OVER WATER – 23: “HENK SAEIJS – STORMLOPER IN EEN DELTA” EN UITDIEPING VAN DE WEZER MONDING

 

| 01-01-2016 | 15:45 uur |


 

23 december tot 2 januari

De kerst/oud jaar-periode is een periode van lezen voor mij en van achterstanden inhalen. Ook van het lezen van artikelen die anderen mij toesturen of bij mij in de brievenbus gooien. Zo werd ik gewezen op een artikel in het Streekblad Zoetermeer dat gaat over een milieuvriendelijke aanpak van blauwalg in de Zoetermeerse Plas. Het betreft een systeem (van LG Sonic) dat met ultrasone geluidsgolven als het ware op maat de eventuele blauwalgen bestrijdt. Het is een project dat in de gaten gehouden moet worden om, bij bewezen succes, in de Nederlandse situatie verdere navolging te krijgen. 

Ik heb een boek met de titel: “Henk Saeijs” “Stormloper in een delta” opgetekend door Leo Santbergen gelezen. Het is het levensverhaal van Henk Saeijs die een indrukwekkende carrière maakte binnen Rijkswaterstaat. Een lezenswaardig boek. Henk Saeijs promoveerde op het proefschrift “Changing Estuaries”. Hij stelde in dat proefschrift onder andere dat ‘het onverstandig was geweest dat begeleiding van ecosysteemtransformaties geen onderdeel zijn geweest van het ontwerp van het Deltaplan. Ze werden beschouwd als neveneffecten’. Ik onderschrijf die bemerking van harte. De majeure ecosysteemtransformatie van zout naar zoet van zowel het Markiezaatsmeer als van het Volkerak/Zoommeer is niet tot onvoldoende begeleid, noch waren optredende gevolgen voorzien, noch is er adequaat op gereageerd. Zoals ieder proefschrift bevatte ook het van Henk Saeijs een aantal stellingen. Een stelling waarvan ik het belang onderschrijf was: “Als een noodzakelijke stap op weg naar een verantwoord bestuur en beheer van groot oppervlaktewateren dient er in deze gebieden een op functionele ecosystemengrenzen gebaseerde, bestuurlijke (her)indeling plaats te vinden”. Dat is iets wat ook nog steeds niet is gebeurd. Voor mij afschrikwekkende voorbeelden zijn onder andere het Markiezaatsmeer (2 provincies, 2 gemeenten) en de Molenplaat (2 provincies en drie gemeenten). Beide gebieden zijn onbewoond! Dit kan effectiever! 

Henk Saeijs heeft ernstige kritiek op het Nederlandse poldermodel. Terwijl de zeespiegel stijgt en de Nederlandse polders dalen. worden de dijken alsmaar hoger en breder met alsmaar grotere gevolgen bij een eventuele dijkdoorbraak. Het houdt in zijn denken een keer op. Het volgende citaat komt uit het boek van Henk Saeijs. Zij is mij uit het hart gegrepen.

“Terwijl het Deltaprogramma tot 2050 inzet op een optimalisatie van de huidige waterveiligheidsstrategie, kan worden nagedacht over het ingang zetten van een transitie naar een ruimtegebruik waarbij de mens, de ‘polderblindheid’ voorbij, weer de hogere, drogere delen opzoekt. Er zijn immers fysieke en financiële grenzen aan alsmaar hogere en bredere dijken langs steeds dieper wegzakkende ‘badkuippolders’. De dijken langs onze rivieren kunnen op langere termijn, in het bieden van veiligheid en om de kosten betaalbaar te houden, niet wedijveren met ruimte voor levende rivieren. Vragen ruimte voor de rivier maatregelen op korte termijn relatief hogere investeringskosten, de maatschappelijke baten zullen zich tot in lengte van jaren ‘uitbetalen’. Ik voorzie, al dan niet noodgedwongen door worst-case klimaatscenario’s, een migratiestroom van het westelijk gelegen sociaal-economisch hart naar de oostelijk en zuidelijk gelegen hogere gronden in Nederland en zijn buurlanden. Terpeneren (zoals in de Overdiepse Polder) en ruimte voor de rivier zullen doorbreken als de dominante combinatiestrategie.”

europees hofDe meest interessante ‘literatuur’ die ik deze weken gelezen heb was een Europees arrest van het Hof (Grote kamer) over de KRW en de uitdieping van de rivier(mond) van de Wezer tussen de open zee en Bremerhaven. Zowel in het licht van de KRW, een voor de waterschappen een majeure opgave, als voor de eeuwige discussie rond verdiepingen van de Westerschelde is dit arrest van grote waarde. 

H.F.M.W. van Rijswick schreef over dit arrest in een noot: “De uitkomst zal velen verrassen, verblijden of tot wanhoop drijven. Het arrest zal in ieder geval enorme consequenties dienen te hebben voor de praktijk van het Nederlandse en het Europese waterbeheer en de rechtspraak zal haar huidige lijn in de jurisprudentie op een aantal wezenlijke punten bij dienen te stellen. Zowel de huidige wetgeving als de in voorbereiding zijnde Omgevingswet zal aangepast dienen te worden aan de uitleg die het Hof geeft aan de KRW, tenzij de wetgever er voor zou kiezen te wachten tot er in een procedure een beroep op de KRW wordt gedaan. Daarmee wordt het probleem echter gelegd op het bordje van de bestuursorganen die de komende jaren besluiten en maatregelen moeten nemen op het terrein van het waterbeheer. Dat is niet erg chique.” De essentie  van de uitspraak is: “Lidstaten zijn verplicht om goedkeuring voor een project te weigeren indien het project kan leiden tot een achteruitgang van de toestand van een oppervlaktewaterlichaam.”

Onderstaand een aantal citaten uit het arrest en de noot van Van Rijswick (die voor mij de kern van het arrest en de komende discussies bevatten inzake de mogelijke impact van dit arrest op het beleid van waterbeherende instanties bevatten. Ze zijn slechts een greep uit vele!

Opmerkingen van partijen (onder andere):
“De verwijzende rechter stelt in essentie de vraag of de KRW als beginsel een verbod instelt op achteruitgang van de toestand van alle oppervlaktewaterlichamen, behoudens de uit de KRW voortvloeiende uitzonderingen.”

“De Nederlandse regering is daarnaast van mening dat het KRW een ‘programmatische’ aanpak voorschrijft, in die zin dat de lidstaten bij de uitvoering een grote bewegingsvrijheid hebben.”

“Het staat namelijk vast dat het uiteindelijke doel van de KRW is de vervulling van het criterium van een ‘goede toestand’ van alle oppervlaktewateren en grondwater van de Unie tot 2015.”

Conclusies: A-G N. Jääskinen (onder andere):
“Gezien het voorgaande moet worden vastgesteld dat de KRW weliswaar geen volledige harmonisatie bewerkstelligt, maar evenmin beperkt blijft tot een uitsluitend ‘programmatische benadering’, die aan de lidstaten een grote discretionaire bevoegdheid zou overlaten wat beleidskeuzes en beoogde of vast te stellen maatregelen betreft.” 

“Het verbod van achteruitgang vormt in feite zowel een verbod als een stimulerende norm, gericht op het bereiken van de in de KRW in haar geheel voorgeschreven resultaten. De lidstaten zijn zodoende niet slechts gehouden om iedere achteruitgang te verbieden, maar ook om dit verbod op doeltreffende wijze te handhaven. De doeltreffende tenuitvoerlegging van de doelstelling om alle achteruitgang te voorkomen, hetgeen de concrete vertaling vormt van de algemene beschermingsverplichting in artikel 1 KRW, is uitsluitend mogelijk door middel van concrete maatregelen die gericht zijn op het voorkomen van achteruitgang en van verstoringen die significante effecten kunnen hebben op de mogelijkheid de in de richtlijn vastgestelde doelstellingen te bereiken.”

Het kan haast niet anders of dit arrest zal forse gevolgen gaan krijgen op het beleid van waterbeheerders en mogelijk ook op (toekomstige) verdiepingen van de Westerschelde.

Louis van der Kallen 

 


(NATTE/ZOUTE) DROOM OF NACHTMERRIE – 34: DE STAND VAN ZAKEN

 

| 28-12-2015 | 14.00 uur |


 

(NATTE/ZOUTE) DROOM OF NACHTMERRIE – 34: DE STAND VAN ZAKEN

 

In november 2014 in de 7e aflevering van deze reeks werd er reeds geschreven over de sluipende verzilting van het Volkerak-Zoommeer en de oorzaak.  

In maart 2015 in de 24e aflevering van deze reeks werd verhaald over de antwoorden van de minister op vragen van de VVD-fractie: “Zolang het Volkerak-Zoommeer zoet is zal Rijkswaterstaat de afspraken nakomen die zijn opgenomen in het Waterakkoord Volkerak-Zoommeer (2001) over het chloridegehalte in het meer. Om dit te kunnen doen is groot onderhoud aan het zoet-zout scheidingssysteem in het Krammersluizencomplex nodig. Dit is enige jaren uitgesteld in afwachting van een besluit over een zoet of zout Volkerak-Zoommeer. Hierdoor is er sprake van een grotere lek van zout door deze sluizen.”

bellenschermNu hebben we in de Nieuwe Oogst kunnen lezen dat in het nieuwe waterakkoord staat dat Rijkswaterstaat meer en constanter gaat doorspoelen tijdens het groeiseizoen. Door hier op tijd mee te beginnen wil men dat het water in het Volkerak-Zoommeer aan het begin van het nieuwe seizoen, in maart 2016, in orde is. In de laatste maand voor het groeiseizoen wordt aangestuurd op een verlaging van de chloridenorm van 450 milligram per liter naar maximaal 380 milligram. Helder is dat lekkende kleppen in de zoet-zoutscheiding in de sluizen de boosdoeners zijn van het toenemende zoutgehalte van het water in het meer. Nu gaat Rijkswaterstaat onderzoeken of het aanleggen van een innovatieve zoet-zoutscheiding met bellenschermen mogelijk een oplossing is. Weer wordt een echte aanpak uitgesteld. Er wordt gespoeld zo is de toezegging. Maar als er onvoldoende zoet Rijn/Maaswater is in het groeiseizoen verliest de Keizer (de boeren) vast hun recht.

Er is maar één echte oplossing en dat is herstel van de zoet/zout scheiding door het achterstallig onderhoud aan de Krammersluizen nu eindelijk eens uit te voeren. Een halfslachtig waterakkoord is niet meer dan een doekje voor het bloeden. Nu moet eindelijk de wond echt eens gehecht worden. Dan pas ontstaat er weer vertrouwen bij de agrariërs dat het kan gaan werken en de afspraken na gekomen worden.

Mij bekruipt het gevoel dat, kijkend naar de onzinnigheid van het voorstel om het Volkerak-Zoommeer te verzilten tegen 2028, we enkel en alleen praten en praten om Rijkswaterstaat in staat te stellen onderhoud en uitgaven uit te stellen en gemaakte afspraken aan hun laars te lappen. Er moet gebeuren wat in “Het Advies Deltaplan Zoetwater” staat. In dat stuk is op pagina 39 te lezen: “Voordat een zout Volkerak-Zoommeer is gerealiseerd, is waarschijnlijk ook nog een zoet-zoutscheiding in de Krammersluizen nodig. Niet meer praten maar doen.

Voor Ons Water en de BSD is het helder: de onnodige verspilling van geld en de vernietiging van de mooie natuur kan nog voorkomen worden. Stop de verzilting. Teken de petitie via https://www.petities24.com  

Chris Ooms 

 


OVER WATER – 22: PRIJSVRAAG “WATERSCHAPPEN IN HET JAAR VAN DE RUIMTE”

 

| 24-12-2015 | 12:00 uur |


 

16 december
In de ochtend twee boerenbedrijven bezocht in de Overdiepse Polder om te praten over de nog te regelen zaken, zodat ook voor hen het project goed en tot genoegen afgerond kan worden.

17 december
In de ochtend weer een gesprek met een boerengezin over hun punten die nog afgerond moeten worden. Stapje voor stapje worden de resterende zaken geregeld en komt het project tot een afronding. De laatste loodjes wegen altijd het zwaarst.
In de middag het regionaal ruimtelijk overleg Midden Brabant (Hart van Brabant) op de locatie Bosrijk/Efteling met gedeputeerde Erik van Merrienboer als voorzitter. Voor mij als vertegenwoordiger van een waterschap in dit gezelschap van wethouders, waren de agendapunten over de omgevingswet en de totstandkoming van gemeentelijke en provinciale omgevingsvisies van belang en de werkafspraken ‘kwaliteitsverbetering landschap Hart van Brabant’. Als waterschappen willen wij daar graag bij betrokken worden omdat we denken dat de inbreng van de waterschappen daar waardevol kan zijn en er door meer integraal te werken geld bespaard kan worden en kwaliteit worden toegevoegd.

22 december
Vandaag de laatste DB vergadering van het jaar met een forse agenda met onder andere een evaluatie van het afkoppelbeleid en een onderzoek op grond van artikel 109A van de Waterschapswet. Een belangrijk verbeterpunt is dat de normen/ beleidsregels inzake dit beleid transparanter samengevat dienen te worden. Nu is het voor bijvoorbeeld gemeenten niet altijd helder wat de normen zijn voor afkoppelen c.q. de eisen qua retentie bij nieuwe ontwikkelingen. Er zou, afgestemd met de gemeenten, een lange termijn visie integraal beleid stedelijk water moeten komen, waarbij, om meer kosteneffectief te worden, de maatwerkgedachte centraal zou moeten staan. Doelmatiger zou ook zijn als het waterschap bij nieuwe gemeentelijke bouwplannen eerder bij het planproces en de projectvoorbereiding wordt betrokken. Het handhavingsuitvoeringsprogramma 2016, alsmede het ontwerp projectplan ‘natte natuurparel Lage Vuchtpolder’ werden vastgesteld.

Besproken werd ook het juryrapport van de prijsvraag “waterschappen in het jaar van de ruimte”.  In Over Water 20 schreef ik al over de prijsvraag. Toen schreef ik: “De winnaar was het HoWaBo project van waterschap Aa en Maas. Een prachtig project naar mijn mening en die van de jury. Maar smaken verschillen. Op 13 november werden dezelfde ingediende projecten beoordeeld door een ‘publieksjury’ bestaande uit waterschapsbestuurders. De uitslag was geheel anders. De winnaar van toen, de waterberging Zundert, behoorde nu niet eens tot de genomineerden. Voor mij leidt dit tot de conclusie dat, als we werkelijk een ruimtelijke kwaliteitsslag willen maken, we de bestuurders op cursus moeten sturen, want die schijnen er dus niets van te snappen terwijl ze wel de beslissingen nemen. Of zijn de geleerde dames en heren van de jury op een eiland terecht gekomen en leven ze in een andere wereld? Zowel de winnaar van toen (mijn eigen waterschap) als de echte winnaar het HoWaBo project verdienen wat mij betreft de hoofdprijs.”

Uit het totale juryrapport bleek nu dat de winnaar in de ogen van de waterschapbestuurders onze waterberging Zundert niet eens bij de eerste juryselectie zat (10 projecten uit de 16 ingestuurde projecten). Het verschil tussen de beslissers over projecten (de bestuurders) en de ‘deskundige’ jury is wel heel groot. Wat veruit de NUMMER 1 was voor de bestuurders zat niet eens bij de eerste tien (van zestien) bij de jury. De jury, bestaande uit: Prof. Ir. Eric Luiten (Voorzitter en Rijksadviseur Landschap en Water), en Jannemarie de Jonge (geassocieerd lid van de Raad voor de Leefomgeving), en Hamit Karakus (oud wethouder van Rotterdam en nu algemeen directeur van Platform 31), en Paul van Eijk (lector duurzame watersystemen aan de Hogeschool VHL), kwam dus tot totaal andere conclusies dan de waterschapbestuurders!

grumpyMisschien ben ik een grumpy die slecht tegen zijn verlies kan, maar het is geen goede zaak dat tussen beslissers en ‘deskundigen’ zo’n groot verschil van mening is over wat ruimtelijke kwaliteit is. Wel kan ik constateren dat de ambtenaren van ons waterschap heel goed weten wat hun bestuurders willen en mooi vinden. Waterschapsprojecten moeten vooral functioneel zijn maar, als het kan, ook kwaliteit toevoegen aan de ruimte die in ons land zo schaars is.

Zelf heb ik het idee dat de juryleden wel heel ver afstaan van de kerntaken van een waterschap. Maar anderzijds kunnen waterschapsbestuurders en ambtenaren leren van wat anderen ruimtelijke kwaliteit vinden. 

Louis van der Kallen 

 


OVER WATER – 21

 

| 19-12-2015 | 11:15 uur |


 

7 december
klooster NieuwkerkIn de ochtend ben ik naar een bijeenkomst geweest van de stuurgroep streeknetwerk vitaal leisure landschap. De bijeenkomst werd gehouden in Klooster Nieuwkerk te Goirle, bijna op de grens met Belgie. Het ging vooral over ‘slow leisure’. Een term waarbij ieder van de deelnemers bijna een persoonlijke uitleg voor heeft. Mijn benadering is recreëren in een mooi landschap op een wijze waarbij je een ander geen overlast veroorzaakt. Allerlei gedachten passeerden de revue. Wat mij het meest aansprak was een prijswinnaar van vorig jaar ‘Het Belslijntje’. Een lint van 35 kilometer van voor bijen aantrekkelijke voedselplekken tussen Tilburg en Turnhout. Omschreven als vol van geur, kleur en fleur.

In de middag naar de ondertekeningbijeenkomst in de Brabant hallen te Den Bosch van een aantal Stika gebiedscontacten waaronder Midden-Brabant en het Biesbosch Streeknetwerk de regio’s waar ik als waterschapsbestuurder actief ben. Met de projecten die hier mee gesubsidieerd worden, wordt ons mooie Brabant weer een beetje mooier en groener voor al wat leeft.

8 december
In de morgen de DB vergadering met o.a. als agendapunten: het ontwerp projectplan natte natuurparel Lage Vuchtpolder en de DB strategie herziening peilbesluiten en een nadere mededeling over de adviesnota Albano rijst.

In de middag portefeuillehoudersoverleggen (PHO) over de Overdiepse Polder  en de betekenis van het project inhaalslag Keur en oneigenlijk grondgebruik voor de gemeente Geertruidenberg in voorbereiding van het bestuurlijk overleg met die gemeente. 

In de avond de netwerkbijeenkomst van bestuurders in het provinciehuis “Brabant ontmoet! Oog voor Brabant, Oog voor elkaar,” met tal van gesprekken met statenleden, wethouders, raadsleden en waterschappers.

9 december
In de avond eerst de themasessie bestuurlijke vernieuwing en daarna het AB met als agendapunten o.a.: het uitvoeringskrediet voor de poldergemalen Emilia en Westland en een uitvoeringskrediet voor de voorbereiding verdere aanleg EVZ boomkikker.

gea 16

de Amercentrale

10 december
Vanaf 12.00 tot 16.00 uur vanuit Drimmelen een boottocht met een schip van rondvaartbedrijf Zilvermeeuw langs het dijkverbeteringsproject Geertruidenberg/Amertak, in gezelschap van zowel ambtelijke als bestuurlijke vertegenwoordigers van de gemeenten Drimmelen, Geertruidenberg en Oosterhout en vertegenwoordigers van Rijkswaterstaat en Essent. Dit bedrijf bezit veel gronden langs de te verbeteren dijktrajecten. Vanaf het water krijg je een ander beeld van de te verbeteren dijktrajecten en krijg je meer zicht op de mogelijkheid van meekoppelkansen.

gea 39

buitendijks recreatiegebied

Wat in de gesprekken met de wethouders Kevin van Oort, Jan-Willem Stoop en Marian Janse-Witte vaak aan de orde kwam, waren de voor en nadelen van eventuele keersluizen. Ook groeide het besef hoeveel van de gronden en bedrijven feitelijk buitendijks liggen en dus niet de bescherming genieten van binnendijkse gebieden. Hoewel dit vaak opgehoogde terreinen betreffen is dit wel een gegeven wat aandacht verdient bij de verdere ontwikkeling van deze gebieden. Het gure weer was geen belemmering om te genieten van deze leerzame boottocht. Hierbij werd ik wel bewust op sommige punten van een zekere verrommeling van het gebied, waar de aanpak van de dijken kansen biedt om tot een kwaliteitsslag te komen.

gea 04

kwalitatieve nieuwbouw aan het water gemeente Geertruidenberg

Ook zijn er mooie vergezichten die de aantrekkelijkheid van het gebied laten zien, alsmede hoe mooi een gemeente als Geertruidenberg op een aantal locaties aan nieuwbouw vorm heeft gegeven. Ik denk dat de boottocht alle deelnemers iets te denken heeft gegeven en tot inspiratie heeft gebracht om dit dijkverbeteringsproject te gebruiken, niet alleen voor het vergroten van de veiligheid, maar ook om te komen tot een verdere verbetering van de ruimtelijke en natuurlijke kwaliteit van de leefomgeving.

11 december
Een bestuurlijk overleg met wethouder Kevin van Oort van de gemeente Geertruidenberg over het waterschapsproject ‘inhaalslag Keur en oneigenlijk grondgebruik’.

Wij wensen u een rustige en fijne Kersttijd toe.

Louis van der Kallen 

 


OVER WATER – 20: DE WATERINNOVATIEPRIJZEN 2015

 

| 04-12-2015 | 18:15 uur |


 

30 november
Mijn eerste stop, als bestuurder, was bij het waterschap Aa en Maas te Den Bosch om vragen te beantwoorden van ambtenaren die de cursus ‘bestuurlijke sensibiliteit’ volgden. Doel van een dergelijke cursus is ambtenaren gevoel bij te brengen wat voor (hun) bestuurders van belang is bij de opstelling van beleidsstukken en de beantwoording van vragen.

In de middag had ik een afspraak in Apeldoorn met een mogelijke toekomstige kandidaat/lijsttrekker voor Ons Water in het gebied van het waterschap Vallei en Veluwe. Ik probeer kandidaten te werven om in 2019 ook buiten het gebied van mijn eigen waterschap (Brabantse Delta) met Ons Water mee te doen aan waterschapsverkiezingen. Het was een goed gesprek. Ik hoop dat het resultaat zal zijn dat de vrouw, waarmee ik sprak, de stap wil wagen naar het waterschapsbestuur om haar warme belangstelling voor onder andere de natuur ook daar tot uiting te brengen.

In de avond woonde ik de uitreiking bij van de ‘water innovatieprijzen’ te Amersfoort. Nu gun ik iedereen een feestje en een prijs. Maar dan wil ik wel het gevoel hebben dat er werkelijk iets bijzonders is gebeurd wat een feestje en een prijs rechtvaardigt. Ik benader al jaren het zogenaamde innovatieve imago van de waterschappen met de nodige argwaan. Want bij overheden kom ik zelden iets innovatiefs tegen. Naar mijn opvatting komt dat omdat bij ambtenaren, bestuurders en politici er een overmaat aan risico aversie aanwezig is. Er zal maar iets fout gaan of niet het gewenste resultaat geven dan zijn de mogelijk commentaren van de oppositie dodelijk en dat moet immers voorkomen worden! Ik heb mijn beroepsmatige leven (40 jaar) doorgebracht op research en ontwikkeling afdelingen van een zaadkwekerij en een kunstharsfabriek. Daar leerde ik dat zonder het betreden van onbetreden paden er geen echte vernieuwing aan de orde zal zijn. In de praktijk van mijn beroepsmatige leven was het vooral de vrije research die gewenste patenten en innovaties bracht. De doelresearch bracht wel vernieuwingen in de zin van doorontwikkelingen van bestaande producten of de introductie van technieken van anderen brachten wel efficiëntie verbeteringen, maar dat werden geen innovaties genoemd. En deze waren ook nooit patenteerbaar. Als uitvinder van een bepaald gepatenteerde product/productiemethode (United States Patent nr. 4255464) matig ik mij aan enige kennis te bezitten van het herkennen van innovaties en innovatieve werkwijzen.

innovatie 04Ik vond de prijswinnende ‘innovaties’ bijna categorie lachertjes. Ik gun de prijswinnaars de complimenten, maar het innovaties noemen is jezelf en je weinig innovatieve kracht als waterschappen in slaap wiegen. Ik leerde op de analistencursus circa vijftig jaar geleden al: ‘meten is weten’. Als ik begin jaren zeventig bij de ontwikkeling/ontwerp van bijvoorbeeld een gelamineerde scheepshuid dit ontwerp modelmatig zou berekenen zonder de kennis van de fysische en mechanische sterkten te kennen van de samenstellende delen zou ik op staande voet ontslagen zijn. Om dan een innovatieprijs toe te kennen aan een dijkverbeteringproject (categorie waterveiligheid: ‘dijken op veen’), waarbij de sterkte van veenlagen in de ondergrond is gemeten, is voor mij wezensvreemd. Zouden voorheen dijken verbeterd/verzwaard zijn zonder meten? Het is zo logisch wel te meten dat dit gewoon je werk goed doen is. Niet meer, niet minder. Natuurlijk besef ik dat kennis van dijkenbouw in het verleden met vooral proberen en mislukken is opgebouwd. Maar anno 2015 kunnen we meer. Dat heeft niets met innovaties te maken. Een gotspe vond ik de prijs voor het project de ‘inlaat op maat’. Dat je meet hoeveel water nodig is om het zoutgehalte omlaag te brengen is zo logisch, dat het bijna misdadig is dat, in een samenleving die gericht zou moeten zijn op water doelmatig gebruiken, dit nog niet gebeurde. Wat is logischer dan niet meer te gebruiken dan nodig is? Dit is geen innovatie dat is gewoon je werk goed doen! Het toepassen van een modern middel als een ipad of een app is net zomin een innovatie!

Als voorbeeld: toen ik als 17-jarige de variaties in proefvelden moest corrigeren, gebruikte ik daarvoor een rekenlineaal, een logaritmetafel en een telmachine. Voor een proefveld van 20 eenheden was ik daar een volle weekdag mee bezig. Nu zou ik circa 2 minuten nodig hebben voor het handmatig inbrengen van de data, waarna de computer direct de gewenste correcties zou geven. Van 8 uur naar 2 minuten door jaar na jaar te kijken hoe kunnen zaken met de ontwikkeling van kennis en nieuwe door andere ontwikkelde technieken beter. Dat is niet innoveren maar je verstand gebruiken. Het alsmaar roepen dat je innovatief bent, maak je niet innovatief. Het lijkt framing. Wat ik zelf erg vind is dat bestuurders er in gaan geloven en er niet van overtuigd worden dat voor werkelijke innovaties er meer geld naar onderzoek moet en er onder ambtenaren een sfeer moet komen dat, buiten reeds lang begane paden treden moet om te kunnen innoveren en dat dit kan betekenen dat het geld zal kosten en dat dit geld niet altijd zal opleveren wat men wenst.
Heb Lef! is de titel van een boekje van de Unie van Waterschappen met een visie op vernieuwing en verbinding in het sturen van water. Nu nog de uitvoering!

Er was ook een prijs in het kader van het ‘jaar van de ruimte’ De winnaar daar was het HoWaBo project van waterschap Aa en Maas. Een prachtig project naar mijn mening en die van de jury. Maar smaken verschillen. Op 13 november werden dezelfde ingediende projecten beoordeeld door een ‘publieksjury’ bestaande uit waterschapsbestuurders. De uitslag was geheel anders. De winnaar van toen, de waterberging Zundert, behoorde nu niet eens tot de genomineerden. Voor mij leidt dit tot de conclusie dat, als we werkelijk een ruimtelijke kwaliteitsslag willen maken, we de bestuurders op cursus moeten sturen, want die schijnen er dus niets van te snappen terwijl ze wel de beslissingen nemen. Of zijn de geleerde dames en heren van de jury op een eiland terecht gekomen en leven ze in een andere wereld? Zowel de winnaar van toen (mijn eigen waterschap) als de echte winnaar het HoWaBo project verdienen wat mij betreft de hoofdprijs. 

1 december
In de morgen een interview met Sjoerd Marcelissen van BNde Stem over het dijkverbeteringproject Geertruidenberg/Amertak.

In de avond een door meer dan 100 belangstellenden bezochte informatieavond over dit dijkverbeteringproject. Doel is vooral het betrekken van belanghebbenden bij dit project. Meedenken en ideeën hoe te combineren met andere plannen en initiatieven zijn meer dan welkom. 

2 december
Eerst een Bestuurlijk overleg met wethouders Bea van Beers en  Ad van Beek van de gemeente Dongen met als hoofdschotel de ondertekening van afvalwaterakkoorden met zowel de gemeente Dongen, als de gemeente Gilze en Rijen waarvoor wethouder Willem Starreveld bij de vergadering te gast was.  

Daarna door naar Boxtel naar het kantoor van het waterschap de Dommel voor een overleg van het bestuurlijk kwartet doelmatig afvalwaterbeheer Hart van Brabant. Het voornaamste agendapunt was het jaarplan voor 2016 met als elementen: klimaatadaptatie, grondwaterbeheer en meten/monitoren.

Vervolgens een soort van afscheidsbijeenkomst over waterveiligheid van een beleidsambtenaar, die mij ondersteunde bij de commissie waterkeringen van de Unie. Ik zal hem missen. 

3 december 
Eerst een bijeenkomst van de vier Dagelijkse Besturen van de Brabantse waterschappen. In het Provinciehuis te Den Bosch, met een meer dan interessante presentatie over Mozaïek Brabant

Daarna in het gemeentehuis van Geertruidenberg een bijeenkomst met de vertegenwoordigers van RWS, de provincie, de gemeenten Geertruidenberg en Waalwijk en het waterschap ter tekening van de overdrachtscontracten van de Overdiepse Polder.

Vervolgens een bestuurlijk overleg met wethouder Jan van Groos over het waterschapsproject ‘inhaalslag Keur en oneigenlijk grondgebruik’.

Daarna terug naar het waterschap voor een bijeenkomst van de werkgroep cultuur van het Algemeen Bestuur van het waterschap ter voorbereiding van de presentatie van onze ideeën over de wijze van vergaderen.

En tenslotte nog de vergadering van de fractie Ons Water/Waterbreed over de Algemeen Bestuursagenda van komende woensdag.  

Een mooie, maar heel erg drukke week met lange dagen.

Louis van der Kallen

 


OVER WATER – 19

 

| 28-11-2015 | 10:15 uur |


 

23 november

In de middag in Theater De Mythe te Goes een bijeenkomst van wethouders en waterschapsbestuurders uit het gebied van Samenwerking (afval)waterketen Zeeland. Voor mij interessant omdat bij deze bijeenkomst ook de Stowa en Rioned betrokken waren. Een leerzame bijeenkomst en discussie onder de deskundige leiding van Karla Peijs, de oud commissaris van de Koningin van Zeeland en oud voorzitter van de Visitatiecommissie Waterketen. Veel leermomenten die ik kan gebruiken bij mijn bestuurlijke trekkerschap van de werkeenheden Hart van Brabant en Werkeenheid 4 (gemeenten Oosterhout, Drimmelen, Geertruidenberg, Werkendam, Woudrichem en Aalburg). Wethouders van de Zeeuwse gemeenten waren massaal aanwezig. Van de gemeenten in West – Brabant was alleen de leergierige wethouder Paul de Beer van Breda aanwezig. Die kwam wel kennis en inspiratie opdoen. Waar was Bergen op Zoom? Was de eerste vraag die bij mij op kwam. Ze bleken In Domburg te zitten! Vast ook om inspiratie op te doen. Mijn vraag is dan altijd waar is het voornemen om vooral Bergse ondernemers de klandizie te gunnen. Het deze week ook geplande college bezoek aan Veere zal zeker water inspiratie opleveren. De wethouder van Veere die ik gesproken heb was daar van overtuigd.

24 november
Groene-Boomkikker
In de morgen DB vergadering met onder andere de agendapunten: EVZ boomkikker (Breda, Gilze en Rijen), blauwalgenoverlast, afvalwaterakkoord Gilze en Rijen. Maar het mooiste vond ik zelf het verzoek/plan van een ondernemer die zich wil storten in de natte rijstteelt in een waterberging en daar zelfs een karbouw voor wil inzetten. Als het lukt kan het zelfs een toeristische attractie worden!

Later op de dag een PHO over het dijkverbeteringproject Geertruidenberg/Amertak.

25 november
Thema AB met als onderwerpen: bestuurlijke integriteit en asset management (hoe gaan we om met onze bezittingen/installaties). Bij het onderwerp bestuurlijke integriteit was er een interessante bijdrage van Hans Groot van Bureau Integriteitbevordering Openbare Sector (BIOS). Bij het onderwerp asset management werden wij als bestuursleden aan het werk gezet om zelf tot prioriteiten te komen.

26 november
En hele dag in Den Bosch, lokatie Koning Willem 1 college (School voor de Toekomst) op het Festival Ruimtelijke Kwaliteit 2015. Een leerzame bijeenkomst waar ik zelf drie sessies bijwoonde over de mogelijke alternatieven voor een aanpak van een weg (N625) tussen Den Bosch en Oss. Er mocht uitgebreid gedroomd worden. Normaal ben ik daar niet zo voor, maar in de ‘School voor de Toekomst’ in een oranje lokaal liet ook ik mijn fantasie een beetje los. Wat mij voor al opviel was dat gemeentelijke en provinciale beleidsambtenaren en wethouders zich wel heel weinig gelegen laten liggen aan het feit dat deze weg deels gelegen is op een dijk. Dus dat het water van de Maas ook in de toekomst wel gekeerd moet kunnen worden. Gelukkig kon ik als waterschapsbestuurder hier en daar de dromers een beetje terug op aarde krijgen.    

Louis van der Kallen

 


OVER WATER – 18

 

| 21-11-2015 | 13:30 uur |


 

16 november
Portefeuillehoudersoverleg (PHO) over de waterontwikkelingen in de gemeente Dongen ter voorbereiding van het bestuurlijk overleg met deze gemeente. 

17 november
Samen met collega Huub Hieltjes (verantwoordelijk voor de regionale keringen) een PHO over de havenplannen van de gemeente Waalwijk, die met haar plannen een primaire kering raken en een regionale kering en tal van effecten hebben op het totale waterbeheer in dat gebied. De Waalwijkse plannen zijn complex en omvangrijk en zullen leiden tot een forse aanpassing van het beheer van het water in een groot gebied. Het plan biedt ook meekoppelkansen en om werk met werk te maken en zo kosten te besparen.

18 november
In de ochtend bestuurlijk overleg met wethouder Jan-Willem Stoop van de gemeente Drimmelen. Op de agenda stonden onder andere de inhaalslag keur en oneigenlijk grondgebruik en de lacune (stukken land die waterkeren doch formeel geen dijk zijn) bij Terheijden en de herinrichting van een perceel aan de Amerweg. De afspraak werd gemaakt om samen met de gemeente de bewoners en bedrijven gelegen aan de lacune bij Terheijden te benaderen en de procedures van de aanpak van deze lacunes met hen te bespreken. Het perceel aan de Amerweg wordt heringericht met circa 200 bomen die elders zijn gekapt, waarbij het gebied een natuurlijk en openbaar karakter krijgt. 

natuurpoortIn de middag ben ik naar de netwerkbijeenkomst van het Vitaal Leisure Landschap van het gebied Hart van Brabant. Locatie Natuurpoort De Rooverstsche Leij (nabij Goirle) geweest. Dat gebied is een bezoek zeker waard.
Er waren een 8-tal presentaties, gegeven door leerlingen van de NHTV, over mogelijke “slow leisure” projecten van recreatie ondernemers die de onderlinge samenwerking en het toerisme verder zouden kunnen bevorderen. 

19 november
Vandaag een lange dag als jurylid bij de netwerkbijeenkomst van het gebied Landstad De Baronie in de van Gogh kerk te Etten-Leur. De kerk en het erin gevestigde museum zijn een bezoek zeker waard. Er waren een 8-tal korte presentaties van projecten met als oogmerk ‘natuurlijk ondernemen in de Baronie’ en tal wan werksessies. Aan een drietal projecten mocht de jury een subsidie toekennen. Geld uitdelen is altijd leuk, maar het moet wel gebeuren met de goede argumenten en ook degenen die naast de ‘pot met goud’ pakken hebben recht op een aantal suggesties hoe ook hun projecten tot een succes te maken. Wat mij opviel was dat de drie winnaars projecten waren die door vrouwen gepresenteerd werden. De projecten betroffen: een project van ontdekkend leren gericht op basisschool leerlingen die in hun eigen omgeving de mooie plekjes ontdekken (Alphen-Chaam), gepresenteerd door een moeder met dochtertje. Een project “sporen in beeld” waardoor het Bels Lijntje een perron en de oude douaneloods die setting krijgen (met sporen) die het gezien de geschiedenis verdient. Dit project werd gepresenteerd door een enthousiaste jonge vrouw die op een voortreffelijke wijze de zaal meenam naar een toekomst van het Bels Lijntje zoals zij die zag. Het derde project wat in de prijzen viel was een project dat de fruitgaard nabij het Vloeiweide monument in de oude luister wil herstellen en daarmee de aandacht van een eventuele voorbijganger trekken voor het monument en haar geschiedenis. De vrouwelijke presentator was de bescheidenheid zelve.  

20 november
pal lezingDe PAL-lezing bezocht. De lezing ging over de ruimtelijke metamorfose van Nederland 1988-2015. Feitelijk ging het over de uitwerking/realisering van de 4e nota ruimtelijke ordening die als titel had “Nederland in 2015, daar wordt nu aan gewerkt”. Het was een leerzame lezing gegeven door Ries van der Wouden van het Planbureau voor de Leefomgeving. Wat mij het meest verbaasde was de opmerking van deze ambtenaar over de realisering van het nieuwe Rotterdam CS, het enige HSL station dat binnen de tijd en binnen budget was gebouwd. Dit noemde hij een “heel bijzondere prestatie”. Als rijksambtenaren het een heel bijzondere prestatie noemen als iets binnen de tijd en budget gerealiseerd wordt, wat zegt dat dan over hun denken over de besluiten van politici die de plannen en budgetten hebben goedgekeurd? Eenmaal goedgekeurd is toch geen vrijbrief om daarna te doen wat je wilt! Of geeft dit een inkijk dat planning- en budgetvoorstellen per definitie op rijksniveau te positief worden voorgesteld om deze politiek er door te krijgen?

 

Louis van der Kallen

 


RESISTENTE BACTERIËN EN ONZE ZUIVERINGEN

 

| 19-11-2015 | 14:15 uur |


 

 

antibioticaAls waterschapsbestuurder denk ik vaak na over de toekomst en de problemen waarvoor we in de (nabije) toekomst gesteld zouden kunnen worden. De verbetering van de behandeling van water heeft in Nederland globaal vanaf 1880 een enorme verlaging van de sterftecijfers als gevolg van infectieziekten gegeven. 

De aanleg van drinkwaterleidingen, de aanpak van afvalwaterzuivering en de kwaliteitsverbetering van (zwem)wateren heeft een forse bijdrage geleverd aan de terugdringing van infectieziektes. Na de oorlog kwam daar de ontwikkeling en het gebruik van antibiotica bij. Nu zien we steeds vaker de uitbraak van infectieziekten veroorzaakt door resistente bacteriestammen. De wetenschap wijst voor de oorzaak daarvan op het vaak overmatig en ondoelmatig gebruik van antibiotica.

In 2013 is verschenen “het einde van de antibiotica” van Rinke van den Brink.  De schrijver schetst een weinig aantrekkelijk toekomstbeeld als het gaat over de effectieve aanpak van infectieziekten. Oorzaak is het ontstaan van multiresistente bacteriestammen. Vooral in landen die per hoofd van de bevolking een grote consumptie van antibiotica kennen, zoals India, Griekenland en Italië is het voorkomen van multiresistente bacteriën reeds een groot probleem. In Nederland is het humane gebruik van antibiotica relatief laag. Maar het gebruik in de veeteelt fors. 

Recent is er naar aanleiding van een Engels onderzoek een artikel verschenen dat bij mij als waterschapsbestuurder de alarmbellen deed rinkelen. In een heel grijs verleden heb ik mij in een hobbystudie (medisch leerling analist) een aantal grondbeginselen eigen gemaakt van bacteriologie. Hierdoor realiseerde ik me gelijk dat de uitkomsten van het Engelse onderzoek betekenis kan hebben voor de huidige zuiveringsmethode. Feitelijk zuiveren wij afvalwater bij een wat hogere temperatuur in een zuurstofrijk en voedselrijk milieu en dat afvalwater bevat zowel veel bacteriën als antibiotica c.q. restanten daarvan in lage doseringen. Die omgeving is ideaal voor bacteriën om zich te vermenigvuldigen en een resistentie tegen antibiotica te ontwikkelingen.

Gelukkig is dit probleem reeds onderkend en is het Stowa een tweetal onderzoeken gestart om dit ‘probleem’ in kaart te brengen, te weten: rol afvalwaterketen in verspreiding van antibioticaresistentie en antibiotica resistentie en afvalwaterbehandeling

Resistente bacteriën is een groeiend probleem dat mogelijk zal moeten leiden tot andere of aangepaste zuiveringsmethoden van afvalwater. Voor nu betekent het wat mij betreft bestuurlijke steun aan voornoemde onderzoeken en het besef dat bij investeringen in de zuiveringen van het waterschap steeds bedacht moet worden wat kunnen we nu reeds doen om het probleem aan te pakken en wat zijn de mogelijke consequenties van deze investeringen voor de toekomst van onze zuiveringen?

 

Louis van der Kallen

 


OVER WATER – 17

 

| 14-11-2015 | 10:00 uur |


 

9 november
Aan het eind van de morgen bijpraten over alle lopende zaken in de gemeente Drimmelen.
Daarna doorgereden naar Den Bosch voor het bestuurlijk overleg over de verbreding van de A27. Ik was te vroeg en bij de wandeling in de buurt van het kantoor van Rijkswaterstaat (RWS) aan de Westwal kwam ik in het Oud-Bogardenstraatje in een blinde muur een prachtig reliëf tegen van het Nederlandse Rijkswapen. rijkswapenIn de vergadering zelf deed ik een laatste poging om de aanwezigen duidelijk te maken dat, nu de weg aangepakt wordt, ook de brug bij Keizersveer aangepakt zou moeten worden. Deze brug met zijn bruggenhoofden is voor een snelle afwatering van de Bergse Maas bij hoogwater een sta in de weg. Met de huidige constructie zullen in de toekomst bovenstrooms dure dijkverzwaringen nodig zijn die met een aanpak van de brug dan grotendeels vermeden kunnen worden. Nu lijkt het dat RWS droog (wegen) en RWS nat (rivieren/dijken) niet echt kijken wat voor de BV Nederland op termijn de goedkoopste oplossing is. De eigen potjes zijn heilig. De pech was ook dat de brug bij Keizersveer, hoewel de oudste in het traject A27 Utrecht- Breda, in veruit de beste conditie is. Hoewel van voor de oorlog en verplaatst van Moerdijk naar zijn huidige plek kan hij, in tegenstelling tot de andere bruggen in dit traject, nog zeker tot 2053 zonder groot onderhoud mee. Ze wisten voor de oorlog nog hoe ze bruggen voor een eeuwigheid konden bouwen. Dat was in een tijd dat kwaliteit en duurzaamheid belangrijker waren dat een ‘paar’ dubbeltjes nu besparen. 

10 november
bouvigne 02In de morgen de tweewekelijkse DB vergadering met onder andere een discussie over de procedures bij de aanpak van blauwalgen. Ook al is het ondertussen echt herfst geworden Bouvigne is altijd een prachtige plek om te mogen werken. Het uitzicht van de werkkamer van de bestuursleden op het kasteeltje waar de DB vergaderingen zijn, is ook in de herfst prachtig. 
In de middag een foto sessie in het gebied waar de dijkverzwaring Geertruidenberg/Amertak wordt voorbereid.   

11 november
In de avond eerst coalitie overleg. De Kadernota 2016-2025 en de begroting stonden op de agenda van het Algemeen Bestuur (AB). Plooien tussen de coalitiepartijen worden dan in een beraad vooraf gladgestreken en uitgewisseld, zodat het DB niet voor verrassingen komt te staan.

Dan het AB. Voor mij was het belangrijkste punt niet de begroting of de kadernota, die voor het eerst in jaren met algemene stemmen werden aanvaard. Voor mij was het belangrijkste punt de beëindiging van de deelname aan de gemeenschappelijke regeling Regionaal Archief West-Brabant (RAWB). Toen ik begin 2009 aantrad als DB lid, met in de portefeuille onder andere archieven, waren de archieven van ons waterschap en haar rechtsvoorgangers over een aantal plaatsen in ons gebied en zelfs daarbuiten verspreid. Er was een achterstand van circa 10 jaar ten aanzien van een juiste archivering, was niet altijd de toegankelijkheid goed geregeld en was de opslag soms niet onder de omstandigheden die wet en regelgeving voorschrijven. Kortom we voldeden niet aan de archiefwet! Dat wenste ik aan te pakken en als het kon uiteindelijk tegen lagere jaarlijkse kosten. Door twee ambtenaressen werd het karwei opgepakt. De achterstand werd aangepakt. Bepaald werd wat we wel c.q. niet gingen bewaren. De wettelijke taak werd het uitgangspunt, aangevuld met wat qua erfgoed en cultuurhistorie voor de regio belangrijk was. Want de waterschapsgeschiedenis moest wel in beeld blijven. Bewaarcontracten werden doorgelicht en een eigen ruimte voor het archief werd ingericht conform de wettelijke vereisten. Geleidelijk werd de achterstand ingelopen en de archieven opgeschoond. Contracten werden beëindigd en de spullen werden naar Bouvigne gehaald. De gemeenschappelijke regeling RAWB te Oudenbosch was de laatste plek, buiten Bouvigne, waar in dit geval het archief van één van de rechtsvoorgangers (het voormalige waterschap Land van Nassau) was opgeslagen. Beëindigen van deelname aan die gemeenschappelijke regeling was onder normale omstandigheden een dure aangelegenheid. Toen het RAWB echter aankondigde een fusie aan te gaan met twee grote gemeentelijke archiefdiensten was er een natuurlijk moment om uit te treden. De scoop van het RAWB veranderde aanzienlijk naar een organisatie die minder passend was voor het waterschap.

De wijze waarop derden gebruik maken van de diensten van een archief is bij een waterschap wezenlijk anders en minder kostbaar dan bij een gemeente. Het afscheid werd financieel draaglijker. Per 1 juli 2016 is het dan zover dat niet alleen al onze archieven zich op één plek bevinden (op Bouvigne), maar dat ook het aantal benodigde ambtelijke en bestuurlijke uren benodigd voor de archieven fors is gedaald. We hebben de achterstanden ingelopen en voldoen aan alle vereisten van de archiefwet. De bewaarkosten zijn dan fors gedaald (zonder de RAWB met circa 1 miljoen euro over de periode 2013-2022). Met het afscheid van de RAWB besparen we nog eens circa 70.000 euro per jaar. Hier past een woord van dank naar de betrokken ambtenaren en naar Jan Slenders mijn partijlid die in de circa 15 maanden dat ik uit het DB was teruggetreden het bestuurlijke werk heeft voortgezet. Ik ben tevreden met het mooie resultaat.

12 november
Bestuurlijk overleg gehad met wethouder van der Put van de gemeente Goirle. Agendapunten waren onder andere: inhaalslag handhaving keur en de voortgang in de realisering van EVZ’s (Rillaersebaan en langs de Oude Leij) en de gemeentelijke inzet daarbij.

13 november
In de morgen de Unie commissie Waterkeringen te Amersfoort met als agendapunten onder andere de samenwerking bij de toetsing van primaire waterkeringen, de nieuwe normeringen waterveiligheid en windturbines op/nabij waterkeringen.
In de middag een unie bijeenkomst over ruimtelijke kwaliteit in relatie met de projecten van waterschappen. Onderdeel was een beoordeling van een zestiental projecten van waterschappen. Met enige trots kan ik vermelden dat een project van het waterschap Brabantse Delta, de waterberging Zundert, bij deze beoordeling door de collega waterschapsbestuurders als eerste eindigde. Een mooi compliment voor alle daarbij betrokkenen. 

 

Louis van der Kallen

 


OVER WATER – 16

 

| 08-11-2015 | 10:00 uur |


 

2 november
In de middag een gesprek met Annet van Brughem en Judith van den Berg over de toekomst van de samenwerking vitaal leisure landschap in Hart van Brabant.

3 november
In de morgen heb ik aan een Colombiaanse delegatie een presentatie mogen geven over en een rondleiding verzorgd in de Overdiepse Polder.

4 november
In gesprek met Tamanna Wahdat een vierdejaars rechtenstudente aan de Juridische Hogeschool Avans-Fontys te Tilburg die, samen met een aantal studiegenoten, een bestuursrechtelijk onderzoek gaat doen naar de mogelijke aanpak van wateroverlast.

5 november
congresEen dagje deltacongres in de Brabant Hallen te Den Bosch. Een dag met veel gesprekken en een tweetal interessante lezingen en discussies. Het waterschap Brabantse Delta was goed vertegenwoordigd, ook door AB leden.

6 november
In de morgen een uitgebreid gesprek over de wijze van aanpak van de uitvoering van het in oktober door een unaniem AB vastgesteld Waterbeheerplan 2016-2021. Kernvraag was: hoe gaan we de prioriteiten stellen en hoe betrekken we het AB daarbij?

7/8 november
Voorbereiding DB en de unie commissie Waterkeringen. De laatste met een aantal agendapunten die de nodige discussies zullen opleveren zoals: windturbines op/nabij waterkeringen, de samenwerking bij de toetsing van primaire waterkeringen en de voortgang van de nieuwe normering waterkeringen.

Louis van der Kallen