VERANDERENDE WATERSCHAPSBELASTINGEN

 

| 20-01-2018 | 11.00 uur |


 

VERANDERENDE WATERSCHAPSBELASTINGEN

 

 

In 2014 verscheen de OECD studie “Water Governance in the Netherlands, Fit for the future”. Op 1 juni van dat jaar schreef ik daar een uitgebreide brief over aan het Dagelijks Bestuur van het waterschap Brabantse Delta. Een deel van die brief ging over de kosten van het waterbeheer en over de belastingen die de basis vormen van de financiering van waterschappen.

De OECD stelde onder andere dat de kosten van het totale waterbeheer onvoldoende transparant inzichtelijk zijn en dat harmonisatie van de verslaglegging hierbij behulpzaam kan zijn.  Ikzelf stelde, mede op basis van de OECD studie, dat de waterschappen vaak geconfronteerd worden met kosten die feitelijk door de besluiten van andere overheden veroorzaakt worden en dat deze kosten geen rol spelen bij de besluitvorming binnen deze overheden. Hierbij is het soms zo dat elders geld wordt verdiend, terwijl de kosten op het bordje komen van het waterschap. Mijn vraag toen aan het DB was: op welke wijze is uw DB, eventueel in Unie verband, van plan om de kosten van het waterbeheer meer inzichtelijk te maken zodat deze op zijn minst worden betrokken bij de besluitvorming over ruimtelijke plannen en zo mogelijk de extra kosten worden gedragen door degene die baat hebben bij die ruimtelijke plannen?

In 2015 heeft de Unie van waterschappen een onderzoek gestart naar een eventuele aanpassing van het belastingstelsel voor de waterschappen. Met als doelstellingen: toekomstbestendiger, kostenterugwinning, uitlegbaar, transparant, robuust, rechtvaardig, maatschappelijk gedragen, eenvoudig uitvoerbaar, lage perceptiekosten, een betere toepassing van het profijtbeginsel, een betere toepassing van het kostenveroorzakingsbeginsel en een betere toepassing van de vervuiler betaalt. Tevens zou het stelsel solidair van karakter moeten zijn en moet regionaal maatwerk mogelijk blijven. Een schier onmogelijke opgave.

Na twee jaar onderzoek beginnen de mogelijke veranderingen nu vorm te krijgen en worden ze in Unie verband besproken met leden van de dagelijkse besturen van de waterschappen en deze maand ook met leden van de algemene besturen. Mijn voorlopige conclusie over de mogelijke veranderingen is dat het streven naar transparantie (begrijpelijkheid) van het belastingsysteem niet echt uit de verf komt. Het belastingsysteem en de wijze hoe kosten toegerekend worden aan burgers en bedrijven blijft voor gewone mensen moeilijk te doorgronden. Voor mij is een betere invulling van het kostenveroorzakingsbeginsel en een betere toepassing van de vervuiler betaalt het belangrijkste om de veranderingen in de belastingheffing uit te leggen en te verdedigen naar de belastingplichtigen. Die principes krijgen wat mij betreft tot op dit moment onvoldoende vorm.

Zo is het begrijpelijk om de diffuse verontreiniging van vooral fosfaten en nitraten door de landbouw te gaan belasten. Maar waarom worden dan de diffuse verontreiniging van koper door de spoorwegen niet belast, terwijl die in de watergangen naast spoorwegen aantoonbaar is en de veroorzaker helder is. Het water uit die sloten is bijvoorbeeld voor agrariërs vaak niet bruikbaar omdat het hoge kopergehalte de kwaliteit van hun oogst aantast. Het zelfde geldt voor het wegverkeer. Ook hier zou een heffing bijvoorbeeld via de opcenten van de motorrijtuigenbelasting, te heffen via de provincies, een simpele en goedkope weg zijn. Een ander voorbeeld zijn de (rijks)wegen. Aantoonbaar leveren die een forse bijdrage aan de zinkconcentraties in bermsloten afkomstig van onder andere de vangrails.

Helder moet zijn dat deze heffingen niet een extra belasting zijn, maar een verschuiving ten opzichte van de huidige belasting. Het totaal van de belastingen gaat met de verschuivingen niet omhoog, maar de belastingen verschuiven richting de veroorzakers van een vervuiling. Voor het maatschappelijk draagvlak is het nodig dat een principe, zoals de vervuiler betaalt, consequent wordt toegepast, zeker als met de toepassing de perceptiekosten laag worden gehouden.  

Zelf ben ik blij met een aantal aanpassingen, waaronder de aanpassing van de heffingsformule voor de zuiveringsheffing voor bedrijven. Hierbij is de aanpassing dat niet alleen meer naar de aard en concentratie van de vervuiling wordt gekeken, maar ook naar het aangeleverde volume. Dat zal een motivatie opleveren om ook de geleverde hoeveelheid aan de zuiveringen te verminderen, waarmee nu de zuivering onnodig wordt belast. Dit is een uitstekende toepassing van het kostenveroorzakingsprincipe!

Ik ben benieuwd hoe de discussie zal gaan lopen en welke wijzigingsvoorstellen uiteindelijk in de wet verankerd worden.  

Louis van der Kallen

 


GOED NIEUWS – 1

 

| 13-01-2018 | 19.30 uur |


 

GOED NIEUWS – 1

 

Memphis Meats heeft als doelstelling in 2021 aan consumenten rundvlees en kippenvlees tegen gangbare prijzen aan te kunnen bieden zonder dat daar een kip of rund voor geslacht hoeft te worden. Kunstvlees “without the need to feed, breed or slaughter animals”. Hiervoor  zou slechts één honderdste van het land, één tiende van het water en de helft van de energie benodigd zijn van de conventionele vleesproductie. Dit is, als het echt gebeurt, pas echt goed nieuws.   

Er is nog meer goed nieuws te melden. Soms  kom je iets tegen dat hoop geeft voor de wereld. Een wereld die naar andere vormen van energiewinning toe moet. Goed nieuws, in mijn ogen, is het idee van Marjan van Aubel, een Nederlandse productontwerpster, die zonenergietechnieken verwerkt in alledaagse voorwerpen zoals tafels, ramen en servies. Nieuwsgierig? Kijk eens op de website van Caventou of naar dit Youtube fimpje waarin Marjan zelf uitleg geeft over haar ideeën.

Als ik een artikel in het boekwerk “Good news for the Planet” mag geloven bereikt 30 % van de geproduceerde kleren nooit de consument en eindigt 70 % van de kleren die de consument wel bereiken in de afvalbak en wordt 30 % van de kleding die de consument wel bereikt uiteindelijk wel hergebruikt. Overwegend in zaken als isolatiemateriaal. Dat zijn wat mij betreft geen cijfers om trots op te zijn. Dat is grotendeels verspilling van onvervangbare grondstoffen. Dat kan en moet beter denken de initiatiefnemers van “loop a life”, een producent van duurzame kleding die als allereerste in Nederland een collectie in de verkoop heeft van 100% gerecycled textiel, afkomstig uit de Nederlandse kleding afvalberg.

Wonen, werken en recreëren op het water wordt met een stijgende zeespiegel en stijgende rivierafvoeren mogelijk de norm voor het leven in een delta. Om hier een idee bij te krijgen hoe dit kan uitpakken, kijk eens www.waterstudio.nl

Louis van der Kallen

 


NATTE VOETEN

 

| 10-01-2018 | 12.30 uur |


 

NATTE VOETEN

 

Vandaag, in het weekeinde en de afgelopen weken nam het hoge water in de media een prominente plaats in. Voor het eerst waren alle stormvloedkeringen gesloten en werden ook de gerealiseerde maatregelen in het kader van het hoogwaterbeschermingsprogramma en het ruimte voor de rivierprogramma  grotendeels benut.

In de Volkskrant van zaterdag 6 januari viel zelfs de kop te lezen “Natte voeten blijft een reële dreiging”. Hoogleraar Bas Jonkman stelde in die krant “2 meter stijging van de zeespiegel kan het systeem niet aan”. Nu zijn weinig mensen bang voor natte voeten. Dat zijn ze onder de douche wel gewend. Maar het is slechts een eufemisme om iets beangstigend als overstroming niet hard op uit te spreken.    

Als waterschapsbestuurder kijk ik altijd uit naar het jaarboek van de dijk. Het projectenboek 2018 leverde voor mij wel een aantal verrassingen op zoals twee impressiekaarten “Nederland Oostwaarts 2100” en “Nederland Omhoog 2100”.

Voor mijn gevoel is er voor het eerst het besef dat scenario’s mogelijk werkelijkheid kunnen worden die nu nog niet als reëel worden aanvaard. Voor het eerst zie ik in een Rijksdocument dit soort kaarten verschijnen. Ik ben er blij mee. Nu nog het besef dat dit bij het denken over de toekomst van Nederland een gevolg zou moeten hebben. Moet er geen verschuiving gaan komen over waar accenten moeten worden gelegd bij publieke investeringen in bijvoorbeeld infrastructuur? En hoe die uitgevoerd moeten worden? 

Voor mij andere opvallen de zaken waren:

  • “We willen niet alleen een veilige dijk, maar ook een duurzame dijk.”
  • Deal GWW versie 2.0 beloven de Dijkwerkers van Rijkswaterstaat en de waterschappen dat “duurzaamheid in 2020 een integraal onderdeel vormt van alle dijkversterkingsprojecten, vanaf de verkenning”.
  • Uit de stellingen uit het dijkwerkerspanel: “In 2050 worden alle dijken door de omgeving ontworpen.” Slechts 14 % onderschreef deze stelling!
  • In de top 40 van de meest gefotografeerde dijken en dijklocaties van Nederland komt West-Brabant niet voor!
  • “In haar rol als assetmanager kijkt ze verder dan het beheer van de huidige dijk, maar naar de gehele levensduur van de kering.”, aldus Claudia van Ackooij van waterschap de Stichtse Rijnlanden.
  • In het werkgebied van Brabantse Delta het Drongelens kanaal: “De planstudie en voorbereiding op de realisatie is voorzien in 2018 en 2019. De realisatie vindt in 2020 plaats.”
  • In het werkgebied van Brabantse Delta Geertruidenberg en Amertak: “In 2018 start de planuitwerkingsfase. Hierbij wordt met name voor de Slikpolder nauw samengewerkt met de gemeente Geertruidenberg. Voor wat betreft de Amertak is de pipingproblematiek overheersend. Hiervoor wordt verbinding gezocht met de projectoverstijgende verkenning Piping (POV-P).”

Dit jaarboek laat zien dat men steeds toekomst gerichter aan de slag gaat. Niet meer alleen het hier en nu, maar ook steeds meer: wat betekent dit voor de toekomst van de dijk en het achterland?

Louis van der Kallen

 


TER VERANTWOORDING ROEPEN

 

| 06-01-2018 | 12.00 uur |


 

TER VERANTWOORDING ROEPEN

 

Nu ik teruggetreden ben als dagelijks bestuurder van het waterschap Brabantse Delta, kom ik toe aan (her)lezen van water gerelateerde boeken die al lang op mijn lijstje staan waaronder “An Inconvenient Truth” (een ongemakkelijke waarheid) van Al Gore. Een boek dat in 2006 de tongen los maakte en de wereld, voor mij onweerlegbaar, wees op het gevaar van het broeikaseffect en wat we eraan kunnen en moeten doen.

Het boek, geschreven door een voormalig vicepresident van het land dat met circa 4 % van de wereldbevolking in 2005 verantwoordelijk was voor meer dan 30 % van de productie van broeikast gassen. Gore voorzag in zijn boek de rampen, ziekten en plagen die de door de mens veroorzaakte klimaatverandering zou gaan brengen en de vele extra, mede door menselijk handelen, veroorzaakte doden.  Eén citaat maakt nu op mij nog meer indruk dan toen. Twaalf jaar aan toegevoegde kennis kan veel doen. Als je tenminste kennis wilt nemen van wat er werkelijk in de wereld gebeurt.

“Iets verliezen is één ding. Vergeten wat je verloren hebt, is iets anders. Misschien zou ik niet moeten generaliseren vanuit mijn eigen ervaringen, maar ik geloof dat onze samenleving gevaarlijk dicht bij het punt is gekomen waarop we niet eens meer weten wat we kwijt zijn en vervolgens zelfs vergeten dat we het kwijt zijn. Ten dele gebeurt zoiets doordat je nooit de kans hebt om nog echt met de natuur in contact te komen. Dat klinkt misschien als hippiegeleuter, maar je kunt de ongerepte rijkdom van de natuur niet in je opnemen zonder dat je je daardoor rustig, bescheiden en verjongd gaat voelen. Ik geloof dat de Schepper (met de evolutie als onderdeel van het scheppingsproces) ons vormde, leven en ziel gaf en ons een plaats gaf in – en niet buiten – de natuur, met innige banden met alle onderdelen daarvan.  Onze relatie met de natuur is geen relatie tussen ‘ons’ en ‘haar’, maar zij is ons en wij zijn haar. Dat wij een bewustzijn hebben en abstract kunnen denken scheidt ons op geen enkele wijze van de natuur. Dat we in staat zijn dingen te analyseren roept bij ons een arrogante illusie op, namelijk dat we zo speciaal en uniek zouden zijn dat we los van de natuur staan. De waarheid is dat we er onlosmakelijk mee verbonden zijn. Ik weet dat veel mensen het milieu afdoen als  irrelevant voor hun dagelijks bestaan en ik weet ook waarom. De perioden dat ik in mijn kindertijd in Washington woonde, raakte ook ik verslingerd aan het stadsritme en stadsgedruis. Ik miste dat gevoel soms toen ik elke zomer naar Carthage terugging.

Mede door deze achtergrond heb ik een gezond ontzag voor de hypnotiserende werking van een volgepropt, over-gestimuleerd leven in een overbevolkte omgeving. Alles daar is erop ontworpen om alle aandacht naar zich toe te trekken, ons dingen te verkopen, ons vliegensvlug van de ene plaats naar de andere plek te brengen, ons te bepalen bij dingen die van vitaal belang lijken, maar dat niet zijn. Het is zo’n allesbepalende kunstmatige omgeving, dat het kan lijken of er niets anders bestaat.

In de natuur daarentegen gaat alles langzaam. Het is een omgeving die niet met geweld alle aandacht opeist en die daardoor sommige mensen misschien koud laat. Maar als je jezelf nooit midden in die natuur plaatst, om te begrijpen dat haar essentie ook onze essentie is, dan ben je geneigd de natuur als trivialiteit te behandelen. Dan ben je bereid de natuur te mishandelen en te vernietigen uit onverschilligheid, zonder in te zien dat zoiets fout is. Natuur wordt dan een onbeduidend decor waar je dingen kunt meemaken. Iets zonder diepere intrinsieke betekenis. We accepteren inmiddels de overheersende houding dat je niet met alle middelen en zonder nadenken over de wonden die je achterlaat alles uit de natuur mag wegroven wat van nut is om de lucratieve economische machine nog harder te laten draaien. En als die exploitatie het milieu schaadt, dan moet dat maar. De natuur zal zich altijd wel weer herstellen. Daar hoeft niemand zich druk over te maken.

Wat we de natuur aandoen, doen we echter ook onszelf aan. De milieuvernietiging heeft nu een omvang bereikt die weinigen ooit hebben voorzien. De wonden gaan niet meer vanzelf over. We moeten met kracht handelen om dit kwaad te keren.” Dit in een boek uit 2006! Nu is de noodzaak tot ingrijpen en verandering alleen maar groter geworden. En nu is er Trump.

Zonder alles te onderschrijven, is de voorgaande tekst van Gore wat mij betreft de kern van waar het om gaat. Nu ziet de wereld vele jaren werk van voorgaande presidenten van de USA in rook opgaan. Trump blijkt steeds meer het belang te dienen van een kleine groep mensen die grof geld verdienen aan veronachtzaming van het milieu met als gevolg meer rampen, ziekten en plagen met extra doden.

Gore schreef: “Wie de meeste technologie bezit, heeft ook de grootste morele verplichting deze verstandig te gebruiken.” Ik wil wel een stapje verder gaan. Ik hoop dat op enig moment de wereld het gedrag van ‘leiders’ als Trump en zijn trawanten gaan zien als misdaden tegen de menselijkheid en tegen de toekomst van de planeet aarde en haar inwoners en mogelijk zelfs als genocide als de bevolking van complete eilanden, zoals in de Stille Zuidzee, worden verdreven door het stijgende zeewater en deels de dood vinden door stormvloeden en orkanen. Dan dienen zij of hun nazaten ontdaan te worden van alle wederrechtelijk verkregen baten van hun misdaden. Het internationale gerechtshof in Den Haag mag wat mij betreft de dossiers gaan voorbereiden voor het ter verantwoording roepen van al degenen die nu als bestuurders de planeet en al haar huidige en toekomstige bewoners, van welke biologische aard, veronachtzamen.   

Louis van der Kallen

 


OVER WATER – 124: SUGGESTIES VOOR DE GEMEENTERAADSPROGRAMMA’S

 

| 01-01-2018 | 12.45 uur |


 

OVER WATER – 124: SUGGESTIES VOOR DE GEMEENTERAADSPROGRAMMA’S

 

Bovengrondse hemelwaterafvoer
Onze steden en dorpen zijn grotendeels verhard door wegen, pleinen, parkeerterreinen, betegelde tuinen en gebouwen. Regenwater kan daardoor maar beperkt opgenomen worden door de ondergrond. Het regenwater wordt dan bijna volledig, buiten het zicht van de bewoners, afgevoerd via het riool, wat bij hevige buien kan leiden tot overbelasting van het rioolstelsel en de rioolwaterzuivering en kan leiden tot verontreinigd water op straat. Bovengrondse afvoer van hemelwater maakt het water zichtbaar en kost in veel gevallen minder dan de aanleg van een gescheiden rioolstelsel. Een nevenvoordeel is dat foute aansluitingen voorkomen kunnen worden of snel opgespoord en bewoners minder snel geneigd zijn vervuilende handelingen op straat te verrichten. Ook vergroot bovengrondse afvoer de betrokkenheid van bewoners bij de waterhuishouding en kan de vormgeving van de afvoer een verrijking zijn van het straatbeeld.

In een land als Nederland is oppervlaktewater vaak dichtbij, dan zijn molgoten (maximale diepte 5 centimeter) een mogelijkheid. Het straatprofiel blijf dan gelijk alleen de kolken kunnen verdwijnen en de molgoten kunnen met borstelwagens nog gereinigd worden. Ook zijn molgoten in een prefab versie beschikbaar. In gebieden met een natuurlijk verval zijn open goten een alternatief. Die kunnen weliswaar niet meer met een borstelwagen gereinigd worden, maar door het grotere verval worden ze vanzelf schoongespoeld door het hemelwater. Ook met bedekte (prefab) goten is veel mogelijk zij kunnen met grotere diepten veel water afvoeren en zijn geen obstakel voor het verkeer en zijn zeer geschikt voor binnenstedelijke situaties. Andere mogelijkheden en nieuwbouw situaties zijn: holle wegen, greppels en stedelijke waterlopen.

Hemelwater bufferen/infiltreren
Sinds de industrialisatie is de groei van steden versneld en is, om redenen van volksgezondheid, overgegaan tot het gezamenlijk afvoeren van het afvalwater en het hemelwater door middel van ondergrondse riolen. Door de klimaatveranderingen is er sprake van toenemende neerslag in korte perioden, waardoor de bestaande riolen vaak niet meer toereikend zijn. Gecombineerd met het besef dat het schone hemelwater niet noodzakelijker wijze in ondergrondse riolen en voor veel geld afgevoerd en gereinigd dient te worden, is het zaak te komen tot een wijziging van het huidige beleid en verandering van de praktijk.

Vertragen en bufferen moet het uitgangspunt zijn. Infiltratie in de bodem is ook goed voor de aanpak van hittestress. Water in de bodem werkt koelend bij verdamping. De verhardingen en bebouwingen zijn voor hemelwaterinfiltratie de belemmerende factoren. Die moeten dus aangepakt worden. In veel stedelijke gebieden is veel oppervlak onnodig verhard, veelal omdat het onderhoud minder nodig en goedkoper zou zijn. Onbedekt/ongebruikt verhard oppervlak moet echter ook onderhouden worden. Nu vaak met ongewenste bestrijdingsmiddelen. Onbebouwde wilde grasvelden, die bijvoorbeeld maar twee keer per jaar gemaaid behoeven te worden, zouden best wel eens een goed en kostenbewust alternatief kunnen zijn. De campagne steenbreek: ’tegels eruit, groen of tuin erin’ is daarvoor zowel voor burgers als overheden een goede start. 

Maar er kan veel meer. Zoals de toepassing van waterdoorlatende verhardingsmaterialen. Te denken is aan: grasbetonstenen, poreuze klinkers, klinkers met open voegen of losse materialen als grind, steenslag, schelpen of houtspaanders. Maar ook combinaties zoals mengsels van steenslag en gras en open bestratingspatronen. Als er meer ruimte is en de bodem geschikt, kan hemelwater ook van daken en verharde oppervlakken direct naar grasvelden, plantsoenen, wadi’s of oppervlaktewateren als brand- en hemelwatervijvers geleid worden ter infiltratie. Ook aangelegde infiltratie-stroken/kratten/putten en grindbakken/koffers, waterpleinen en groene daken kunnen afhankelijk van de situatie goede alternatieven zijn. Positieve effecten kunnen zijn: aanpak verdroging natuur, vermindering hittestress, verbetering luchtkwaliteit, verbetering van de biodiversiteit en verhoging van de belevingswaarde van een meer groene omgeving. Als er veel ruimte is kan er ook gekozen worden voor een ‘urban wetland’ zoals Kristalbad tussen Hengelo en Enschede.

Als vrijwilligheid niet werkt kan een ’tegeltax’ een reëel alternatief worden. Ik schreef daar eerder over.

Wat kunnen burgers zelf
Er komt meer regen en de buien worden intensiever (meer neerslag in korte tijd). Nederland zal op een andere manier met regenwater om moeten gaan. Dat kunnen overheden niet alleen. Ook de hulp van burgers is nodig te beginnen met de eigen tuin en het eigen dak van huis of schuur.

Wat tips.

  • Eruit die tegels. Gras is een goed alternatief. Bij langdurige hitte wordt uw omgeving dan ook nog eens minder warm en koelt het in de zomernachten beter af.
  • Ook houtsnippers, waterdoorlatende tegels, grind, schelpen en cacaodoppen zijn goede tegel vervangers.
  • Ontkoppel de regenpijp en sluit die aan op een vijver of regenton.
  • Gebruik regenwater om het toilet door te spoelen.
  • Zet wormen uit in je tuin. Zij verbeteren de grondstructuur zodat de grond beter water kan opnemen.
  • Creëer hoogteverschillen in de tuin zodat het water van bijvoorbeeld een terras makkelijk afvloeit naar een lager gelegen deel waar het water in de grond kan trekken.
  • Kies planten die veel water verdampen en regenbestendige soorten, zoals munt, lavendel, pinkersbloem, gagel, kardinaalsmuts of bomen zoals de meidoorn, de knotwilg of een plataan.
  • Kies voor een groen dak of gevelbeplanting. Ze leveren ook een bijdrage aan de aanpak van hittestress.

Het kan anders en iedereen kan een bijdrage leveren.

Louis van der Kallen

 


OVER WATER – 123

 

| 23-12-2017 | 10.00 uur |


 

OVER WATER – 123

 

Er is ook goed nieuws te melden. Soms  kom je iets tegen dat hoop geeft voor de wereld. Een wereld die moet vergroenen om te koelen. Goed nieuws, in mijn ogen, is het idee van Land Life Company. Een Nederlandse onderneming die een idee heeft waarmee jonge bomen door hun eerste jaar heen geholpen worden met bescherming en een éénmalige watergift. Nieuwsgierig? Kijk eens op hun website of naar dit Youtube fimpje.

Gelezen
Het Living Planet Report “Zoute en zilte natuur in Nederland” van de WWF. Het eerste wat opvalt? Geen pleidooi om het Volkerak-Zoommeer te verzilten! Wel om de het getij terug te brengen op de Grevelingen en het Haringvliet verder te verzilten. En het besef dat het water een steeds grotere bedreiging vormt, mooi weergegeven door een paar dichtregels van Hendrik Marsman (1936):

en in alle gewesten
wordt de stem van het water
met zijn eeuwige rampen
gevreesd en gehoord.

En verder een goede omschrijving welke mooie en te beschermen zoute en zilte natuur onze delta te bieden heeft.

Goed nieuws
Onder het kopje: “Veel glasaal op Tholen” was deze week in het tijdschrift van het waterschap Scheldestromen te lezen dat bij het gemaal De Noord bij Scherpenisse bij een telling uitzonderlijk veel glasaaltjes werden geteld: 270 stuks! Terwijl 10 gebruikelijk was. Nu maakt één zwaluw nog geen zomer. Maar 27 keer het gebruikelijke aantal geeft deze waterschapper moed en het vertrouwen dat het met de paling in dit kikkerlandje eindelijk weer de goede kant op gaat.    

18 december
In de morgen overleg met wethouder Kevin van Oort van de gemeente Geertruidenberg onder andere over de dijkversterking Geertruidenberg/Amertak en over de positie van de gemeente inzake een mogelijke verandering van een afslag van de A59 en de effecten/mogelijkheden daarvan op de waterkeringen ter plaatse. 

In de middag een bijeenkomst van het bestuurlijk kwartet met het regieteam Hart van Brabant in het raadhuis van de gemeente Oisterwijk met onder andere de agendapunten: de concept evaluatie 2017, de eerste opzet van het jaarplan 2018, de voortgang van het project klimaatadaptatie, het aanhaken van Brabant Water en de afvaardiging van de gemeente in RBOM.

 20 december
Vandaag een bijeenkomst in het waterschapshuis te Amersfoort met de titel “Glastuinbouw: beleid en praktijk”. Ik verving daar collega Kees de Jong. Het was een gecombineerde bijeenkomst van leden van de uniecommissies CWE en CWS. Het viel mij gelijk op dat van de 17 aanwezigen er 7 vrouw waren. Ik heb natuurlijk vooral ervaring met de commissie CWK waarin van de ruim 20 leden er slechts één vrouw is (de voorzitster). Waarom is de commissie waterkeringen zo veel minder aantrekkelijk voor vrouwen dan de commissie emissies of de commissie watersystemen?

Per 1 januari 2018 wordt de zuiveringsplicht voor glastuinbouwbedrijven ingevoerd met de taak tenminste 95 % van de gewasbeschermingsmiddelen uit het te lozen afvalwater te halen. Het  ultieme doel is om in 2027 de emissies naar het oppervlakte water tot ‘nagenoeg nul’ te hebben gereduceerd.  In de discussie werd helder dat er voor de groente- en fruittelers een markt motivatie is om geen tot bijna geen gewasbeschermingsmiddelen te gebruiken de AH’s, de Jumbo’s  en de Lidl’s van deze wereld stellen immers steeds meer eisen ten aanzien van de voedselveiligheid. Tot op heden is dat niet het geval bij de afnemers van bloemen en planten. Bij de handhaving en stimulering van beperking van het middelengebruik ligt er een taak voor de waterschappen en de gemeenten. Er werd ook stilgestaan bij de teruggang van het insectenbestand en welke rol, in de huidige discussie, hieromtrent de waterschappen zou kunnen passen. Voorbij kwamen natuurlijk de bijen, maar ook typische waterinsecten als libellen zoals de waterjuffer. Voor mij huiswerk om eens te kijken wat ons waterschap hier bij kan of zou moeten. 

21 december
De kortste dag van het jaar was mijn laatste als lid van het dagelijks bestuur van het waterschap Brabantse Delta. Ik blijf wel lid van het algemeen bestuur dus echt afscheid nemen doe ik niet.

In de ochtend de 2ontwikkeldag van de RRO Hart van Brabant in de Villa De 4 jaargetijden in Tilburg. In een mooie stadsvilla in hartje Tilburg de laatste vergadering hebben als DB lid met veel van de wethouders en twee gedeputeerden waarmee ik in deze bestuursperiode te maken heb gehad, is een mooie afsluiting van een boeiende periode in mijn bestuurlijk leven. Prominent op de agenda stonden: de ontwikkelingen in het Hart van Brabantgebied op het vlak van mobiliteit en ruimtegebruik en de gebiedsopgaves A58 en N261/N269 waarbij ik de waterbelangen onder de aandacht mocht brengen.

In de middag bezocht ik voor de laatste maal het eindejaarsfeest van het waterschap. 

Louis van der Kallen

 


OVER WATER – 122

 

| 16-12-2017 | 10.00 uur |


 

OVER WATER – 122

 

12 december
Mijn laatste DB vergadering met als agendapunten onder andere: de dienstverleningsovereenkomst met SNB, het vervolg van de rijstteelt in de Albano vijvers,  het handhavingsuitvoeringsprogramma 2018, de agenda van de NBWB vergadering, de agenda van het NBWB-GS overleg en de agenda van de ledenvergadering van de Unie.

13 december
Coalitie overleg over de invulling van de twee DB vacatures. Na afloop een thema AB vergadering over twee onderwerpen: de communicatievisie en de omgevingswet.

14 december
Overleg van de Noord-Brabantse Waterschaps Bond (NBWB) te Boxtel met als agendapunten onder andere: de wateragenda en concept ontwerp-Brabantse omgevingsvisie, ruimtelijk adaptatie & design thinking, concept verordening water, het project Brood en Spelen, realisatie versnelling uitvoering STUW en Toekomst van Brabant 250 gezonde klimaatbestendige groene schoolpleinen.

Daarna het overleg NBWB/GS met globaal dezelfde agendapunten als in het overleg van de NBWB.

In de middag het ZLTO congres waar ik de werkbijeenkomsten: ‘bruggen bouwen tussen volksgezondheid en veehouderij’ en ‘succesfactoren van een proactieve samenwerking tussen beleidsmakers’ heb bezocht. Er was ook een informatiemarkt met onder andere een presentatie van een theefabrikant/kweker gevestigd in Ulicoten, dus in het werkgebied van mijn eigen waterschap Brabantse Delta. Hier was ook een presentatie van de mogelijkheid je eigen thee te kweken in eigen tuin of op je balkon.

15 december

Vandaag een Unie klankbordgroep over de invoering van de Omgevingswet en de komende model waterschapsverordening. Er waren een drietal inleidingen, waaronder één van Katja Stribos van RWS. Katja Stribos is expert op de kerninstrumenten van de wet. Ze schreef mee aan de wet en organiseert nu de inhoudelijke ondersteuning. Dat een projectbesluit van een waterschap instemming behoeft van GS leverde een discussie op. Ik was er wel blij mee! Waarom? Na projectbesluit van een DB van een waterschap, is er geen rol meer voor een gemeente. Een projectbesluit gaat na invoering van de Omgevingswet boven een omgevingsvisie van een gemeente. Alleen de provincie kan dan nog roet in het eten gooien door instemming te onthouden. Nu kan een gemeente dat ook indien zij bijvoorbeeld weigeren een bestemmingsplan te wijzigen. Wat mij betreft betekent de Omgevingswet inderdaad een verbetering en een versnelling van de procedures tot besluitvorming. Voor meer informatie kijk eens op: https://www.omgevingswetportaal.nl/  of op https://aandeslagmetdeomgevingswet.nl/

Louis van der Kallen

 


OVER WATER – 121

 

| 09-12-2017 | 11.30 uur |


 

OVER WATER – 121

 

November was voor het waterschap Brabantse Delta de maand van de net-niet-prijzen. In de top 3 van Beste Overheidsorganisatie van het Jaar 2017. Staatsbosbeheer werd de winnaar. Wij tweede (ex aequo met Stadsregio Parkstad Limburg). Een mooie en eervolle prestatie, waarop de leiding, de medewerkers en het bestuur trots mogen zijn. Wilt u meer weten over het waterschap Brabantse Delta kijk dan eens naar: https://youtu.be/RRhjNETIjw0, een filmpje van circa 15 minuten. Een andere net gemiste prijs was met de innovatiefabriek Nieuwveer. Eén van de drie genomineerden van de waterinnovatieprijs 2017 in de categorie ‘Energie en waterschappen’. De innovatiefabriek wekt eigen energie op en draagt met verschillende innovaties bij aan een circulaire economie (kringloop). Net mis, maar genomineerd worden en tot de top 3 behoren uit een veelheid aan inzendingen blijft een prestatie om trots op te zijn.

Recent gelezen het boek “tussen stoom en stroom” over de rol van de verbrandingsmotor in de Nederlandse polder- en boezembemaling. Uitgegeven door de Nederlandse gemalen stichting. Voor iedereen met belangstelling voor motortechniek en de waterschapsgeschiedenis het lezen meer dan waard. Een prachtig boek. In het boek wordt ook verwezen naar een gemaal in het werkgebied van het waterschap Brabantse Delta (gemaal Moerdijk) met een hybride verbrandingsmotor de Stork-Ricardo R203, 3 cilinder uit 1956. Vermoedelijk de enige, van dit merk en type, nog werkende in Nederland. Voor mij als portefeuillehouder cultuurhistorie een aandachtspunt. Proberen te behouden!

4 december
De bestuurlijke adviesgroep A27 met als agendapunten: de risico’s van het project, het esthetische programma van eisen, het Hooipolder Plus plan en het tekenen van de bestuursovereenkomst. Mijn belangrijkste inbreng was, dat bij het opstellen van het esthetische programma van eisen voor de bruggen ontwerpen, deze niet moeten leiden tot de onmogelijkheid van het verwijderen van grondlichamen zoals brughoofden. De huidige Keizersveerbrug met haar brughoofden zijn immers een stevige sta in de weg om te komen tot rivierbedverruiming en tot vermindering van de opstuwing bovenstrooms. Rivierbedverruiming zit echter niet in de TOP-eisen, zo kreeg ik te horen. RWS vindt dat meer iets voor de ontwerpingenieurs om daar eventueel inhoud aan te geven. Voor mij raar dat RWS droog (wegen en bruggen) (top)verlangens van RWS nat zoals waterveiligheid en bevaarbaarheid, nu en in de toekomst, niet meeneemt bij de TOP-eisen.  

6 december
Een presentatie over de organisatie van de veiligheidsregio’s en de rol van gemeenten en waterschappen daarin. Daarna de stuurgroep Regionaal Bestuurlijk Overleg Maas (RBOM) en de stuurgroep Deltaplan Hoge Zandgronden (DHZ) met als agendapunten onder andere: de brochure “Toekomstbestendige zoetwatervoorziening op de Hoge Zandgronden”, de stand van zaken inzake het deltaplan ruimtelijke adaptatie, de voortgang en programmering werkprogramma DHZ, de actualiteit inspraak 6e actieprogramma nitraatrichtlijn en mestfraude, het projectplan verkenning nutriëntenaanpak Maas 2018-2019, de handreiking KRW-doelen, het jaarprogramma programmabureau KRW/DHZ Maasregio, de herpositionering klankbordgroep Maas en het voortgangsbericht programmabureau KRW-DHZ Maasregio. Keer op keer vallen mij bij dit soort bijeenkomsten de discussie op over de haalbaarheid van de KRW doelen. Ook ik heb mijn twijfels of deze haalbaar zijn in ons kleine volle landje. Dat laat echter onverlet dat je als overheden de plicht hebt deze na te streven, op straffe van mogelijk forse Europese boetes. Steeds vaker worden de discussies gedomineerd door het zoeken naar de ‘nooduitgang’! Hoe komen wij er onderuit? Met opmerkingen als ‘de boetes komen niet terecht bij de regionale overheden’ wordt afstand genomen van de taak/opdracht om als regionale overheden wettelijke taken en doelen na te streven om boetes voor de ‘BV Nederland’ te voorkomen en het milieu en de leefbaarheid te dienen. Zelf denk ik dat bij de beoordeling van de realisaties van de KRW-doelstellingen na 2027 het wel degelijk een rol speelt of de overheden in Nederland de wil hebben gehad echt alles wat haalbaar/betaalbaar was te doen. Het vroegtijdig zoeken naar de ‘nooduitgang’ is dan geen verdienste. Je concentreren op de realisatie van de KRW doelstellingen wel! 

8 december
Ik begon de dag vroeg bij het waterschap om een aantal zaken te regelen. Van Ipad tot fiscale formulieren vanwege mijn overgang van het dagelijks naar het algemeen bestuur en bij te praten over een aantal onderwerpen. Daarna de stuurgroep Zuiderwaterlinie in het provinciehuis met als agendapunten onder andere: de vooruitblik erfgoedjaar 2018 en de voortgang Linieplanner.

Daarna naar het waterschaphuis in Amersfoort voor een klankbordgroep bijeenkomst over het onderzoek aanpassing belastingstelsel waterschappen. 

Louis van der Kallen

 


OVER WATER – 120: INNOVATIEDAG 2017

 

| 02-12-2017 | 20.30 uur |


 

OVER WATER – 120

 

27 november
Vandaag de markt- en innovatiedag  van de Unie bezocht, waar ik in de ochtend deelnam aan een workshop over duurzaam aanbesteden “van duurzaam denken naar duurzaam doen” en de markt bezocht. Daar trof mij vooral een project van het Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard, “Topsurf”. In dit project wordt bagger gehaald uit watergangen en samen met lokale mest en groenafval/maaisel toegepast als  bodemverbeteraar. Topsurf mag gebruikt worden om de bodemdaling aan te pakken. Het onderzoeksproject vindt plaats in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Daarna de uitreiking van de water innovatieprijzen 2017. Nu gun ik iedereen een feestje en een prijs, maar dan wil ik wel het gevoel hebben dat er werkelijk iets bijzonders is gebeurd dat een feestje en een prijs rechtvaardigt. Ik benader al jaren het zogenaamde innovatieve imago van de waterschappen met de nodige argwaan. Want bij overheden kom ik zelden iets innovatiefs tegen. Naar mijn opvatting komt dat omdat bij ambtenaren, bestuurders en politici er een overmaat aan risico aversie aanwezig is. Er zal maar iets fout gaan of niet het gewenste resultaat geven, dan zijn de mogelijke commentaren van de oppositie dodelijk en dat moet immers voorkomen worden! Ik heb mijn beroepsmatige leven (40 jaar) doorgebracht op research- en ontwikkelingsafdelingen van een zaadkwekerij en een kunstharsfabriek. Daar leerde ik dat zonder het betreden van onbetreden paden er geen echte vernieuwing aan de orde zal zijn. In de praktijk van mijn beroepsmatige leven was het vooral de vrije research die gewenste patenten en innovaties bracht. De doelresearch bracht wel vernieuwingen in de zin van doorontwikkelingen van bestaande producten. Of de introductie van technieken van anderen brachten wel efficiëntie verbeteringen, maar dat werden geen innovaties genoemd. En deze waren ook nooit patenteerbaar. Als uitvinder van een bepaald gepatenteerd product/productiemethode (United States Patent nr. 4255464) matig ik mij aan enige kennis te bezitten van het herkennen van innovaties en innovatieve werkwijzen. Ook nu was er, net als vorig jaar, het nodige borstgeklop over hoe innovatief de Nederlandse watersector wel zou zijn.  Hein Pieper: “sector met heel veel innovativiteit, te vaak in ambities te bescheiden”. Ik denk dan: zou hij het echt zelf geloven? Of Lidewijde Ongering: “zeer innovatief”. Veel zelfoverschatting naar mijn gevoel. Naar mijn opvatting is de vrijwel mondiale erkenning van ons hoge kennisniveau meer te danken aan het goede werk dat Nederlandse waterdeskundigen door de eeuwen heen hebben verricht, dan aan de huidige beperkte toevoeging aan die kennis. Ik ben er van overtuigd dat iedere waterschapsmedewerker zijn werk goed en steeds beter wil doen. Hij of zij denkt zeker na over hoe dingen beter kunnen. Maar dat is normaal. Het resultaat van dat denken en continue verbeteren zijn zelden innovaties. Het zijn veelal toepassingen van bestaande technieken. Zo ook nu.

In de categorie Energie en Waterschappen sleepte de EQA-Box Plug & Play, een waterkrachtinstallatie die binnen een dag te plaatsen is, de eerste prijs in de wacht. Op zich een mooi product. Maar innovatief? De techniek gebruikten de Perzen al nog voordat onze jaartelling begon. De romeinen voegde er gebruiksgemak aan toe en in de middeleeuwen was de watermolen met raderen ook in ons land al gemeengoed. Hoe mooi het product ook is, deze is geen innovatieprijs waardig, hooguit een prijs voor een mooie hedendaagse toepassing van een oud principe. De andere genomineerden in deze categorie waren: innovatiefabriek-nieuwveer en superkritisch-vergassen. Van alle genomineerden komt het superkritisch-vergassen, naar mijn mening, het dichtst in de buurt van de kwalificatie innovatief. Alleen is een dergelijk project voor een lekenjury nauwelijks te beoordelen.

In de categorie Voldoende Water won de Multiflexmeter. Een modulaire sensor die het mogelijk maakt om watersystemen online te monitoren. Niets innovatiefs! Een techniek die in bijna iedere nieuwe auto zit. Het is een ander gebruik van de parkeersensoren. Wederom een toepassingsprijs zou beter op zijn plaats zijn. Voor mij als inwoner van Bergen op Zoom was het wel leuk dat het technasium van ’t Rijks bij dit project betrokken is. Een beetje raar is wel dat deze vinding niets te maken heeft met ‘voldoende water’ en toch in de categorie Voldoende Water de prijs won. De andere genomineerden in deze categorie waren hemelswater en de zoete stuw.  Ik had de prijs meer gegund aan ‘de zoete stuw’. Een praktisch idee dat op een simpele wijze zout/brak water scheidt van het meer zoetere water. In een tijd waarin verzilting van zoet water mondiaal een steeds groter probleem wordt, is dit een idee wat een brede verspreiding en aandacht verdient.

In de categorie Waterveiligheid won een onderzoekstechniek voor sonderingen waarmee bij dijken de horizontale doorlatendheid in beeld wordt gebracht. Een mooie toepassing van bestaande kennis. De andere genomineerden in deze categorie waren VR-dijken en verbetering-ijsseldijk-gouda. De verbetering IJsseldijk won de publieksprijs. Het betreft een techniek waar de ontwikkelaars zelf in het showfilmpje van zeiden dat het was “afgekeken van de wijze waarmee parkeergarages worden gebouwd”. Hoezo innovatief. Ik herkende in de techniek ook veel van het gebruik van bentoniet in dijkverbeteringsprojecten. De wijze van toepassing is dus niet nieuw wel het gebruik van cement op deze wijze in dijken. Maar wederom meer een leuke toepassing van een bekende techniek dan iets innovatiefs. 

In de categorie Schoon water won GE(O)ZOND Water. Met behulp van ozonisatie worden  microverontreinigingen, waaronder medicijnresten, verwijderd uit het effluent van een  rioolwaterzuiveringsinstallatie. Helaas ook niets nieuws. In Zwitserland een reeds jaren gebruikte toepassing. Andere genomineerden waren de visspotter en the-great-bubble-barrier. Van mij had het belletjesscherm mogen winnen omdat dit een hulpmiddel kan zijn om iets te doen aan de plasticsoep in de oceanen.

28 november
DB vergadering met als agendapunten: de evaluatie van de communicatievisie, het meerjarenprogramma Zuiderwaterlinie, kaders waterbeschikbaarheid, EVZ Molenbeek Noord fase 3, klimaatbestendige schoolpleinen, het project sloten, oevers en dijken op orde en Landschapspark Pauwels.

In de middag een spoed overleg met RWS over de bestuursovereenkomst A27.

29 november
Algemeen Bestuur met als agendapunten onder andere: de begroting 2018, de mandatering tot het verstrekken van uitvoeringskredieten 2018, de evaluatie participatieproces Geertruidenberg en Amertak, het projectplan Roode Vaart door Zevenbergen en een uitvoeringskrediet renovatie RWZI Nieuw-Vossemeer.

30 november
Een projectbezoek aan Amersfoort  in het kader van NKWK Klimaatbestendige Stad. In de morgen de route “Water in een middeleeuws stadshart” met tal van mooie voorbeelden hoe Amersfoort de waterproblemen aanpakt. Leuk voorbeeld was een spugerbeeldje als sluitstuk van een regenwater overloop in een gracht (Westersingel ter hoogte van de Bollebruggang). 

De gehele middag een workshop over hoe de kosten/baten van klimaatmaatregelen in kaart te brengen en te kwantificeren.

1 december
Mijn laatste CWK vergadering dit keer bij het Hoogheemraadschap Schieland en Krimpenerwaard met als agenda punten onder andere: evaluatiemoment wettelijk beoordelingsinstrumentarium/ beoordelingsproces, buitendijks versterken, POV voorlanden en de POV macrostabiliteit.

Ik ben toegesproken door de voorzitter Hetty Klavers, dijkgraaf van waterschap Zuiderzeeland en door collega Frans ter Maten heemraad van waterschap Vallei en Veluwe. Ook ik mocht de collega’s bedanken voor de jaren van gewaardeerde samenwerking en wat ik ook van hen mocht leren.

Na afloop gaf Deborah Post een lezing over de Honey Highway. De lezing werd verluchtigd met een filmpje met een algemene uitleg en met een filmpje waar aan kinderen precies wordt uitgelegd hoe voor bijen geschikte zaden kunnen worden gezaaid.

Voor meer informatie over water ga mij volgen op instagram.

Louis van der Kallen

 


OVER WATER – 119: BINNENVAARTONTWIKKELINGEN

 

| 25-11-2017 | 13.00 uur |


 

OVER WATER – 119

 

20 november
Met het voltallige DB een overleg met het college van B&W van Geertruidenberg. Onderwerpen van gesprek waren onder andere: de energietransitie en hoe de industrie daarbij te betrekken, de klimaatadaptatie, de evaluatie van het participatieproces Geertruidenberg/Amertak, de samenwerking en de cultuurverschillen tussen gemeenten en waterschappen.

21 november
In de middag de havenconferentie “Leer van Waalwijk” met een trotse Wethouder Ronald Bakker die aankondigde dat in 2020 de nieuwe haven gereed zal zijn met 350 meter kade en geschikt voor klasse 5 binnenvaartschepen ( tot 170 meter schepen). Als portefeuillehouder Waalwijk en verbeteringen primaire keringen vind ik dat een heel ambitieuze doelstelling. Want deze nieuwe haven gaat dwars door een primaire kering. Maar ambities mogen, zolang de veiligheid van onze inwoners maar gegarandeerd blijft. Als waterschap zullen we binnen onze mogelijkheden alles doen om die grote ambitie proberen waar te maken.  

Peter Jasperse van APL Logistics hield een lezing over de ontwikkelingen in de binnenvaart. Hij voorzag een sterke groei voor de binnenvaart, mede door de lagere kosten dan bij wegtransport, maar vooral door de veel lagere CO2 uitstoot per getransporteerde éénheid en de mogelijke invoering van een kilometerheffing voor wegtransport. Daaraan gekoppeld mogelijkheden voor lokale/regionale klasse 5 havens en de depotmogelijkheden voor containers wegens de hoge opslagkosten van containers in het havengebied van Rotterdam. Een remmende factor kan zijn de oplopende wachttijden voor binnenvaartschepen in de havens van Rotterdam. Wat mij in de lezingen vooral opviel was de samenwerking/samenhang tussen het havenbedrijf Rotterdam en de logistieke ontwikkelingen in Midden-Brabant (Waalwijk), gericht op het gehele Europese achterland, waarbij klasse 5 de minimale norm lijkt te worden.

In hoeverre de Amertak en het Wilhelminakanaal (ook na de voorgenomen verbreding voor 1350 ton schepen) daarin nog passen is de vraag. Waalwijk, gelegen aan normaliter diep water, sorteert hier duidelijk op voor.

Een andere opvallende lezing was die van Rene Geujen, senior adviseur bij Buck Consultants International. over de effecten van robotisering op de werkgelegenheid binnen de logistieke sector. Zijn voornaamste conclusie, afhankelijk van de logistieke activiteit, een reductie van 40 tot 90 % in werkgelegenheid. Hierbij is vooral het MBO niveau het slachtoffer. Juist de onderkant van de arbeidsmarkt valt tussen wal en schip. De hoofdmoot van de arbeidsreductie komt in het 5e tot 8e jaar nadat met de robotisering een start wordt gemaakt. De voornaamste oorzaak van de robotisering nu, is volgens Rene Geujen de huidige lage kosten van kapitaal! De groot verdieners bij de banken hebben de ramp veroorzaakt en de laag verdieners betalen op termijn de rekening de komende jaren, door het verlies van hun arbeidsplaatsen, omdat meneer Draghi zo nodig de zondaren van de creditcrisis uit de wind moet houden.

In de avond een informatiebijeenkomst regionale keringen in Terheijden.

23 november
Het Nationaal Leisurecongres ‘1001 verhalen’ in Kaatsheuvel (we werden ontvangen door een schapenkudde) met een aantal lezingen/presentaties, zoals van Frans Goenee, inspiratiemanager van de Efteling, die helder maakte dat het goede verhalen vertellen, goede ervaringen die leiden tot mooie herinneringen, vaak 15 tot 25 keer worden doorverteld. Dat kromme wegen leiden naar steeds weer nieuwe verrassingen. Achter iedere hoek een nieuw inzicht! Maar ook werden initiatieven toegelicht zoals ‘beleef het landschap naast de deur’. Het toekomst perspectief van een educatieve boerderij of hoe ‘herenboeren’ samen duurzaam voedsel produceren zonder hun handen vuil te maken. De lunch genoten we bij een paddenstoelenkweker.

In de vroege avond fractie waar de AB agenda werd doorgesproken en de opvolgingsdiscussie werd afgesloten met de definitieve bevestiging dat Niels Mureau onze kandidaat is om mij in het DB op te volgen.

24 november
Vandaag de regionale Lego Challenge in de Avans Hogeschool in Breda. De Lego Challenge bestaat onder andere uit een wedstrijd, waarbij Lego componenten gebruikt worden om robots te maken waarmee allerlei taken binnen een bepaalde tijd uitgevoerd kunnen worden. Een ander onderdeel van de wedstrijd is de ideeënontwikkeling inzake ‘water’.

Het was leuk dat ons waterschap aanwezig was met de waterbak, waarmee we kunnen laten zien wat er gebeurt in gebouwde omgeving als het veel regent en welke maatregelen een burger kan nemen om wateroverlast en hittestress te voorkomen of te verminderen. Steg Snelders uit Made, de jeugddijkgraaf van Nederland was ook aanwezig. Ik woonde diverse presentaties bij waaronder die van groep 7/8 van de Sint Martinusschool uit Schijf. Deze maakte indruk op mij. Het probleem (omgaan met de neerslag) werd geanalyseerd en met cijfers onderbouwd. Gekeken werd naar toepassingsmogelijkheden en deze werden op haalbaarheid (financieel en technisch) bekeken. Uiteindelijk werd een keuze gemaakt voor een oplossing die mogelijkheden leek te bieden. Directie en bestuur werden met succes er van overtuigd dat het eureka idee toepasbaar is. Zelfs kwam de aankondiging dat de kinderen mede in gesprek gaan met degenen die toestemming voor de bouw van de installatie moeten geven. Met een model werd aangegeven hoe de inzameling, opslag, verwerking en toepassing van het regenwater en waar één en ander geplaatst kon worden. De presentatie was geweldig en werd afgesloten met een lied. Al met al inspirerend en een dik compliment voor de kinderen en de lerares waard.  

Een tweede idee, wat mij trof, was van de Zonneberg school in Kruisland. Zij hebben een idee ontwikkeld, inclusief een voorbeeld, van een rolluik dat als het wordt neergelaten of opgehaald, met regenwater de ramen zeemt. Met een fabrikant is zelfs overlegd hoe het beter kan en/of een ander probleem, vervuiling van de achterkant van rolluiken, opgelost zou kunnen worden. Ook dit ziet er fantastisch uit. 

Louis van der Kallen