OVER WATER – 91

 

| 13-05-2017 | 21.00 uur |


 

OVER WATER – 91

 

9 mei
Vandaag een dag van portefeuillehoudersoverleggen (PHO).Tijdelijk heb ik een vijftal gemeenten overgenomen van collega van der Aa, die in afwachting is van een medische ingreep. Ik ben in een viertal PHO bijgepraat over de stand van zaken in en met de gemeenten: Alphen-Chaam, Baarle-Nassau, Breda, Rucphen en Zundert. Tevens een PHO over de afronding van het project Overdiepsepolder, een PHO over het dijkverbeteringsproject Geertruidenberg/Amertak en een PHO over de Keenesluis.

In de avond een informatiebijeenkomst Geertruidenberg/Amertak.

10 mei
De vergadering van het Algemeen Bestuur met als agendapunten onder andere: de voordracht van de nieuwe dijkgraaf  Kees Jan de Vet, die ik ken vanuit mijn Provinciale Staten periode (hij maakte toen deel uit van de CDA fractie), de vaststelling van het projectplan Roode Vaart door Zevenbergen (sinds 1 maart in mijn portefeuille, na enige discussie met algemene stemmen aanvaard), de zienswijze op de eerste begrotingswijziging 2017 en de conceptbegroting 2018 van Aquon (bij deze behandeling was ik de behandelend portefeuillehouder wegens ziekte van collega van der Aa, gelukkig kreeg ik hulp van collega Schots bij de beantwoording van een vraag waarop ik het antwoord schuldig moest blijven). Ook dit voorstel werd met algemene stemmen aanvaard.

11 mei
Napraten informatiebijeenkomst Geertruidenberg/Amertak.

Presentatiebevindingen cultureel erfgoed van het waterschap en een discussie hoe daar in de toekomst mee om te gaan. Voor meer informatie over de geschiedenis, en daarmee over een deel van het erfgoed van ons waterschap, kijk eens naar het filmpje over die geschiedenis.

12 mei
De opening van de “week van ons water” in Raamsdonksveer bij de Praxis. Samen met wethouder Kevin van Oort van de gemeente Geertruidenberg startte ik de actie steenbreek in de gemeente. Met deze actie kunnen burgers maximaal 2 vierkante meter stenen inleveren in ruil voor plantmateriaal en tuingrond. Deze actie is gericht op vergroenen van tuinen met als gevolg de aanpak van wateroverlast en vermindering van hittestress. In de Praxis had de gemeente en het waterschap een aantal voorbeelden ingericht hoe tuinen en daken meer klimaatbestendig ingericht kunnen worden. Het waterschap was onder andere aanwezig met een presentatie van onze activiteiten en liet zien, middels een waterbak, wat er gebeurt in gebouwde omgeving als het veel regent en welke maatregelen een burger kan nemen om wateroverlast en hittestress te voorkomen of te verminderen. 

Louis van der Kallen



OVER WATER – 40: DE BRABANTSE OMGEVINGSVISIE

 

| 14-05-2016 | 13.30 uur |


 


OVER WATER – 40

 

10 mei
In de ochtend de dagelijks bestuursvergadering met als agendapunten onder andere: de huidige versie van de kadernota 2017-2026 (komt de volgende keer weer op de agenda), de keuze tot het voorkeursalternatief waterveiligheid Laakse Vaart, Kibbelvaart en Leurse Haven (de keuze is twee keersluizen), het vaststellen van het ruimtelijk kwaliteitskader voor de regionale waterkeringen, een actualisatie van de algemene regels en beleidsregels keur, de keuze van het onderwerp voor een artikel 109a onderzoek (diffuse bronnen) en een risicoanalyse in relatie met het weerstandsvermogen.

In de avond een groepsgesprek tussen AB/DB leden en de door de RKC van het waterschap ingehuurde onderzoekers die voor de RKC een onderzoek doen naar het aanbestedingsbeleid de uitvoering daarvan.

11 mei
Aan het begin van de avond de fractievergadering, waarin nog eens uitgebreid is gesproken over het vertrek van Kees Coppens uit het DB en zijn opvolging daarna werd de agenda voor het AB van 18 mei doorgenomen. Daarna de thema AB met als agendapunt een beeldvormende sessie over verbonden partijen. Het AB werd bijgepraat over: de belastingsamenwerking West-Brabant, de SNB, het Waterschapshuis en de strategische herijking Aquon.

12 mei
jules deelder 04Vandaag de “Dag van de Brabantse omgevingsvisie” in het congrescentrum 1931 in Den Bosch. In de eerste presentatie vertelde een medewerker van de provincie dat de op te stellen omgevingsvisie voor Brabant een praktijk gerichte omgevingsvisie moest worden, waarin ‘de mens centraal staat’. Voor mij een beetje raar. Want het hoort, als het gaat om de omgeving van de ‘mens’, net zo zeer over de flora, fauna en het landschap te gaan. Via “Denken, Dromen, Durven, Doen” moet er een uitzicht ontstaan op 2040. Meer informatie is te vinden op www.omgevingsvisieNB.nl. Zelf heb ik het niet zo op politici of ambtenaren die aan het dromen moeten slaan over hun werk. Ik schreef er eerder over.

De tweede presentatie was door Derk Loorbach van Dutch Research Institute For Transitions (DRIFT). Hij hield een inspirerend verhaal over de “Omgeving in Transitie” van beleid naar de politiek van de ruimte. Hij memoreerde als ‘nadenker’ de Jules Deelder ‘de wat maakt het uit joh-motie‘ in de Rotterdamse gemeenteraad. Hij pleitte voor het meer ruimte maken voor experimenten en de totstandkoming van een strategisch innovatie programma om:

  • ruimte te behouden
  • ruimte te bieden
  • en ruimte te maken.

Dit allemaal over de huidige politieke cycli heen. Deze zijn te kort en leiden tot een korte termijn denken, daar waar een lange termijn nodig is.

Daarna waren er nog werkbijeenkomsten, waarin veel gedroomd werd over wat de nieuwe omgevingswet mogelijk zou maken en wat de aanwezigen, vooral gemeentelijke ambtenaren aan verwachtingen hadden van ‘de Brabantse omgevingsvisie’. Op de concrete vraag wat is jullie verwachting, antwoordde in één van de werkbijeenkomsten waar ik aanwezig was 85 % “vrijheid”. Ik zag bijna dezelfde euforie als op een gemeentelijke bijeenkomst van politici over de omgevingswet. Ik schreef daar eerder over. Dit vind ik zorgelijk. 

Ik heb er niet zoveel vertrouwen in. Het lijkt op eerst het zoet, we gaan weer bouwen en produceren met alle milieunadelen van dien, daarna komt het zuur. In de politiek is dat niet de betrouwbare volgorde. Politici delen graag cadeautjes uit ‘het zoet’ en laten het zuur vaak aan de volgende generatie bestuurders met vaak de gedachte ‘na mij de zondvloed’ of ‘wie dan leeft die dan zorgt’. Een soort Belgisch scenario. Hier is het lange termijn denken waar Derk Loorbach voor pleitte echt nodig.

Louis van der Kallen

  


OVER WATER – 33: WATERSCHAPSBELASTINGEN

 

| 19-03-2016 | 09.30 uur |


 


OVER WATER – 33

 

De afgelopen maand is het Unie boekje “waterschapsbelastingen 2016” uitgekomen. Voor een waterschapsbestuurder is dat een interessante rapportage die enig inzicht geeft in het functioneren van de eigen waterschap. Natuurlijk is het een stukje appels met peren vergelijken, omdat waterschappen onderling verschillen. Zo kunnen hoog gelegen waterschappen op onderdelen goedkoper zijn,omdat ze geen of weinig dijken hebben. Zo kan het percentage WOZ waarde voor ‘gebouwd’ voor waterschappen met gemiddeld welvarender bewoners, die duurdere huizen bezitten, lager zijn. Ook kan de zuiverings-verontreinigingsheffing voor waterschappen met veel mensen per vierkante kilometer ook wat lager zijn per inwoner.

Toch heb ik met enig genoegen ons waterschap (Brabantse Delta) vergeleken met de 21 andere waterschappen. Qua opbouw van ons gebied worden we wel eens Nederland in het klein genoemd, omdat lage en hoge gebieden ongeveer gelijk zijn qua oppervlakte en we zowel primaire dijken langs de grote rivieren kennen als vele kilometers dijken langs regionale wateren zoals langs de Mark, Dintel en Vliet. De tarieven van de Brabantse Delta liggen gemiddeld circa 19 % beneden de landelijke gemiddelden. Voor ongebouwd op 72,9 % van het landelijk gemiddelde. Voor gebouwd op 87,4 % van het landelijk gemiddelde. De ingezetene heffing op 71,5 % van het landelijk gemiddelde en de zuiverings-verontreinigingsheffing op 93,4 % van het landelijk gemiddelde. Natuurlijk moet je tarieven bezien in relatie met de kwaliteit van de geleverde diensten. In grote lijnen voldoet het waterschap aan de landelijke c.q. provinciale normen. Het is goed te realiseren dat ten aan zien van de Kader Richtlijn Water we voor 2027 nog heel wat te doen hebben.

Ons water zal haar best doen de stijging van de tarieven te beperken en toch de alsmaar zwaardere normen ten aanzien van de veiligheid en waterkwaliteit tijdig te halen. 

15 maart
Dagelijks Bestuursvergadering met als agenda punten onder andere: de voortgang van de kadernota, de heroriëntatie van Aquon en de aanpak KRW-watersysteemanalyses.

16 maart
Een gesprek met twee ambtenaren van Bergen op Zoom over de mogelijke aanpak van de klimaatadaptatie in Bergen op Zoom.

17 maart
Bestuurlijk Overleg met wethouder Mario Jacobs van de gemeente Tilburg. De onderwerpen die onder andere passeerden waren het project ‘sloten, oevers en dijken op orde’, de ontwikkeling van de EVZ’s rond Tilburg, klimaatadaptatie en de afvalwaterketen.

18 maart
Vandaag geweest naar de PAL lezing in het provinciehuis van Zuid-Holland. De lezing ging over de toekomst van het EU-landbouwbeleid. Krijn Poppe en Nils den Besten hielden onderhoudende verhalen. Het Gemeenschappelijk Landbouw Beleid (GLB) van de EU kan na 2020 er wat betreft de basispremie voor de landbouwers per hectare wel eens anders ingevuld gaan worden, is hun verwachting. Zo is het streven van een aantal landen om te komen tot één bedrag per hectare voor de gehele EU. Dat zou voor de Nederlandse boeren een forse verslechtering zijn. Wat zou dat kunnen gaan betekenen voor de grondprijs?
Een andere mogelijkheid zou kunnen zijn dat het bedrag ingezet zou kunnen gaan worden als financiering voor regionale duurzaamheidsprogramma’s. Ook dat is een forse wijziging, maar kan ook een stimulans zijn om op regionaal niveau de duurzaamheidsdoelen te gaan realiseren. Kortom: mogelijke wijzigingsalternatieven genoeg. Wat mij in het verhaal verder opviel was de geschiedenis van het GLB. Eén van de argumenten was in 1955 dat de armste gebieden in de EEG de zandgronden waren en die moesten ondersteund/ontwikkeld worden. Nu zijn dat veel wijken in de grote steden en behoren de zandgrondgebieden tot de welvarende delen van ons land.    

Louis van der Kallen     

 


OVER WATER – 31

 

| 05-03-2016 | 09.20 uur |


 


OVER WATER – 31

 

1 maart
’s Morgens de DB vergadering met als eerste agendapunt een presentatie door Harry ter Braak van WagenaarHoes over de strategische heroriëntatie van Aquon, een samenwerkingsverband van negen waterschappen voor water gerelateerd onderzoek en advisering. De resultaten waren de afgelopen jaren niet wat van de samenwerking mocht worden verwacht. Er blijkt een toekomst! Er kunnen zaken beter en er hadden zaken vanaf de start beter gekund. Als ik even de pet opzet van raadslid van de gemeente Bergen op Zoom denk ik: laten we maar snel een dergelijk onderzoek ook doen naar de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant. Daar lopen nu de verliezen de spuigaten uit en ik sluit niet uit dat daar dezelfde soort zaken beter kunnen als nu geconstateerd word bij start van Aquon. Ook daar zou het misschien dienstig zijn om als deelnemende organisatie de rol van eigenaar en gebruiker van elkaar los te koppelen.

regen2Andere onderwerpen waren onder andere: duurzame vergisting, de natte natuurparel Lage Vuchtpolder, de actualisatie van de communicatievisie en ook de aanpak van wateroverlast. Voor mij was er ook een leerpunt bij die stukken. Het KNMI maakt zelfs een weersverwachting voor het komende voorjaar! De kans op een natter dan normaal voorjaar wordt op zo’n 70 % geschat en dat is allemaal te danken aan de zeer sterke El Niño van 2015/2016 die eind november heeft gepiekt.

In de avond een bijeenkomst van de werkgroep bestuurlijke vernieuwing waarin vooral de bijeenkomst met de fractievoorzitters op 16 maart werd voorbereid, de eerste BOB discussie op 17 februari werd geëvalueerd en gediscussieerd werd over hoe het onderwerp besturen op hoofdlijnen aan te pakken.

Deze week heb ik ook het boek “Bouwen aan de delta” gelezen, waarin alle inzendingen voor de Prof. Dr. Ir. J.F. Agemaprijs 2015 werden toegelicht. Een lezenswaardig inspirerend boek. Met mooie voorbeelden hoe er op tal van plekken in vooral Nederland, maar ook in de rest van de wereld door Nederlanders en Nederlandse bedrijven gewerkt wordt aan vaak multifunctionele waterbouwkundige werken.

Louis van der Kallen