiewereld kan en moet veranderen. Wij zijn allemaal aan zet. En dat kan met respect voor de natuurwaarden in het gebied. Misschien kunnen de (nieuwe) biotopen zelfs een verrijking blijken.

 

Louis van der Kallen.


ANDERS KIJKEN 14


| 11-11-2021 |

 

 

BOMEN

Het belang van groen en een prettige leefomgeving is met de lockdowns nog eens extra belangrijk gebleken. Bomen zijn een belangrijk onderdeel van het zichtbare groen. De klimaatverandering en de steeds zichtbaarder worden van het verlies aan biodiversiteit laten zien hoe belangrijk en waardevol kwaliteitsbehoud van de leefomgeving is.

Nederland is deelgenoot in een aantal internationale verdragen en conventies die van belang zijn bij de inzet voor een kwalitatieve leefomgeving. Onder andere ;

Kortom er is werk aan de winkel voor alle overheden om vergroening van de leefomgeving ter hand te nemen.

Het is dus tijd om bij werkzaamheden in de openbare ruimte door gemeenten en waterschappen groen en daarin zeker bomen sterk te positioneren. Het Norminstituut Bomen biedt toegang tot kennis. Het wordt tijd dat alle provincies, gemeenten en waterschappen via een licentiehouderschap zich toegang verschaffen tot de kennis die in het Norminstituut Bomen aanwezig is. Het Norminstituut Bomen is de norm voor het verbeteren van de kwaliteitszorg rond bomen in de openbare ruimte. Voor kinderen is het Handboek Bomen junior beschikbaar. Het geen een leuke en leerzame start is om kennis te maken met het belang van bomen.

Voor overheden en een ieder die te maken heeft met werken aan bomen in de leefomgeving zou de Handreiking Omgevingswet en bomen 2021 verplichte kost moeten zijn.

 

Louis van der Kallen.

 


ANDERS KIJKEN 13


| 11-11-2021 |

 

 

Onder het kopje “Economie” is in de Bergse begroting voor 2022 de volgende zin te vinden: “Waar mogelijk vinden ook in 2022 nieuw experimenten plaats in de openbare ruimte, zoals de toepassing van biobased asfalt.” Ik moet soms een zin herkauwen in een poging te begrijpen wat er staat. Asfalt is altijd al ‘biobased’! Bitumen één der hoofdbestanddelen van asfalt is echt van organische (biologische) oorsprong. Ook de andere onderdelen zoals zand, leem en grind zijn natuurlijke componenten.

Een tipje van de sluier wordt opgelicht door de mediaberichten over een probeersel op de Klutsdorpseweg in Lepelstraat. Waar een deel van de “fossiele grondstoffen” in het asfalt is vervangen door plantaardige materialen als bindermiddel. Er gaat gekeken worden naar de levensduur, de belasting- en de weersbestendigheid. Een mooie test. Hoewel ik de albedo, water en luchtdoorlatendheid mist. Terwijl dat belangrijke elementen zijn als het gaat om de klimadaptatie en het leven in en de biodiversiteit van de bodem.

Er zijn nog meer alternatieven die ik graag onder de aandacht breng van de weginrichters. Een alternatief is bijvoorbeeld HanseGrand. Een 100 % natuurlijke bouwstof die water- en luchtdoorlatend is. Ideaal voor boomspiegels, parkeerterreinen, voet en fietspaden. Een ideale oplossing van het verharden van paden door bossen en parken. Effe anders kijken graag!

 

Louis van der Kallen.

 


ANDERS KIJKEN 12


| 30-10-2021 |

 

 

Groen, Groen , Groen moet het adagium worden. Groen in de openbare ruimte is een belangrijk hulpmiddel bij het aanpakken van hittestress en wateroverlast, en het versterken van de biodiversiteit.

Er komt steeds meer belangstelling voor nuttige en esthetische toepassingen van groen op harde verticale oppervlakken zoals beton. Beton is een hard, steen- of rotsachtig materiaal. Daarom zou je in eerste instantie denken dat het net zo makkelijk begroeid raakt met mossen, korstmossen, algen of schimmels als een stuk rots in de natuur. Toch heeft beton chemische eigenschappen die het juist niet zo geschikt maken voor begroeiing. Beton is door de productiewijze vaak alkalisch (hogere pH-waarde). Een zo hoge pH-waarde is in het algemeen minder geschikt voor begroeiing. Maar door verschillende omstandigheden kan de pH-waarde aan de buitenkant van het beton dalen, waardoor mossen, algen en korstmossen zich toch kunnen vestigen. Onder sommige omstandigheden tast begroeiing van beton het materiaal aan. Waarom en onder welke omstandigheden beton begroeid raakt, is niet altijd duidelijk. Onderzoek is nuttig om te beoordelen in welke mate begroeiing zorgt voor schade, of dat spontane begroeiing het gevolg is van eerdere schade. Begroeiing hoeft niet altijd nadelig te zijn. Er zijn ook veel positieve argumenten te bedenken voor begroeiing op beton. Kleurige korstmossen kunnen een gebouw of constructie verfraaien. Volgens sommige onderzoeken kunnen algen en korstmossen de oppervlaktelaag van beton verdichten en daarmee de levensduur verlengen. Begroeiing kan goed zijn voor het plaatselijke ecosysteem door het vasthouden van regenwater en het afvangen van fijnstof en stikstofoxiden. Voor de vaak afzichtelijke geluidschermen langs onze snelwegen lijkt mij vergroening met begroeiing een ecologische stap in de goede richting. Een voorbeeld van een gebouw waar begroeiing een onderdeel is van het ontwerp, is het gemeentehuis van Reykjavik. Daarnaast zijn onderzoekers van de Polytechnische Universiteit van Catalonië in Barcelona bezig met de ontwikkeling van ‘biologisch beton’ met een speciale buitenlaag die water vasthoudt voor begroeiing, gescheiden door een waterdichte laag van het binnenste constructiebeton.

Begroeiing van harde oppervlakken kan ontsierende graffiti zoals op de brugsteunen in het Anton van Duinkerkenpark voorkomen en een bijdrage leveren aan de verfraaiing van de omgeving en versterking van de biodiversiteit. Anders kijken kan de wereld mooier maken en een bijdrage leveren aan de aanpak van hittestress en de klimaatveranderingen

 

Louis van der Kallen.

 


ANDERS KIJKEN 11


| 27-10-2021 |

 

 

Groen, Groen , Groen moet het adagium worden. Groen in de openbare ruimte is een belangrijk hulpmiddel bij het aanpakken van hittestress en wateroverlast, en het versterken van de biodiversiteit.

Bomen hebben wat hittestress en het stedelijk klimaat betreft een aantal effecten. Ze geven schaduw en door verdamping koelen ze de omgeving; ook vangen ze fijnstof. Bij de keuze van een boomsoort is de groeiplaats van belang. De samenstelling van de bodem en de vochthuishouding bepalen de keuzemogelijkheden. Betrek in de keuze ook de herkomst van een boomsoort. Ga voor inheemse bomen. Die zijn optimaal aangepast aan ons klimaat. Betrek ook het gebruik van de locatie. Geen ‘plak’-bomen waar geparkeerd moet worden. Geen gesloten bladerdak langs of over een druk bereden weg. Want dan blijf de uitstoot van verontreinigingen hangen! Tenzij we echt geloven dat over bijvoorbeeld twintig jaar alle voertuigen elektrisch rijden en de te planten bomen dan pas de fase bereiken van het gesloten bladerdak.

Kijk bij het inrichten en ontwerpen van (parkeer-)pleinen naar de (zoom-)beplanting en de verharding. Zeker op parkeerpleinen met een hoge bezettingsgraad is een waterdoorlatende verharding onder de voertuigen heel goed mogelijk zonder aantasting van de loopkwaliteit (zie foto).

Ook de bodembedekking van speelterreinen kan best bestaan uit zand, gras, houtschors of -snippers. Vooral de rubbertegels nemen heel veel warmte op. Omzoom speelterreinen met bomen en struiken die schaduw geven. Het kan ANDERS en BETER. Het begint met ANDERS KIJKEN!

 

Louis van der Kallen.


ANDERS KIJKEN 10


| 17-09-2021 |

 

 

Groen, Groen, Groen kan het adagium worden. Dat kan ook binnen. Wanden, schilderijen en reclameborden van mos. Het kan allemaal. Groen geeft rust en is vaak ook binnenshuis passend. Bijvoorbeeld in wachtkamers van een dokter of behandelaar of in kantoortuinen. Maar ook in een lawaaierige omgeving. Wanden en panelen van mos dempen/absorberen geluid. Het aanbod is divers. Dergelijke wanden, panelen of kunstwerken behoeven onderhoud noch water. Ook in openbare gebouwen kan groen ook in de vorm van mos heilzaam zijn.

Google eens op moswanden en neem dan eens een kijkje op de gevonden websites om te zien wat allemaal mogelijk is. De foto’s zijn alle gemaakt in Bergen op Zoom.

 

Louis van der Kallen.

 


ANDERS KIJKEN 9


| 14-09-2021 |

 

 

Groen, Groen , Groen moet het adagium worden. Groen in de openbare ruimte is een belangrijk hulpmiddel bij het aanpakken van hittestress en wateroverlast, en het versterken van de biodiversiteit.

Gevelbegroeiing kan helpen om onze stedelijke wereld er mooier uit te laten zien. Al eeuwen worden ’gevelklimmers’ als de klimop, blauwe regen, en de wilde wingerd gebruikt om gevels te verfraaien met neveneffecten zoals warmte isolatie, fijnstofbinding, geluidsabsorptie en beperking van de stedelijke hittestress.

Er zijn grofweg drie typen gevelbeplanting:

  • Zelfhechtende klimmers zoals de klimop (Hedera helix), de driedelige wingerd (Parthenocissus), de bosrank (Clematis vitalba), de bruidssluier (Fallopia baldschuanica) en de Chinese blauweregen (Wisteria sinensis);

  • Zelfhechtende klimmers met een klimhulpconstructie zoals de wilde hop (Clematis virginiana), kamperfoelie (Lonicera) en de Japanse blauweregen (Wisteria floribunda).

  • Hangende planten.

Hangende planten hebben meer verzorging, bemestingen en bewatering nodig. Daarom zoemen we met dit artikeltje in op de klimplanten.

Voor succesvolle klimmers is het goed te kiezen voor onderhoudsarme soorten en te kiezen voor een plant waarvan de natuurlijke groeihoogte past bij de gewenste groeihoogte op de te bedekken gevel.

Hoe mooi zou het zijn als Bergen op Zoom bekend zou worden om haar prachtige gevelbegroeiingen. Je kan deze ook per wijk of dorp anders laten zijn. Bijvoorbeeld Lepelstraat het dorp van de bosrank in het Engels: old man’s beard. Halsteren het kamperfoelie-dorp of anders gezegd het dorp van de honeysuckle. En Bergen op Zoom de stad met de wijken van de Chinese blauweregen en de Japanse blauweregen waarbij de woningen van de hobbybrouwers getooid zijn met de wilde hop.

Misschien ben ik een BSD-dromer. Maar als we echt zouden willen, kunnen we iets unieks tot stand brengen. Met één plan de stad en haar dorpen groener, mooier, gezonder, klimaat-neutraler maken en ons onderscheiden op een andere manier van de rest van de wereld. Wat dan nodig is? ANDERS KIJKEN! Doe je mee?

 

Louis van der Kallen.