OVER WATER – 86: MIJN DILEMMA “SLIKPOLDER”

 

| 08-04-2017 | 16.00 uur |


 

OVER WATER – 86

 

EEN DILEMMA
Als dagelijks bestuurslid van het waterschap Brabantse Delta heb ik de dijkverbetering Geertruidenberg/Amertak in mijn portefeuille. De voorbereiding van een dergelijke omvangrijke dijkverbetering is een forse klus, die wekelijks mijn aandacht vraagt. Ik heb met dijkverbeteringen en dijkverlegging de nodige ervaring opgedaan met het project Overdiepsepolder.

In de huidige tijd waar termen als burgerparticipatie veelvuldig vallen en de omgevingswet in wording is, probeert het waterschap alle (direct) belanghebbenden bij het proces te betrekken om uiteindelijk tot een beter product (de dijkverbetering) te komen. In dat proces betrekt het waterschap ook de andere overheden, zoals de gemeenten en de provincie, in de verwachting dat zij hun bijdrage leveren op een wijze die passend is in het taakveld van de betrokken overheden. Daar toe is er ook een bestuurlijke stuurgroep waarin het waterschap, Rijkswaterstaat, de gemeenten (Drimmelen, Oosterhout en Geertruidenberg) en de provincie betrokken zijn.

Als waterschapsbestuurder is mijn hoofdtaak de dijkverbetering op tijd, binnen budget en volgens de veiligheidsnormen en met oog op de toekomst te realiseren. Veiligheid nu en in de verre toekomst van de totale dijkkring 34A Geertruidenberg is een kerntaak van het waterschap. Een waterschapsbestuur is, hoewel tegenwoordig (sinds 2008) deels bevolkt door vertegenwoordigers van politieke partijen, een functioneel bestuur gericht op kerntaken zoals de veiligheid. In die voege moet ik dan ook niet zoveel hebben van ‘politieke’ spelletjes, die soms gericht lijken op de korte termijn. Juist dát lijkt het geval te zijn in de discussie over de dijkversterking rondom de Slikpolder in Geertruidenberg. Hierbij werd een, vanuit het waterschap bezien, technische klus ineens hét middelpunt van gemeentelijke politiek en bleek al snel dat twee trajecten van twee verschillende overheden door elkaar begonnen te lopen. Enerzijds het project van het waterschap, de dijkverbetering Geertruidenberg/Amertak, en  anderzijds wat een gemeentelijk project zou moeten zijn, gebaseerd op de vraag: wat willen wij met/in de Slikpolder. De gemeente is het bevoegde bestuursorgaan als het gaat over de inrichting van haar grondgebied. Ik heb meer dan dertig jaar ervaring als raadslid in een West-Brabantse gemeente en als ik raadslid of wethouder zou zijn van onder andere een mooie vestingstad als Geertruidenberg, zou ik branden van verlangen om, met mijn gemeenteraad en samen met de inwoners en ondernemers van de totale gemeente, een visie te ontwikkelen op de gewenste toekomst inclusief wat we als gemeenschap willen met een in potentie mooi gebied als de Slikpolder. Als waterschapsbestuurder ga ik daar niet over, maar heb ik wel te zorgen dat bij de besluiten, die ik met het dagelijks en eventueel algemeen bestuur neem, zoveel mogelijk een andere overheid niet wordt belemmerd in haar besluitvorming over de opgaven waar die overheid voor gesteld staat. Ik constateer nu dat de weg van de advisering van het college van Geertruidenberg aan het waterschap over de dijkverbetering een politiek onderwerp is geworden. Hierbij is, naar mijn gevoel, de korte termijn en wat willen direct aanwonende burgers vooral niet, bepalend geworden. Hierdoor worden kansen voor de toekomst niet eens besproken en uiteindelijk de duurzame veiligheid voor de gehele dijkkring 34a Geertruidenberg, maar ook een eventuele optimale natuurontwikkeling in de Slikpolder, wordt bemoeilijkt zonder dat er een visie is ontwikkeld op wat de gemeente met de Slikpolder wil. Ondertussen ligt er ruim 8 centimeter aan belangwekkende stukken over dit project, die als grondslag dienen voor de uiteindelijke keuze die het dagelijks bestuur van het waterschap met inachtneming van alle adviezen gaat maken. Ik heb niet de indruk dat de gemeenteraad, die door het college van B&W betrokken is bij het adviesproces van de gemeente Geertruidenberg, geheel op de hoogte is van de inhoud van die ruim 8 centimeter. Van de geluiden uit de gemeenteraad en uit de openbare behandeling maak ik op dat veel van de opvattingen, die in de gemeenteraad leven, gebaseerd zijn op het geruststellen van een deel van de burgerij die uitzicht heeft op de Slikpolder, onder het motto: wij willen vooral geen jachthaven! Het rare is dat de gemeenteraad als enige kan bepalen of er ooit wel of geen jachthaven komt. Een besluit over een jachthaven heeft niets, maar dan ook niets met een besluit van het waterschap over de dijkverbetering te maken. Ik zou mij als raadslid te kort gedaan voelen als ik mij zonder visie op de toekomst moest uitspreken over een zaak die heel bepalend kan zijn voor die toekomst. Een eventuele dijkverlegging maakt voor de Slikpolder geen enkele toekomstvariant onmogelijk. Natuurontwikkeling kan, een uitloop c.q. recreatiegebied blijft mogelijk, een jachthaven blijf mogelijk, enzovoort. Wat ik volstrekt onderbelicht vind in de gemeentelijke discussie zijn alle voor- en nadelen van de varianten van de Slikpolder. Als voorbeeld een citaat uit de concept Milieueffectrapportage: “Een bijzondere kans voor Natura 2000 is er duidelijk wel. Door het verleggen van de dijk ontstaat een buitendijkse kwelder onder invloed van getijdewerking. Dit levert een type natuur op waar de Biesbosch beroemd mee geworden is, met uitstekende mogelijkheden voor recreatie. De wens van de gemeente om de Biesbosch dichter bij de bewoners van Geertruidenberg te brengen kan op geen betere wijze gerealiseerd worden. De polder kan zelfs aan het Natura 2000-gebied worden toegevoegd. De doelsoorten blauwborst, rietzanger en bruine kiekendief zijn er als aanwezig.” Of er bij een dijkverlegging een buitendijkse kwelder onder invloed van getijdewerking ontstaat, is een eigen gemeentelijke keuze. Maar welke betere bescherming dan een Natura 2000 status zou het gebied nog meer kunnen bieden? Tevens is mij wel duidelijk dat door het participatieproces allerlei verwachtingen zijn ontstaan, die niet altijd ingevuld kunnen en zullen worden en dat dit tot teleurstellingen zal kunnen leiden, terwijl dat niet terecht hoeft te zijn, wat de inbreng van ieder ook is. Uiteindelijk beslist het dagelijks bestuur  met daarbij de inbreng van een iedere participant meewegend.

Tijdens het participatieproces zijn er al heel wat schetsen van de plannen aangepast. Als het over de Slikpolder gaat zijn er nu alternatieven uitgewerkt van de eventuele dijkverlegging die tegemoet komen aan de opmerkingen van aanwonenden zoals: een alternatief waarbij een bomenlaantje wordt gespaard, het schouwpad naar de buitenzijde wordt verlegd en de dijksloot wordt verbreed en verdiept en eventueel de beschermingszone en het gebied tot de woningen worden gedraineerd. Dit laatste om een huidig probleem van de bewoners (een hoogstand van het grondwater, waar het waterschap formeel niets mee van doen heeft) zo mogelijk te verlichten. Door de inbreng van derden, zoals de aanwonenden, wordt en is op die manier die mogelijke variant verbeterd. Dus ook als het dagelijks bestuur zou kiezen voor de dijkverlegging is er door de gewaardeerde inbreng van de bewoners het nodige verbeterd en heeft hun inbreng zeker zin gehad. 

Het dilemma, waar ik en straks het dagelijks bestuur voor staan, is een keuze te maken die recht doet aan ieders inbreng en de taak van het waterschap is om binnen de mogelijkheden de beste route te kiezen naar de hoogst haalbare veiligheid van alle inwoners van dijkkring 34A Geertruidenberg. Dat kan betekenen een dijkverlegging waarbij, mede door het creëren van ‘ruimte voor de rivier’ en voorland, een hogere graad van veiligheid dan de normen kan worden bereikt. Hierbij wordt dan tevens een bijdrage geleverd aan de veiligheid van anderen dan de inwoners van dijkkring 34A en kan dan ook, indien er bijvoorbeeld na 2050 opnieuw een dijkverbetering aan de orde is, die verbetering eenvoudiger en goedkoper worden. Dan lijkt de keuze simpel en dat is die in principe ook. Maar ik ben ook een volksvertegenwoordiger en ik heb een groot gevoel bij de inbreng en wensen van anderen. Dit is niet alleen vanwege het ‘draagvlak’ dat altijd makkelijk is als het op uitvoering aankomt. Toch kan het geen ‘u vraagt, wij draaien’ zijn. Daarvoor zijn het proces en de doelstellingen te complex en te belangrijk. Wel wil ik graag het gevoel krijgen dat iedere deelnemer bezig is geweest met hetzelfde onderwerp, de dijkverbetering. Dat heb ik nu bij de gemeente Geertruidenberg niet. In de discussie binnen die gemeente spelen twee processen door elkaar. Ik besef heel goed dat Nederland een klein land is met veel mensen en veel belangen. Hierin is de Slikpolderdiscussie niet anders. De druk op de ‘ruimte’ is groot. Dit vereist een zorgvuldig proces en een visie op waarmee men bezig is, zodat de toekomst zoveel als mogelijk veilig wordt gesteld. Ik hoop dat de komende weken, tot de stuurgroepvergadering op 19 april, worden gebruikt om te komen tot een gewogen advies van onder andere de gemeente Geertruidenberg, zodat het dagelijks bestuur kan komen tot een goed besluit voor nu en in de toekomst. 

 

Door elke week bezig te zijn met water ontdek ik wel nieuwe informatiebronnen en andere routes om te komen tot kennisverrijking. Afgelopen week waren dat de website www.watertv.nl en de thema websites in opbouw www.baggerTv.nl en www.waterbouwTv.nl. Websites die stuk voor stuk een bezoek waard zijn.

4 april
In de morgen de vergadering van het dagelijks bestuur met als agendapunten onder andere: de kadernota, de aanvraag uitvoeringskrediet betonrenovatie Bath, de bestuurlijke/politieke omgeving van de dijkversterking in de Slikpolder en de positionering van het maatschappelijk belang versus de persoonlijke belangen in het gebied in relatie met het keuzesysteem dat uiteindelijk moet leiden tot een voorkeursalternatief, frauderisicoanalyse 2017 en sloten, oevers en dijken op orde.

Diverse PHO’s o.a. de stand van zaken Keenesluis en de dijkverbetering Geertruidenberg/Amertak.

5 april
PHO ter voorbereiding op de opnames ten behoeve van de inbreng van de drie waterschappen (Rivierenland, Brabantse Delta en het Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden), die betrokken zijn bij de bij de A27- verbreding.

Daarna de bijeenkomst van het Atelier Energie en Ruimte in de NHTV te Breda met een aantal interessante sprekers. Het sterkste verhaal voor mij was van Frans Melissen van de NHTV, die vertelde dat zijn leerlingen heel gemotiveerd waren om binnen hun vakgebied te gaan voor duurzaam. Maar het verhaal vertelde ook dat ze boos waren op ‘onze’ (in de zaal zaten voornamelijk grijze duiven zoals ik) generatie over de ecologische puinhoop waar wij ze mee hadden opgezadeld. “Wij hadden het verpest!”. Dat konden de overwegend grijze toehoorders in hun zak steken. De beste bemerking was wat mij betreft van Frits de Groot van VNO/NCW. Hij wees op het gegeven dat veel belasting- en subsidiemaatregelen terecht komen bij de ‘elite’. Zij hebben het geld en de daken om de zonnepanelen weg te leggen en het geld om te isoleren of om elektrische auto’s te kopen of te leasen. Als dan ter financiering van die subsidies de energiebelasting stijgt, worden die relatief veel opgebracht door de mensen met de laagste inkomens zij hebben immers vaak de slechtst geïsoleerde huizen. 

6 april
De opnames van de inbreng van het waterschap over de A27 en onze zorgen bij de realisatie van drie nieuwe bruggen. Ik zelf had de locatie bij de brug over de Bergse Maas bij Raamsdonksveer gekozen als icoon voor hoe het niet moest. Nu niet opnieuw ruimte van de rivier stelen. Dus spaar het rivierbed! 

Louis van der Kallen



OVER WATER – 85: WATER INNOVATIEDAG 2017

 

| 01-04-2017 | 18.15 uur |


 

OVER WATER – 85

(lees waarschuwing voor (waterschaps) ambtenaren).

 

28 maart
Van circa 8.00 uur tot 17.30 uur op het waterschap. “Water innovatiedag”. Met het hedendaagse gebruik van het woord ‘innovatie’ heb ik al jaren de nodige moeite. In december 2015 schreef ik, naar aanleiding van de jaarlijkse uitreiking van de ‘water innovatieprijzen’, er al een zurig stukje over in mijn wekelijkse waterdagboek. Ik benader al jaren het zogenaamde innovatieve imago van de waterschappen met de nodige argwaan. Want bij overheden kom ik zelden iets innovatiefs tegen. Naar mijn opvatting komt dat omdat bij ambtenaren, bestuurders en politici er een overmaat aan risico aversie aanwezig is. Er zal maar iets fout gaan of niet het gewenste resultaat geven dan zijn de mogelijk commentaren van de oppositie dodelijk en dat moet immers voorkomen worden!

Voor mij zijn innovaties het gevolg van een briljant idee of van fundamentele research. Wat in overheidsland ‘innovaties’ worden genoemd zijn meestal simpelweg ontwikkelingen, veranderingen, vernieuwingen die voortbouwen op de huidige kennis en vaardigheden. Toepassing van bestaande kennis is gewoon goed ‘jatten’ van andermans ideeën en die toepassen in je eigen werk. Hier is op zich niet mis mee. Dat is niet meer of minder dan iedere dag je werk proberen beter te doen en die kennis delen met anderen. Ivo Brughmans gaf een lezing over innovatiemanagement onder de titel paradoxaal leiderschap. De inleider verwees naar de 10 paradoxen, die naar de leer van Mihaly Csikszentmihalyi zouden gelden voor creatieve mensen. Tot mijn verbazing kon ik mij er in wel 9 vinden. Maar misschien aai ik mij graag over de bol. Zelf denk ik dat ambtelijke organisaties, door de natuurlijke selectie van ambtenaren (wie solliciteert waar en waarom en wie wordt om welke kwaliteiten aangenomen), per definitie gericht zijn op risicoreductie. Vroeger was het zeker zo dat wie zekerheid zocht werd ambtenaar. Dit is paradoxaal, omdat  vernieuwen haast per definitie het nemen van risico’s betekent. Je betreed dan nog niet betreden paden. Ambtenaren en hun bazen (de bestuurders) zijn eerder risicomijdend dan risico nemend.

In de middag woonde ik van 13.00 uur tot 17.30 de hackathon bij. Voor mij een soort van brainstorm. Een mooie en leuke manier om te ontdekken waar de belemmeringen liggen om te komen tot een meer lerende organisatie en wat de organisatie zou kunnen doen om te komen tot een organisatie waar vernieuwen en veranderen meer in de genen komt te zitten. Medewerkers, management, bestuur en veel procedures zouden moeten veranderen. Minder voorschrijven en meer durf van de medewerkers om ‘stout’ te zijn. Men moet zo nu en dan buiten de lijntjes durven te kleuren. Als je echt meent een goed idee te hebben moet je er voor gaan!

Tijdens de “Water innovatiedag” waren er tal van ‘innovaties’ te zien op het terrein van Bouvigne. Sommige waren afgestofte ideeën vanuit de middeleeuwen. Maar er was er één die mij wel opviel. De fluidized LED bed reactor om bijvoorbeeld medicijnresten uit afvalwater te halen. Nu maar hopen dat de waterschappen bereid zijn mee te betalen aan de uitwerking van dit idee. Want medicijnresten in afvalwater vragen om meerdere oplossingsrichtingen, zodat door concurrentie van ideeën er echt goede en uiteindelijk betaalbare oplossingen komen. Onderweg naar huis dacht ik: we moeten niet meer gaan voor de prijs van de beste werkgever maar voor de prijs van de werkgever waar creativiteit een durf beloond worden. Op ieder niveau hoort weerwoord. Zelf had ik die dag mijn verbazing uitgesproken dat zoveel medewerkers kiezen voor een kneveling/gevangenschap aan zoveel regels en procedures en tegelijkertijd aangeven het werkgeverschap van de werkgever zo hoog te waarderen. Zelf zou ik het geen drie jaar uithouden bij een dergelijke werkgever. Een klimaat van vernieuwing is een klimaat van een hoge mate van vrijheid bij het vormgeven van je werk. We hebben als waterschap, naar mijn mening, nog een lange weg te gaan voor een echt vernieuwende sfeer op Bouvigne.  

29 maart
Het innovatieontbijt waarbij de deelnemers aan de hackathon die de hele avond en nacht door waren gegaan hun innovatieplan presenteerden. Veel prachtige ideeën. Een compliment waard. Nu maar hopen dat de vele managers die aan de hackathon hadden deelgenomen ook in hun werkoverleggen met bestuurders en MT en DT hun rug gaan rechten voor medewerkers met ideeën.  Want de realisatie van ideeën is de beste motivatie om de creativiteit in je zelf en je collega’s verder te ontwikkelen.

In de middag een bestuurlijk overleg met wethouder Kevin van Oort over de stand van zaken in het dijkverbeteringsproject Geertruidenberg/Amertak.

In de vroege avond een presentatie/inloopsessie over de stand van zaken in het dijkverbeteringsproject Geertruidenberg/Amertak voor en met leden van het algemeen bestuur.

In de avond een thema AB over de kadernota 2018-2027 en het BOB-traject waterkwaliteit.

30 maart
De gehele dag waterinfodag te den Bosch. Net als op de waterschapsdag (20 maart)  met een presentatie van Gerrit Hiemstra van Weather Impact B.V.  Hij hield een inspirerend verhaal met als titel: “Urgentie: afwachten is geen optie”. In zijn presentatie viel weer op dat er nauwelijks aandacht was voor hittestress als gevolg van de klimaatverandering en geen aandacht voor de mogelijkheden tot de aanpak van koeling, terwijl het verlies van reflecterend poolijs in de zomer leidt tot een versnelling in de opwarming van noordelijk zeewater. Als voorbeeld: de “cooling down the planet” ‘Justdiggit’ actie met een veelheid van fimpjes. Ik kreeg de gelegenheid richting Gerrit Hiemstra hier een opmerking over te maken. Hierop deed Gerrit de toezegging (zachtjes te horen in het filmpje) bij volgende presentaties met mijn opmerkingen rekening te houden. Bij het sluiten van de plenaire ochtendsessie drukte de dagvoorzitter Ellen Visser (directeur netwerkmanagement Zee en Delta van Rijkswaterstaat) hem op het hart dat ook echt te gaan doen. Na Gerrit Hiemstra hield Erik Kraaij van het hoogwaterbeschermingsprogramma een presentatie over het waterveiligheidsportaal. Verder bezocht ik een presentatie over de informatievoorziening rondom de zorgplicht waterkeringen, gegeven door medewerkers van het waterschap Hollandse Delta en een presentatie over ‘data analytics’ gegevens door Anette Bleeker van Tessella

31 maart
Een bijeenkomst van de Unie klankbordgroep over de Tweede Kamer verkiezingen met onder andere een verhaal van Henri Kruithof een voormalige spindoctor van de VVD, die zijn eigen woorden nuanceerde met de opmerking: ‘ik ben een brood etende profeet’.

Louis van der Kallen



OVER WATER – 84

 

| 25-03-2017 | 10.30 uur |


 

OVER WATER – 84

 

18 maart
Naar de start geweest van de opruimactie ‘schone Maas‘. Dit keer was de Maasoever rond Overdiepse Polder aan de beurt. Tientallen opruimers gingen, ondanks het regenachtige weer en de windvlagen, aan de slag om de Maasoevers te ontdoen van veel (plastic)afval. Dit soort acties maken deel uit van een wereldwijde actie om aandacht te vragen voor de plastic soep die de zeeën van de wereld vervuilt.   

20 maart
Vandaag de waterschapsdag 2017 in Theater Diligentia in Den Haag. Wat mij dan altijd opvalt is het gebruik van geluid bij dit soort bijeenkomsten. Het aftellen van de start van het programma, zelfs in aanwezigheid van de minister van Infrastructuur en Milieu, gebeurt op een geluidsniveau dat snel 10 tot 15 decibel boven het niveau ligt dat schadelijk is voor de oren. Ik zou moeten waarderen dat het hele programma was opgebouwd rondt het thema: ‘klimaatverandering centraal’, waarbij zo nu en dan een stelling werd gedeponeerd waarover gestemd werd (eens of oneens). Dat geeft mij soms reden tot een glimlach. “Af en toe een nat pak op de fiets hoort erbij in Nederland”. 82 % was het eens met deze stelling. Kijkend naar het electoraat in de zaal was mijn gedachte dat zeker 80 % van de zaal niet hun eigen pak (kostuum of mantelpakje) bedoelde, omdat de kans groot is dat fietsen voor hen hooguit een bezigheid voor in het weekeinde was en niet zozeer voor woon-werkverkeer.

Gerrit Hiemstra van Weather Impact B.V. hield een inspirerend verhaal met als titel: “het klimaat wacht niet op ons”. Ik vond het jammer dat zijn verhaal vrijwel uitsluitend over water(overlast) ging en nauwelijks over hittestress. Hij vermeldde als klimaatverandering wel een keer extreme hitte. Maar in een betoog van 15 minuten hooguit 15 seconden over extreme hitte is wat mij betreft een gemiste kans, terwijl hittestress met regelmaat tot ‘oversterfte‘ lijdt en de aanpak van hittestress bijna één op één ook een positief effect heeft op het voorkomen van wateroverlast. 

Gezien de actualiteit van de verkiezingen en de kabinetsformatie liet hij ook zien wat de verschillende partijen, volgens de doorrekening van hun programma’s door het CBS, over hebben om jaarlijks uit te geven om de klimaatdoelen van Parijs te halen. Dat liep van ruim 16 miljard euro door GroenLinks tot 0 euro door het CDA (u kent ze wel de partij van het “rentmeesterschap”). In zijn betoog verwees hij naar de klimaatscenario’s van het KNMI. Ik vond in zijn betoog vooral leuk dat hij de waterschappen a-politiek noemde. Ik ben het daar van harte mee eens. Waterbeleid kent geen politieke kleur! Ik vond het buitengewoon jammer dat in het ruime uur discussie op het podium tussen de minister van I & M (mevr. Schultz van Haegen-Maas), de voorzitter van de Unie van waterschappen (de heer Oosters) en de voorzitter van de commissie water van de VNG (mevr. Adema) uit hun mond niet één keer het woord hittestress viel op te tekenen. Zelfs niet toen aan het slot van de discussie een filmpje werd getoond over een prachtig project om hittestress op een schoolplein in Meppel aan te pakken. Toen richtte de discussie zich op bewustwording van het publiek ten aanzien van klimaatadaptatie.

Soms denk je dit kan beter. Zo vertelde een beleidsambtenaar van de gemeente Zwolle, met als achtergrond een plein waar iedere meter versteend was en het enige water bestond uit een betonnen bak met stenenranden, over de gemeentelijke inzet om burgers te bewegen hun tuinen te ontstenen en te vergroenen. Een beetje een lachertje. Gemeenten/ambtenaren geef liever het goede voorbeeld. De enige die van mij een complimentje krijgt is watergraaf Stefan Kuks van waterschap Vechtstromen. In een kort filmpje noemde hij de gewenste aanpak van hittestress. Nu nog de inhoudelijke discussie over dit onderwerp op een volgende waterschapsdag! Ik hoop dat de aanwezige waterschapsbestuurders de woorden van de Unie voorzitter, de heer Oosters “Leiderschap is bewustzijn van wat er in je omgeving gebeurt”, nu ook qua hittestress gaan oppakken.

21 maart
Gisteren kregen de bezoekers van de waterschapsdag 2017 een krant uitgereikt (uitgaven van Nederland MVO) over klimaatadaptatie. Van de 20 pagina’s gingen er 19,6 over water en slechts een klein stukje ging over hittestress. Jammer en een gemiste kans. Door hittestress is er iedere zomer vermijdbare oversterfte, terwijl veel maatregelen tegen hittestress ook goed uitpakken voor de aanpak van wateroverlast. Hittestress en de mogelijkheden om dit door vergroenen aan te pakken, krijgt nog steeds van de beleidsmakers niet die aandacht die zou moeten.

In de morgen de DB vergadering met als agendapunten onder andere: de managementletter 2017-1, extra budget voor blauwe diensten, aanpak waterplantenoverlast voor hengelsportverenigingen en de kadernota.

In de middag een overleg met de dijkgraaf en in de avond het bestuurlijk overleg over de Roode Vaart met onder andere de wethouders van de gemeente Moerdijk en vertegenwoordigers van de provincies Noord-Brabant en Zeeland, waarbij de stand van zaken en de aanbesteding centraal stond. 

22 maart
In de morgen een bijeenkomst over crisisbeheersing met de collega’s van waterschap de Dommel en waterschap Aa en Maas.

In de middag het ‘Energie- en Ruimte Atelier in Terheijden over de windopgave na 2020. Voor het eerst hoorde ik de term ‘geluidsabsorberend landschap’. De suggestie was het landschap geluidsabsorberend te maken om zo de acceptatie van windmolens van de bevolking te vergroten. Op de website van de Atlas Natuurlijk Kapitaal vond ik wat informatie over dit onderwerp. Dit is een nadere studie waard!

23 maart
Ik ben aanwezig geweest bij de talkshow ‘het klimaat draait door’ in het Van der Valk hotel te Tiel. Het was een mooie ervaring deels omdat ik veel (oud) collega’s ontmoette van waterschappen waar ik ooit in het algemeen bestuur zat, zoals de waterschappen Rivierenland en Rijn en IJssel, alsmede het voormalige waterschap Alm en Biesbosch. Het was voor mij bijzonder dat ik de kans kreeg om het probleem van hittestress door ‘het doordraaien van het klimaat’ onder de aandacht kon brengen. In de gesprekstafelrondes kwam hittestress niet aan de orde. Tussen de tafelgespreksrondes was er steeds een optreden van “Beperkt Houdbaar” (improvisatiecomedy). Hun formule is deels gebaseerd op suggesties vanuit het publiek. Daar maakte ik dankbaar, met een paar zinnen toelichting, gebruik van. Hun vormgeving op dit onderwerp was prachtig en prompt kwam hittestress daarna aan de gesprekstafel wel aan de orde. Gespreksdeelnemer John Jacobs (strategisch adviseur Rotterdam Resilient City) verwees zelfs naar mijn opmerkingen. Voor mij was de dag helemaal geslaagd toen een paar collega’s onder verwijzing aan mijn Rioneddag 2017 optreden mij Mister Hittestress noemden. Dat is nu precies de bedoeling hittestress moet tussen de oren komen en dat ze mij daaraan koppelen vind ik prima.

24 maart
Ik ben naar de PAL lezing geweest in het provinciehuis van Zuid-Holland met als titel: “Kwaliteit is geen toeval, een pleidooi voor een visie op komende transities”, gegeven door Harm Veenenbos (provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit). De lezing was een uitleg over zijn werkprogramma 2017-2019, aangevuld met te bespreken stellingen. Mijn benadering was dat bij grote infrastructurele werken, zoals de aanleg en verbreding van snelwegen en dijkverbeteringen (onder andere verwoord in het hoogwaterbeschermingsprogramma), het adagium van RWS ‘sober en doelmatig’ is. De praktijk is dan soms, qua ruimtelijke kwaliteit, ‘somber en matig’. Het nieuwe politieke geroep van participatie/gebiedsontwikkeling levert veel ‘ideeën’ op maar ook geen of weinig geld voor die vaak mooie ideeën. Men kijkt dan vaak verwachtingsvol naar het waterschap als ideeënophaler en dus mogelijke suikeroom. Maar die suikeroom heeft bijna altijd slechts lege zakken!

 

Louis van der Kallen



OVER WATER – 82

 

| 10-03-2017 | 19.15 uur |


 

OVER WATER – 82

 

6 maart
Bestuurlijk overleg met wethouder Jaap Kamp (portefeuille planet) van de gemeente Moerdijk. Agendapunten waren onder andere: de stand van zaken van het project “Sloten  Oevers en Dijken op Orde”, het Havenbedrijf Moerdijk, de samenwerking en de relatie in den brede, het gebiedsproces, de Keenehaven, de Keenesluis, de EVZ Dintel-Tonnekreek, beheer en onderhoud, de verbetering regionale waterkeringen, de klimaatadaptatie en de samenwerking ‘Kinderboerderij’.

Diverse PHO’s onder andere over de A27, beek en kreekherstel rond Dongen en de Zuiderwaterlinie.

7 maart
DB met als agendapunten onder andere: de aanpak van de gebiedsprocessen, de kadernota, het projectplan Roode Vaart door Zevenbergen, de keuze onderwerp art. 109a onderzoek 2017 (beek- en kreekherstel), onderhoud Boomvaart, de voortgangsrapportage waterstaatkundige toestand regionale keringen, de aanleg van een inspectiepad op de dijk langs het Schelde-Rijnkanaal tussen de brug bij Nieuw-Vossemeer en Benedensas.

Een portefeuillehoudersoverleg over de gebiedsprocessen in de gemeenten Waalwijk, Loon op Zand, Tilburg en Goirle.

In de avond een bijeenkomst met de Stichting Duinboeren over een gebiedsontwikkelingsplan Duinboeren. Vertegenwoordigd waren verder de gemeenten Loon op Zand, Haaren, Tilburg, Heusden, Dongen, het waterschap de Dommel en de provincie.

8 maart
Stuurgroep Zuider Water Linie in het provinciehuis waar alle komende activiteiten aan de orde kwamen, alsmede het communicatieplan. 

In de avond het AB met als agendapunten onder andere: sturen op hoofdlijnen, het projectplan EVZ/beekherstel Rillaersebaan, verleidingsplan innovatie, de kansrijke alternatieven voor dijkversterking Geertruidenberg en Amertak. 

9 maart
PHO over de voortgang PAS project Westelijke Langstraat.

In de middag de bestuurlijke adviesgroep A27 met uitleg over de vervanging van de drie bestaande bruggen. Namens de drie betrokken waterschappen (Hoogheemraadschap Stichtse Rijnlanden, Rivierenland en Brabantse Delta) heb ik samen met collega Goos den Hartog aandacht gevraagd voor de wenselijkheid de flessenhals, die bruggen vaak zijn in de rivier, te verminderen. Het kan ook niet zo zijn dat RWS droog (de wegen), door verkeerde zuinigheid, RWS nat (de dijken en rivieren) op kosten jaagt door verdere bovenstroomse dijkverzwaringen nodig te maken. Graag bruggen op pijlers in plaats van grondlichamen in het winterbed van de rivieren. Zelf vroeg ik aandacht zowel van RWS als van de provincie Noord-Brabant voor de cultuur-historische waarde van de Keizersveerbrug, die ooit bij Moerdijk lag en waar toen zwaar om gevochten is en die voor veel streekgenoten een deel is van onze ziel en geschiedenis.

Foto onderweg genomen deze week: hoog water van de Aa of Weerijs

 

Louis van der Kallen



OVER WATER – 81

 

| 04-03-2017 | 18.00 uur |


 

OVER WATER – 81

 

De vastenavonddagen zijn voor mij dagen om te lezen waar ik normaal niet aan toekom. Ik heb in één keer “Assetmanagement in Waterstad, handreiking assetmanagement stedelijk water” uitgelezen. Voor de gemiddelde mens niet echt een boek om in één keer tot je te nemen. Toch is deze Stowa/Rioned uitgave (2016/28), voor gemeentelijke (riool)asset beheerders het lezen meer dan waard. Hiermee kan geld bespaard worden en de te leveren dienst kwalitatief verbeterd. Het is een taai onderwerp en een taai geschreven boek, maar soms is werk gewoon taai en soms ligt daar ook de uitdaging. Voor meer informatie kijk op www.riool.net/HASW

28 februari
In de avond ben ik naar het symposium “aandachtspunten voor het waterbeleid” geweest georganiseerd door de Stichting De Levende Delta. Ik kom altijd graag in het kantoor van waterschap de Scheldestromen, omdat ik in het verleden daar ook als lid van het algemeen bestuur van het voormalige waterschap Zeeuwse Eilanden heb mogen vergaderen. Sprekers waren Ir. Frank Spaargaren (“waar moet Zeeland zich op voorbereiden bij een zeespiegelstijging van 1 meter in 2100”), Ing. Frans Koch (“Stormvloedkering in de Westerschelde voor 2050”) en Ir Wil Lases (“Het gevaar van de onbegrepen verzilting in Zeeland”). Frank Spaargaren maakte het publiek duidelijk dat vóór het einde van deze eeuw de stormvloedkering in de Nieuwe Waterweg, de Haringvlietsluis en de Oosterscheldekering  afgeschreven zullen zijn en niet meer die bescherming zullen bieden die dan nodig is. Hij pleitte om niet in gedeelten van de delta te denken bij de noodzakelijke oplossingen, maar integraal naar oplossingen te zoeken voor het gehele deltagebied. Frans Koch presenteerde een plan tot afsluiting van de Westerschelde inclusief een innovatief overslagstation voor containers (NGICT). Wil Lases ging in op de verzilting van de Delta (op de website van Ons Water publiceerde hij daar eerder over). Hij pleitte onder andere voor verzoeting van het Grevelingenmeer.

Nu mijn portefeuille tijdelijk is uitgebreid met onder andere de boezemkades en regionale waterkeringen in het oostelijke deel van het werkgebied van waterschap Brabantse Delta, heb ik gelezen “Visie op de regionale waterkeringen 2016. Verder bouwen op een goed fundament”,  uitgegeven door de STOWA. Een leerzaam geschrift.

2 maart
De AB bijeenkomst van het afscheid van onze dijkgraaf Carla Moonen. Veel sprekers en veel lovende woorden.

3 maart
In de middag een bijeenkomst bij een boomkweker in Wernhout over de toepassing van Bokashi als bodemverbeteraar. Bokashi is een van oorsprong Japanse methode om organisch restmateriaal gefermenteerd terug te geven aan de bodem en op die wijze het humus- en organische stofgehalte in de bodem te verhogen. Hierdoor worden vocht en mineralen beter vastgehouden in de bodem en wordt ook het bodemleven meer divers.

Louis van der Kallen



OVER WATER – 80

 

| 25-02-2017 | 09.45 uur |


 

OVER WATER – 80

 

De Slikpolder bij Geertruidenberg

21 februari
DB vergadering met als agendapunten onder andere: de voortgang en evaluatie project sloten, oevers en dijken op orde, het werkbezoek van een Brabantse delegatie aan Zuid-West Engeland met water als thema en de notitie deelname energiefonds West-Brabant. 
Een PHO over de agenda van het bestuurlijk overleg met de gemeente Moerdijk.
Een PHO over de betekenis van de aangekondigde drie nieuwe bruggen in het A27 traject.
Een PHO over de eventuele maatregelen in het waterbeheer ten westen van de kern Kaatsheuvel.
Een PHO over de dijkverbetering Geertruidenberg/Amertak,

22 februari
In de avond een etentje met de fractieleden en hun echtgenoten.

23 februari
Het 3 lagen overleg van de werkeenheid Hart van Brabant met een terugblik op 2016 en de jaarplanning van 2017. Er staan weer mooie projecten op de rol voor 2017. Dit is een werkeenheid naar mijn hart. In 2012 was de ambitie om in 2020 ruim 6 miljoen euro te besparen. Toen in 2014 bleek dat we goed op wegwaren werd die ambitie verhoogd naar ruim 10 miljoen euro. Eind 2016 hebben we bijna 6 miljoen gerealiseerd. Een compliment voor de gemeenten en de twee waterschappen. Door steeds meer samenwerken, nu ook buiten de waterketen (die besparingen vallen buiten de huidige rekensom), hebben we dit resultaat  gehaald. Dat geeft vertrouwen dat we ook in de toekomst de ambities gaan halen. Moge dit een voorbeeld zijn voor de andere werkeenheden in ons waterschap. Met koek bij de vergadering werd gevierd dat onze regio op 2 februari op de Rioneddag in de prijzen viel.

24 februari
Bestuurlijk Overleg met wethouder Kevin van Oort van de gemeente Geertruidenberg over de alternatieven dijkverbetering Geertruidenberg/Amertak

Louis van der Kallen



OVER WATER – 79

 

| 18-02-2017 | 10.30 uur |


 

OVER WATER – 79

 

Op de Rioneddag bezocht ik de workshop ‘waterportaal’ met de cases Zuid-Oost Brabant. Deze workshop ging inhoudelijk over de ‘Branchestandaard gemeentelijke watertaken’. De watertaken van de gemeenten nemen toe in omvang, belang en budget. De gemeente moet dan ook zorgdragen dat zij de juiste mensen qua kennis en competenties in huis heeft om de gemeentelijke watertaken naar behoren te kunnen blijven uitvoeren. De ‘Branchestandaard gemeentelijke watertaken’ kan daarbij behulpzaam zijn. De Rioned branchestandaard kan daarbij een hulpmiddel zijn. De eerste ervaringen zijn ronduit positief te noemen. Mijn advies: gemeenten kijk eens wat je daarvan kan leren en of het iets is voor de eigen regio. 

15 februari
Vandaag ben ik naar de kennisbijeenkomst “Samen anders doen met water en groen – Iedereen is waterbeheerder” geweest. Doel van de bijeenkomst was om handvatten en praktische zaken aan te reiken voor het toekomstige ontwerpen van duurzame, klimaatbestendige en vooral mooie tuinen. De belangrijkste spreker was Nico Wissing van NL Greenlabel. Nico Wissing is een inspirerend spreker met een passie voor ‘groen’. Voor gemeenten die willen vergroenen is hij en NL Greenlabel dan ook een goede keuze om die vergroening mede vorm te geven. In zijn presentatie kwam, zij het zijdelings, ‘hittestress’ voorbij, maar dan vooral door het gegeven dat vergroening tot verkoeling leidt. Na afloop van zijn lezing sprak ik hem er op aan dat hij ook door de materiaalkeuze van de harde delen van de openbare en private ruimte er op het vlak van klimaatadaptatie en hittestress winst kan behalen door de toepassing van materialen met bijvoorbeeld hoge albedowaarden (hoge licht reflectie/koele verhardingsmaterialen) en lage emissiviteit (warmteabsorptie). Hij had daar geen interesse in. Zijn inzet beperkt zich tot terugdringing van verharding. Verdieping qua materiaalgebruik is klaarblijkelijk niet zijn expertise, noch de expertise van NL Greenlabel. Mijn advies aan gemeenten en bedrijven die gaan voor een integrale aanpak van klimaatadaptatie/klimaatbestendigheid en daarmee mede de aanpak van hittestress: kies een andere adviseur.    

16 februari
Portefeuillehouder Overleg (PHO) over de agenda Unie commissie waterkeringen. PHO over de voortgang Roode Vaart. PHO over de A27 discussie ‘peilers of brughoofden’ en over een eventuele overeenkomst tussen RWS en de belanghebbende overheden inzake de realisatie van de verbreding van de A27.

17 februari
Unie commissie waterkeringen te Amersfoort met als agendapunten onder andere: het consultatietraject invoeringswet omgevingswet, de aanpak beoordeling waterkeringen en de aanpassing beleidslijn grote rivieren. Ik vind het jammer dat met de invoering van de omgevingswet de naamgeving van de keur (waterschapswetgeving) verandert en deze eeuwenoude benaming wordt vervangen door waterschapsverordening. Mijn cultuurhistorisch hart doet hier een beetje pijn. Er ontstond een stevige discussie over de verandering in de beroepsmogelijkheden van de burger. Bij gemeentelijke wetgeving kan een burger, die bijvoorbeeld schade ondervindt door een bestemmingsplanwijziging (planschade), via een procedure daar een vergoeding voor krijgen. Uiteindelijk kan die procesgang eindigen bij de civiele rechter. De waterschappen kennen tot nu toe in dit soort gevallen de ‘nadeelcompensatie’. Die procesgang eindigt bij de bestuursrechter. De nu voorgestelde regelgeving wil dat harmoniseren en het voorstel is nu beide procesgangen te laten eindigen voor de civiele rechter. Voor de burger heeft dat het nadeel dat de gang naar de civiele rechter een hogere financiële drempel kent. Mijn insteek was dat er niets mis is met harmoniseren, maar dat voor een transparante overheid die streeft naar participatie van en controle door de burger, de drempel voor die burger niet te hoog mag worden. Zelf maakte ik een aantal kanttekeningen bij de aanpassing beleidslijn grote rivieren. De veranderingen houden in dat men met het maken van meer uitzonderingen meer mogelijk wil maken. Zowel ten aanzien van ruimte voor de rivier, als ten aanzien van wat kan en mag in de beschermingszone van een dijk. Zelf ben ik daar niet z’n voorstander van. Uiteindelijk leidt dit vrijwel altijd tot meer kosten bij toekomstige dijkverbeteringen en tot meer onderhoudskosten. Wat ook een punt is dat je steeds zal moeten uitleggen waarom iets op de ene plek wel kan en op een andere niet. Mijn ervaring is dat bestuurders en ambtenaren dan toeschietelijker worden op momenten dat het wat lastiger is. Terwijl de veiligheid en de kosten ook voor toekomstige generaties daar niet mee gediend zijn. 

Louis van der Kallen



OVER WATER – 78

 

| 11-02-2017 | 12.30 uur |


 

OVER WATER – 78

 

Vorige week heb ik op de Rioneddag mijn zegje kunnen doen over hittestress. Daar heb ik in de afgelopen dagen een aantal leuke reacties op mogen ontvangen. Ook zijn de afgelopen week tal van mailtjes met nadere informatie binnengekomen. Een heel informatieve kwam van Dr. ir. Lisette Klok, onderzoeker/docent Klimaatbestendige Stad van de Hogeschool van Amsterdam met een prachtig overzicht  van de gevolgen van extreme hitte in de stad. 

Afbeelding: Dr.ir. E.J. (Lisette) Klok, Onderzoeker/docent Klimaatbestendige Stad

Deze week heb ik het recent uitgegeven boekje “Het klimaat past ook in uw straatje” gelezen,  een voorbeeldenboek over het klimaatbestendig inrichten van straten en de openbare ruimte. Een mooi initiatief van de Hogeschool van Amsterdam in het kader van het onderzoeksprogramma Urban Technology waarin waterbergen en de aanpak van hittestress hand in hand gaan.

6 februari
Portefeuillehouderoverleg (PHO) met de ambtenaar die de gemeenten Dongen, Oosterhout, Made en Geertruidenberg tot haar aandachtsgebieden mag rekenen.

7 februari
Dagelijks Bestuur met als onderwerpen onder andere: “sloten, oevers en dijken op orde”, bestuurlijke rollen bij calamiteiten, het projectplan EVZ/beekherstel Rillaersebaan, de overdracht van waterstaatswerken, de samenwerking met Argentinië op water governance en het financieringsplan 2017-2018.

In de middag PHO’s over de wateroverlast langs de Winterdijk en Waalwijk, over de boezemkades en de verbeteringen van de regionale keringen en de beleidsaanpak van de overlast van bruine en zwarte ratten.

9 februari
In de middag ben ik naar het symposium van het BouwRegieNetwerk over infrastructuur geweest in het Beauforthuis te Zeist geweest. Op de weg daarna toe kwam ik langs het bedrijvenpark Seyst waar ik deze foto maakte. Een mooi voorbeeld hoe bouwen in de natuur kan op een wijze waarbij zo veel mogelijk met water en de natuurrekening is gehouden. Een compleet grasdak, waarbij het luchtbehandelingssysteem omgeven is met een begroeiing die zomers mooi in blad komt.
Er waren een viertal presentaties/discussies en leefbaarheid leverden mij kennis op die ik bij de discussies over de projecten A27 en A58 in ons eigen werkgebied in kan zetten. 

Louis van der Kallen



(NATTE/ ZOUTE) DROOM OF NACHTMERRIE – 40

 

| 08-02-2017 | 12.50 uur |


 

(NATTE/ZOUTE) DROOM OF NACHTMERRIE – 40

 

Soms kom je iets tegen waarvan je denkt: wat zou het mooi zijn als de schrijver nu over de mogelijke verzilting van het Volkerak/Zoommeer eens zijn mening zou kunnen of willen geven.

In 1973 verscheen van de hand van Ir. P. Stoter een lezing op schrift, uitgesproken op 22 maart 1973 tijdens de première van de bedrijfsfilm van de N.V. Watermaatschappij Zeeland. De lezing droeg de titel: “Zoet water voor de Delta een groeiend probleem”. De heer Stoter was toen de directeur van de N.V. Watermaatschappij Zeeland. Hij voorzag nog de aanvoer van zoet water uit de spaarbekkens Grevelingen of Sint-Philipsland naar de rest van Zeeland. Deze spaarbekkens zijn er voor zoet water nooit gekomen, want de Oosterschelde bleef open en de Grevelingen zout. De vraag is of voldoende zoet water nog steeds een (groeiend) probleem is? Voor mij als landbouwer in de West-Brabantse polders is de blijvende beschikbaarheid van voldoende zoet water van de juiste kwaliteit wel degelijk een probleem, wat mij en mijn collega’s blijft bezighouden.

Chris Ooms

 


OVER WATER – 77: RATTEN/ RIONEDDAG 2017

 

| 04-02-2017 | 21.00 uur |


 

OVER WATER – 77

 

30 januari
Vandaag de Waterkring in Zundert. Ik heb de algemene presentatie gegeven en collega Kees de Jong de presentatie over het watersysteembeheer. Daarna hebben we gezamenlijk de vragen van de aanwezigen, overwegend agrarische ondernemers, beantwoord.

1 februari
In de middag bestuurlijk overleg met wethouder Ad van Beek  (gemeente Dongen) en wethouder  Gerard Bruijniks (gemeente Loon op Zand) over de door burgers en bedrijven ervaren overlast van bruine en zwarte ratten. Er is sprake van een snelle toename van de rattenpopulatie en als gevolg daarvan ook van de ziekte van Weil. De bacteriën die de ziekte van Weil veroorzaken, komen via de urine van de ratten in het oppervlaktewater terecht en kunnen vervolgens via de mond, neus, ogen of wondjes binnendringen. De gemeenten hebben te maken met een snelle toename van de overlastklachten en met snel stijgende bestrijdingskosten (in Loon op Zand een vervijfvoudiging in één jaar). Ook is bestrijding door een recent verbod op gif minder effectief geworden. De gemeenten gaan bij het kennis- en adviescentrum dierplagen en bij de gemeente Eersel nadere informatie opvragen om via communicaties/publicaties het publiek voor te lichten om de omgeving van de mens minder ratvriendelijk te maken. Ik heb toegezegd deze informatie dan ook te verspreiden, bijvoorbeeld via onze website. Tevens is gesproken over de wijze waarop zowel gemeenten als het waterschap onderhoud plegen aan bermen en oevers en daar mogelijk een te ratvriendelijke omgeving creëren. Ook hier is kennisdeling belangrijk. Mogelijk ligt hier ook een taak voor onze bisamrattenvangers. Ook uit andere delen van Nederland (vooral de oostelijke provincies) heb ik bij bijeenkomsten van de Unie van collega’s gehoord dat ook zij een toename zien van de populaties bruine en zwarte ratten en daar vragen over krijgen. Ik zal zowel het onderhoudsvraagstuk als de mogelijke (kennis)inzet van onze bisamrattenvangers opnemen met mijn collega van watersystemen Kees de Jong. Mogelijk ligt hier ook een taak voor de Unie en de VNG om dit probleem op landelijk niveau aan te kaarten en te kijken of het gifverbod niet tot ongewenste gevolgen leidt en aanpassing verlangt om de volksgezondheid te beschermen.

In de vooravond de werkgroep bestuurlijke vernieuwing met de nota “sturen op hoofdlijnen” op de agenda. In de avond een beeldvormende sessie van het AB over de waterkwaliteit.

2 februari
De Rioneddag te Utrecht met veel inspirerende sprekers. Ik leer steeds beter om te gaan met de digitale technieken die gebruikt worden op symposia en netwerkbijeenkomsten. Bij iedere spreker gaf ik digitaal een korte reactie die dan op een groot scherm verschijnen. De vaste inhoud was steeds “hittestress”. Op een bepaald moment was mijn commentaar: “wanneer komt er een spreker die beseft dat hittestress oversterfte veroorzaakt en de aanpak ook een bijdrage levert aan de aanpak van water”. Omdat ik steeds snel was met mijn reacties verscheen deze steeds bovenaan het scherm.
De laatste reactie bleek pijn te doen, want de presentator ging op zoek naar ‘Louis’ en ik kreeg de vloer en was in de gelegenheid de pakweg 400 gemeentelijke waterambtenaren tussen de oren te rammen dat er meer is dan een riool en dat je met het werken aan wateroverlast ook andere problemen kan aanpakken, zoals hittestress. Daarna kreeg hittestress de aandacht die ik zo graag wil. Zelf bezocht ik de workshop ‘waterportaal’ met de cases Zuid-Oost Brabant en de workshop ‘inundatiemodellen’. Ook bezocht ik een aantal kennistafels die mij weer menige inspiratie opleverde voor nieuwe artikelen. De afsluiting van de dag is de verkiezing van de winnaar van de RIONED innovatieprijs 2017. Alle aanwezigen bepaalden samen de winnaar. Het is dus een echte publieksprijs en het publiek bestond vrijwel uitsluitend uit mensen die dagelijks met water en riolen bezig zijn. Er waren drie genomineerden, waarvan twee uit het werkgebied van het waterschap Brabantse Delta. “Beer en Staartje” die leren over het riool in een spannend voorleesboek werd de trotse winnaar. Dit boek is te bestellen op de “Beer en Staartje” website. Ook de tweede genomineerde de GoFlow van SWWB scoorde prachtig. Dit goede idee werd tweede. De GoFlow is een innovatieve 3D geprinte bol die menige verstopping van een stuw kan gaan voorkomen. Mijn complimenten voor de ambtenaren van de gemeenten en ons waterschap die deze ideeën uitgewerkt hebben.

Louis van der Kallen