REACTIE OP CONCEPT ZIENSWIJZE ONTWERP-RIJKSSTRUCTUURVISIE, KENMERK 0060

 


Bergen op Zoom, 17 november 2014

 

Aan het Dagelijks Bestuur van het

Waterschap Brabantse Delta

Per e-mail

 

Betreft:          reactie fractie Ons Water/West Brabant waterbreed op de concept  zienswijze ontwerp-Rijksstructuurvisie Grevelingen en Volkerak-Zoommeer, kenmerk 0060

 

Geacht Dagelijks Bestuur,

Ten aanzien van het gestelde onder het kopje “Eerst het zoet, dan het zout” heeft onze fractie een probleem met de zin: “Omdat het zout maken van het Volkerak-Zoommeer voor 2028 is voorzien, gaan wij er vanuit dat er in de tussenliggende periode passende maatregelen zullen worden getroffen om het zoutlek bij de Krammersluizen, of de gevolgen ervan, afdoende tegen te gaan. Dit is noodzakelijk om aan de afspraken uit het Waterakkoord Volkerak-Zoommeer te kunnen voldoen.”

Onze fractie vindt dat dit concreter en steviger kan en wat ons betreft gewenst is. Wij onderschrijven dat de aanpak van het zoutlek bij de Krammersluizen noodzakelijk is om aan de gemaakte afspraken inzake de maximale chloride gehaltes op het Volkerak-Zoommeer te gaan voldoen. Onze pijn zit de frase “in de tussenliggende periode”.

Onderstaand enkele citaten uit de MKBA:

  • Pagina xi: “Het bellenscherm in de Krammersluizen levert direct baten op en is kosteneffectief bij zowel een zoet als een zout Volkerak-Zoommeer, doordat ook een zout Volkerak-Zoommeer pas over enkele jaren mogelijk is.”
  • Pagina xii (figuur D): “verzilveren no-regrets en kansen – Bellenscherm Krammersluis”
  • Pagina 24 (optie 6): “Standaard wordt bij het grote onderhoud aan de Krammersluizen uitgegaan van vervanging van de zoet-zoutscheiding door een traditionele oplossing. Deze vergt een grote investering en een lange gebruiksduur om economisch aantrekkelijk te zijn. Wanneer deze oplossing bij een zout Volkerak-Zoommeer voortijdig overbodig wordt, is sprake van kapitaalvernietiging. Een optie bij alle alternatieven is om de bestaande zoet-zoutscheiding te vervangen door een bellenscherm vanwege de reistijdwinsten voor de scheepvaart en mogelijk lagere levensduurkosten. Ook bij varianten waarin het Volkerak-Zoommeer op termijn zout wordt en de zoet-zoutscheiding niet meer nodig is, levert dit voordeel op. Er is sprake van minder kapitaalvernietiging en met een bellenscherm ervaart de scheepvaart al direct minder reistijdverlies.”

In deze citaten ziet de fractie van Ons Water/West-Brabant Waterbreed alle reden voor een steviger inzet. De fractie Ons Water/West-Brabant Waterbreed verzoekt uw DB de woordener in de tussenliggende periode passende maatregelen zullen worden getroffen om het zoutlek bij de Krammersluizen” te vervangen door: “ten spoedigste het zoutlek in de Krammersluizen middels een bellenscherm aan te pakken, zoals vermeld als no-regret maatregel in de MKBA”.

Ten aanzien van het gestelde onder het kopje “Planning en aanpak van aanvullend onderzoek naar leveringszekerheid” acht onze fractie de laatste twee zinnen te afwachtend. Wij hebben geen probleem met iets onderzoeken, maar het kan geen kwaad nu reeds helder te maken wat wij willen en waarom. 

Ook hier eerst een citaat: Op pagina 30 van de “Joint Fact Finding zoet water” onder het kopje “Leveringszekerheid en efficiency” is de volgende tekst te vinden:  “Bij een weer zout Volkerak-Zoommeer heeft de zoetwaterinlaat naar het VZM van 25 m3/s een hoge prioriteit omdat deze nodig is voor het beperken van de zoutlekkage door Volkeraksluizen. Zo kan een grote stijging van de chlorideconcentratie bij de inlaat aan het Haringvliet voor drinkwaterproductie worden voorkomen. De zoetwaterinlaat vanuit het Hollandsch Diep naar het zoute VZM wordt daarom ingedeeld in categorie 2 van de verdringingsreeks. De andere inlaten vanuit het Hollandsch Diep, dus ook de vergrote inlaat via de Roode Vaart, zijn categorie 4. De hiervan afhankelijke gebieden (MDV-systeem, PAN-polders en Tholen /St. Philipsland) zijn en blijven daarmee afhankelijk van een categorie 4 waterinlaat vanuit het hoofdwatersysteem. Ten opzichte van de huidige situatie met een zoet Volkerak-Zoommeer verandert er voor deze gebieden formeel niets. Wel is de vraag aan de orde of de leveringszekerheid voor deze gebieden in situaties van droogte waarbij de verdringingsreeks in werking treedt wordt beïnvloed (eerder wordt “verdrongen”) door de zoetwatervraag voor zoutlekbestrijding.”

Onze fractie wenst nadrukkelijk dat in de zienswijze helder wordt dat het waterschap Brabantse Delta van mening is dat, gezien ons belang bij leveringszekerheid van goed zoet water voor de landbouw, de inlaat aan het Hollandsch Diep in het kader van de verdringingsreeks een categorie 2 inlaat wordt. Er is naar onze mening geen principieel verschil als het gaat om verziltingbestrijding met de inlaat bij de Volkeraksluizen. Belangrijk is tevens dat we dan minder kans hebben gebruik te moeten maken van de waterinlaat bij Oosterhout als daar het risico is van bruinrot. Graag zagen we het voorgaande verwerkt in de zienswijze.

Ten aanzien van het gestelde onder het kopje “Financiering van maatregelen inclusief extra beheer en onderhoud” is de fractie van Ons Water/West-Brabant Waterbreed van mening dat de laatste zin niet in overeenstemming is met de wensen zoals in het AB van 12 november is verwoord en ondersteund door een ruime meerderheid van de vergadering.

Wat ons betreft wordt in de zienswijze opgenomen  dat volgens het vervuiler-betaald-principe de veroorzaker van de kosten van de verzilting tot in lengte van jaren de daaruit voortkomende lasten zal dienen te dragen.

Dus, geacht DB, maak helder in de zienswijze dat het waterschap Brabantse Delta van de veroorzaker van de verzilting van het Vokerak-Zoommeer, de Rijksoverheid, voor beheer, onderhoud en exploitatie van de werken een adequate vergoeding verlangt op basis van de werkelijke kosten.

In afwachting van uw handelen,

hoogachtend,

Namens de fractie Ons Water/Waterbreed

L.H. van der Kallen

 


VRAGEN MOGELIJK TOEKOMSTIGE JAARLIJKSE KOSTEN VERBONDEN AAN VZM 2, KENMERK 0059

 


Bergen op Zoom, 7 november 2014

 

Aan het Dagelijks Bestuur van het

Waterschap Brabantse Delta

Per e-mail

 

Betreft:          vragen mogelijk toekomstige jaarlijkse kosten verbonden aan VZM 2, kenmerk 0059

 

Geacht Dagelijks Bestuur,

Op 3 november j.l zond ik u een brief met vragen over de toekomstige jaarlijkse kosten verbonden aan het Volkerak-Zoommeer, kenmerk 0058. Deze brief is te beschouwen als een aanvulling op die van 3 november.

De afgelopen dagen heeft ondergetekende kennis kunnen nemen van de DHV Projectnota inzake de “Waterkwaliteit Volkerak- Zoommeer” d.d. april 2012,waarin de overdracht van taken als beheer, onderhoud en exploitatie aan het waterschap Brabantse Delta reeds is aangegeven:

  • Inrichting kwelsloten langs Volkerak-Zoommeer (pag. 41/42),
  • Nieuw gemaal Roode Vaart Noord (pag. 52/53),
  • Aanpasing Roode Vaart Noord voor inlaat Mark-Vliet (H) (pag. 53/56),
  • Aanpassing inlaat Oosterhout (pag.56/57),
  • Aanpassing watergangen Vossemeer en Auvergnepolder (K) (pag.58/59),
  • Verplaatsing inlaatpunten Dintel en Steenbergse Vliet (J) (pag. 64/66),
  • Gebruik effluent RWZI Bath (P) (pag.69/70),
  • Ontmanteling bestaande inlaatpunten langs Volkerak-Zoommeer (F/G) (pag. 72/73).

Het bevreemdt de fractie Ons Water/Waterbreed dat tot op heden die kennis en de mogelijke financiële consequenties niet gedeeld is met het AB en naar mijn herinnering ook niet met het DB. Gezien de te voorziene jaarlijkse kosten van 1.570.000 euro had het naar de mening van de fractie van Ons Water/Waterbreed wel voor de hand gelegen dit ter kennis van het AB/DB te brengen en te betrekken, als claim, bij de gesprekken met Rijkswaterstaat c.q. de landsregering. Het kan naar de opvatting van de fractie Ons Water/Waterbreed niet zo zijn dat het budget van het watersysteembeheer van ons waterschap, en daarmee de tarieven van het watersysteembeheer, belast worden als gevolg van een externe beslissing zoals het verzilten van een water dat buiten ons werkgebied valt. We hebben immers de ‘afspraak’ met onze overheidspartners dat er niet afgewenteld zal worden.

De fractie Ons Water/Waterbreed heeft naar aanleiding van het voorgaande de volgende vragen:

  • Waarom is de DHV Projectnota inzake de “Waterkwaliteit Volkerak- Zoommeer” d.d. april 2012 niet ter kennis gebracht van het AB/DB?
  • Waarom zijn de mogelijke financiële consequenties niet ter kennis gebracht van het AB/DB, terwijl deze in grote lijnen al vanaf april 2012 bekend hadden kunnen zijn?

De fractie van Ons Water/Waterbreed is van mening dat volgens het vervuiler betaalt principe de veroorzaker van de kosten van de verzilting tot in lengte van jaren de daaruit voortkomende lasten zal dienen te dragen.

De fractie Ons Water/Waterbreed verzoekt het DB onze brieven kenmerk 0058 en 0059 op de agenda van het AB van 12 november te plaatsen, zodat alle AB leden er kennis van kunnen nemen en de inhoud kunnen betrekken bij de bespreking van de Ontwerp-Rijksstructuurvisie Grevelingen en Volkerak-Zoommeer.

In afwachting van uw beantwoording,

hoogachtend,

Namens de fractie Ons Water/Waterbreed

L.H. van der Kallen

 


VRAGEN MOGELIJK TOEKOMSTIGE JAARLIJKSE KOSTEN VERBONDEN AAN VZM, KENMERK 0058

 


Bergen op Zoom, 3 november 2014

 

Aan het Dagelijks Bestuur van het

Waterschap Brabantse Delta

Per e-mail

 

Betreft:          vragen mogelijk toekomstige jaarlijkse kosten verbonden aan VZM, kenmerk 0058

 

Geacht Dagelijks Bestuur,

Bij het lezen van de rapportage maatschappelijke kosten-batenanalyse (MKBA), één van de onderleggers van de Ontwerp-rijksstructuurvisie Grevelingen en Volkerak-Zoommeer, is de fractie van Ons Water/Waterbreed opgevallen dat bij de opsomming kosten van de diverse te nemen maatregelen ook vermeld is wat de jaarlijkse kosten van deze maatregelen zullen zijn. Onderstaand een, door ondergetekende samengesteld, overzicht van de in de MKBA vermelde ingeschatte jaarlijkse kosten van investeringen, waarvan de fractie Ons Water/Waterbreed vermoedt dat zij mogelijk na realisering overgedragen zullen worden aan ons waterschap. De vindplaats is in het overzicht vermeld.

Jaarlijks onderhoudskosten overzicht in euro’s

Zoutbestrijding Dintelsas en Benedensas           150.000 Tabel 70/pagina 153.

Uitbreiding gemaal Hollands Diep                       150.000

Inrichting kwelsloten                                                10.000

Verplaatsen inlaatpunten Dintel/Vliet                  80.000

Ontmanteling inlaatpunten VLK-ZM             ./.    20.000

Aanpassen gemaal Roode Vaart                           450.000 Tabel 72/pagina 157

Aanpassen watergangen Vossemeer en
Auvergnepolder                                                       250.000

Roode Vaart                                                             500.000 Tabel 15/pagina 45

Totaal                                                                      1.570.000

  • Wat is in deze de onderhandelingspositie/inzet van ons waterschap?
  • Zijn er over deze kosten al afspraken gemaakt?
  • Zo ja, wat behelzen zij?
  • Wat zou een dergelijke belasting op onze begroting betekenen voor de watersysteemheffing?

De fractie van Ons Water/Waterbreed is van mening dat volgens het vervuiler betaald principe de veroorzaker van deze kosten tot in lengte van jaren de daaruit voortkomende lasten zal dienen te dragen.

In afwachting van uw beantwoording,

hoogachtend,

Namens de fractie Ons Water/Waterbreed

L.H. van der Kallen

 


UITWERKING ACTIVITEITENBESLUIT, KENMERK 0057

 


Bergen op Zoom, 8 oktober 2014

 

Aan het Dagelijks Bestuur van het

Waterschap Brabantse Delta

Per e-mail

 

Betreft:          uitwerking activiteitenbesluit, kenmerk 0057

 

Geacht Dagelijks Bestuur,

Uit het veld komen geluiden als zouden er tegenstrijdigheden/onduidelijkheden, voor vergunningverleners en vergunningaanvragers, bestaan ten aanzien van bevoegdheden in de samenwerking tussen het waterschap en de Regionale Uitvoeringsdienst (RUD).

  • Wat zijn de effecten/ervaringen ten aanzien van de vergunningverlening en handhaving door onze organisatie na de invoering van het activiteitenbesluit?
  • Worden er problemen ervaren tussen onze bevoegdheden in het kader van de Waterwet en de bevoegdheden van de gemeenten in het kader van het activiteitenbesluit?
  • Bij de nieuwe lozingsregels is sinds 1 januari 2013 meestal de RUD de handhavende instantie. Hoe worden de terugtredende bevoegdheden door onze handhavers in het veld ervaren?
  • Is er aanleiding om onze houding ten aanzien van deelname/samenwerking met de RUD te heroverwegen?

In afwachting van uw beantwoording,

hoogachtend,

Namens de fractie Ons Water/Waterbreed

L.H. van der Kallen

 


VERVOLG GEBIEDSCOMMISSIES, KENMERK 0055

 


Bergen op Zoom, 22 september 2014

 

Aan het Dagelijks Bestuur van het

Waterschap Brabantse Delta

Per e-mail

 

Betreft:          vervolg gebiedscommissies, kenmerk 0055

 

Geacht Dagelijks Bestuur,

Het waterschap was in het verleden betrokken bij de gebied/reconstructiecommissies. Nu lijkt er op dat gebied binnen ons waterschap niets meer te gebeuren. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld in het Boven-Dommel gebied waar het waterschap de Dommel één van de oprichters is van de gebiedscoöperatie Streekontwikkeling Boven-Dommel i.o. met als oogmerk samen met andere overheden, ondernemers en maatschappelijke organisaties te komen tot op streekontwikkeling gebiedsgerichte initiatieven.

Hoe is de stand van zaken in ons werkgebied inzake de voortzetting, in welke vorm dan ook, van het werk van de voormalige gebied/reconstructiecommissies en welke rol vervult het waterschap daarin?

In afwachting van uw beantwoording,

hoogachtend,

Namens de fractie Ons Water/Waterbreed

L.H. van der Kallen

 


AANBESTEDING WERKZAAMHEDEN WATERGANGEN, KENMERK 0054

 


Bergen op Zoom, 15 september 2014

 

Aan het Dagelijks Bestuur van het

Waterschap Brabantse Delta

Per e-mail

 

Betreft:          aanbesteding werkzaamheden watergangen, kenmerk 0054

 

 

Geacht Dagelijks Bestuur,

 

Vanuit landbouwers uit ons werkgebied bereiken de fractie Ons Water/Waterbreed opmerkingen dat bij de toekomstige aanbestedingen van opschoonwerkzaamheden aan onze watergangen niet meer uitgegaan zou worden van eerst maaien met de klepelmaaier en daarna met de schanskorf de watergang leeghalen. Het gevolg is dat op akkerbouwpercelen in het najaar veel meer ‘vegetatie’ uit de watergangen wordt gedeponeerd dan in het verleden. Voor akkerbouwers zou dit zeer bezwaarlijk/schadelijk zijn omdat ook in het najaar percelen bewerking kunnen behoeven.

Dit leidt voor de fractie Ons Water/Waterbreed tot de volgende vragen:

  • Is er grond voor deze opmerkingen?
  • Zo ja, wat is de motievering van deze verandering in het bestek?
  • Is bij deze mogelijk voorgenomen verandering in het bestek rekening gehouden met de voor akkerbouwers in het kleigebied gebruikelijke bedrijfsvoering?

Mocht de mogelijke verandering in het bestek inderdaad uw voornemen zijn, dan heeft de fractie Ons Water/Waterbreed hier ernstige bezwaren tegen. Wij verzoeken dan uw DB dit eventuele voornemen te heroverwegen daarbij betrekkend de bedrijfsvoering van akkerbouwers in onder andere het kleigebied.

In afwachting van uw beantwoording,

hoogachtend,

Namens de fractie Ons Water/Waterbreed

L.H. van der Kallen

 


KLACHTEN WATERSPORTONDERNEMERS, KENMERK 0053

 


Bergen op Zoom, 15 september 2014

 

Aan het Dagelijks Bestuur van het

Waterschap Brabantse Delta

Per e-mail

 

Betreft:          klachten watersportondernemers, kenmerk 0053

 

Geacht Dagelijks Bestuur,

Er bestaan binnen de watersportwereld in West-Brabant tal van ergernissen over wat er op en rond de wateren, die in beheer zijn van het waterschap Brabantse Delta, gebeurt.

Benedensas
De huidige afstelling van de lichten (dubbel groen) wordt als een oorzaak gezien van de met regelmaat optredende gevaarlijke situaties en ergernissen, alsmede de veroorzaker van verbale reacties naar de tegenliggende partij. In de beleving van met name bezoekers uit andere regio’s, die de situatie ter plaatse niet kennen, betekent groen licht: ik heb vrije doorgang en dus zijn ze dan geneigd zich qua snelheid en alertheid daar naar te gedragen. Als er dan van de andere kant (waar ook een groen licht brandt) plots een tegenligger opdoemt, ontstaan er met regelmaat gevaarlijke situaties en volgen er soms verwijten over en weer. Het dringende verzoek is bij een situatie, die nu leidt tot beide richtingen groenlicht (dubbelgroen), de lichten uit te doen. Iedereen weet dan: ik moet zelf goed uitkijken.

Een tweede ergernis in de sluis van Benedensas is dat de voetgangersbrug regelmatig wordt “vastgezet” zodat doorvaart niet mogelijk is. Uit niets is andere gebruikers gebleken dat hierop gehandhaafd wordt.

Een derde ergernis is de storingen die veroorzaakt worden door de bediening voetgangersbrug. Door onkundige of opzettelijke handelingen treedt er met regelmaat een storing op in de bediening van de voetgangersbrug met hinder voor het scheepvaartverkeer tot gevolg. Wat zijn de mogelijkheden om hier verbeteringen in aan te brengen? In het verslag ‘bespreking waterschap Brabantse Delta met watersportbedrijven en verenigingen rond Steenbergse Vliet, gehouden op 2 april 2013′ is te lezen: “Er wordt in de vergadering op aangedrongen geen sleutel aan mensen te geven die de brug daarmee kunnen bedienen omdat hier oneigenlijk gebruik van gemaakt kan worden.” De sleutel is minimaal in één geval wel verstrekt. Dit wordt als onrechtvaardig en onjuist ervaren. Hoe wordt dit teruggedraaid?

Een vierde ergernis is het niet handhaven van het verbod om langer dan 3 uur af te meren (zie foto’s brugbeheer 01 t/m 03). Met regelmaat liggen schepen daar meerdere dagen en wordt er overnacht. Ook liggen er vaak boten langdurig aan de grote palen (zie foto palen) midden in het water afgemeerd. Dit alles ter vermijding van havengelden/passantengeld, terwijl vaak wel gratis gebruik wordt gemaakt van de faciliteiten die de recreatieondernemer in de omgeving biedt.

Andere gebruikers van de aanmeermogelijkheid, waar een verbod geldt om langer dan 3 uur afgemeerd te liggen, zijn de elektrische boten van één ondernemer in de omgeving (zie ook foto brugbeheer 04). Feitelijk liggen die schepen er vrijwel permanent (er is voor die schepen zelfs een stroomaansluiting gemaakt). Buiten dat dit een overtreding is van het verbod geeft het anderen de indruk dat dit mag en ook zij er dus langer dan 3 uur mogen liggen c.q. verblijven. Gaarne handhaving van dit verbod om langer dan 3 uur aan te meren! Dit kan eenvoudig indien er bij voorbeeld iedere 3,5 uur automatisch een foto wordt gemaakt. Of stel een overnachtingverbod in en handhaaf dit strikt.

Een vijfde ergernis is de aanwezigheid van een permanent ponton van een recreatie ondernemer, terwijl hier geen noodzaak voor lijkt.

Een zesde ergernis is dat de gebruikers van de scheepshelling opstoppingen veroorzaken. Het in of uit het water halen van bootjes duurt ca 15-20 minuten. Op diverse dagen staan er dan 4 of 5 auto’s met boten te wachten, waardoor de ingang wordt geblokkeerd voor reguliere ligplaatshouders en ook nog voor de hulpdiensten. Een oplossing zou kunnen zijn de toegangsweg naar de ingang te verbreden en er twee-richtingsverkeer van te maken. Een andere mogelijkheid is om een deel van het gras te verharden zodat ze daar kunnen wachten. Graag voor dit probleem uw aandacht.

Dintelsas (Mandersluis)
Er wordt in de sluis soms aangelegd om goederen te lossen. Dit hindert dan in hoge mate de doorvaart. Uit niets is andere gebruikers gebleken dat hierop gehandhaafd wordt.

Bovensas
Een deel van dit sluizencomplex is jaren geleden geheel gerestaureerd. Dit deel is echter nog steeds niet opengesteld omdat er vervuilde grond in ligt. Dit is niet het voorbeeld wat van een overheid verwacht mag worden. Openstelling is ook wenselijk omdat dit sluisdeel, ondanks de geringe doorvaarhoogte, voor een deel van de recreatievaart een alternatief kan zijn ingeval van een storing of werkzaamheden aan de andere sluisdoorgang.

Wanneer wordt de vervuilde grond opgeruimd en dit sluisdeel opengesteld?

Woonark
Sinds een aantal maanden ligt er een woonark afgemeerd in de Steenbergsche Vliet (ter hoogte van het aquaduct, zie foto woonark 01). Naar zeggen van de klager zijn het waterschap en de gemeente hier al een paar maanden van op de hoogte. Waarom is hier nog niet gehandhaafd en wanneer gaat dat wel gebeuren?

Illegale bewoning
Bijgaand een foto van brievenbussen, zoals deze gesitueerd zijn bij de jachthaven/verkoophaven Prinsenlanden aan de Sasdijk in Dinteloord. Hier lijkt sprake te zijn van illegale bewoning van in deze haven afgemeerde boten. Wie is hier verantwoordelijk, de gemeente of de beheerder van het water, het waterschap? Welke acties kan het waterschap hier ondernemen?

Bebakening Vliet
In het verslag ‘bespreking waterschap Brabantse Delta met watersportbedrijven en verenigingen rond Steenbergse Vliet, gehouden op 2 april 2013’ is te lezen: “HvK (Hans van Kapel) deelt mee dat het budget hiervoor geschrapt is en vraagt of een eenvoudige bebakening met staken voorlopig voldoende is, dit is met het onderhoud te regelen”. De aanwezige ondernemers gingen er vanuit dat de bebakening met staken zou gebeuren. Nu is het gebeurd met dobbers/drijvers. Zij hadden liever staken gezien. Waarom zijn de natuur en uitzicht vriendelijke staken vervangen door de dobbers/drijvers? Kan de afbakening met staken alsnog plaatsvinden?

hoogachtend,

Namens de fractie Ons Water/Waterbreed

L.H. van der Kallen

brievenbussen brugbeheer 01 brugbeheer 02 brugbeheer 03 brugbeheer 04 palen woonark 01

 


BRUGBEHEER, KENMERK 0052

 


Bergen op Zoom, 25 augustus 2014

 

Aan het Dagelijks Bestuur van het

Waterschap Brabantse Delta

Per e-mail

 

Betreft:          Brugbeheer, kenmerk 0052

 

Geacht Dagelijks Bestuur,

Met enige regelmaat word ik benaderd over het brugbeheer door het waterschap. Als voorbeeld de  als bijlage toegevoegde email, die ik via, via mocht ontvangen. De mail, inclusief verbeteringsvoorbeelden, laat helder zien welke problemen de recreatievaart tegenkomt bij het gebruik van de West-Brabantse wateren. Van de beheerder van de Jachthaven de Schapenput heb ik begrepen dat hij dit soort klachten met regelmaat heeft doorgestuurd naar het waterschap echter zonder het gewenste resultaat. Hij gaf tevens aan dat er in dit kader in juli het brugbeheer geëvalueerd zou worden. Maar dit is niet doorgegaan omdat ‘de nieuwe regeling’ nog maar net ingevoerd was.

  • Wat is in dit kader de stand van zaken?
  • Wat is er met de klachten over de jaren 2013 en 2014 gedaan?
  • Wanneer vindt de aangekondigde evaluatie plaats en met wie?

In afwachting van uw beantwoording,

hoogachtend,

Namens de fractie Ons Water/Waterbreed

L.H. van der Kallen

 


VRAGEN INTENTIEVERKLARING VAN EINDHOVEN – 0051

 


Bergen op Zoom, 5 juli 2014

 

Aan het Dagelijks Bestuur van het

Waterschap Brabantse Delta

Per e-mail

 

Betreft:      Vragen intentieverklaring van Eindhoven -kenmerk 0051

Geacht Dagelijks Bestuur,

Naar mijn informatie is recent namens uw DB ondertekend de intentieverklaring van Eindhoven. Een soortgelijke intentieverklaring is opgesteld door het Regionaal Bestuurlijk Overleg Rijn-Oost. In Rijn-Oost is deze, buiten de provincies, de waterschappen en maatschappelijke organisaties, door 75 gemeenten getekend. De intentieverklaring van Eindhoven is slechts ondertekend door één gemeente, te weten Breda.

In het besef dat de zoetwaterproblematiek op onze hoge zandgronden niet wezenlijk anders is dan in Rijn-Oost heeft de fractie Ons Water/West-Brabant Waterbreed de volgende vragen:

  • Waarom heeft in ons gebied slechts één gemeente de intentieverklaring ondertekend?
  • Zijn de gemeenten betrokken geweest bij het overleg dat tot de intentieverklaring van Eindhoven heeft geleid?
  • Zo nee, waren ze uitgenodigd?
  • Zo nee, waarom niet?

In afwachting van uw beantwoording,

hoogachtend,

Namens de fractie Ons Water/Waterbreed

L.H. van der Kallen

 


VERPACHTING – 0050

 


Bergen op Zoom, 10 juni 2014

 

Aan het Dagelijks Bestuur van het

Waterschap Brabantse Delta

Per e-mail

 

Geacht Dagelijks Bestuur, 

Vanuit schapenhouders in de regio Bergen op Zoom krijgt ondergetekende de vraag of, en zo ja, waarom de verpachting van dijkpercelen aan schapenhouders wordt afgebouwd. Als voorbeeld wordt genoemd het niet meer verpachten van een dijkperceel gelegen zuidelijk van het gemaal De Pals.

De fractie Ons Water/Waterbreed heeft naar aanleiding van het bovenstaande de volgende vragen:

  • Wordt dit dijkperceel en eventueel andere dijkpercelen niet meer verpacht aan schapenhouders?
  • Zo ja, is hier sprake van een beleidswijziging?
  • Indien hier sprake is van een beleidswijziging wat is hier van de reden.

Tot op heden is begrazing door schapen, naar de idee van de fractie Ons Water/Waterbreed, een goede onderhoudsmethode gebleken, met een goede worteling van gras als gevolg en daarmee een duurzaam behoud van een gesloten grasmat. Naar de waarneming van aanliggende agrariërs leiden de één à twee keer maaien per jaar tot meer onkruiden en overlast op hun percelen. Graag een spoedige reactie.

In afwachting van uw beantwoording,

Hoogachtend,

Namens de fractie Ons Water/Waterbreed

L.H. van der Kallen